chapitre 1 (être)

être = zijn
dit Franse werkwoord heeft 6 verschillende vormen in de présent (tegenwoordige tijd)
1 / 10
suivant
Slide 1: Diapositive
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

Cette leçon contient 10 diapositives, avec quiz interactifs, diapositive de texte et 1 vidéo.

Éléments de cette leçon

être = zijn
dit Franse werkwoord heeft 6 verschillende vormen in de présent (tegenwoordige tijd)

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Vidéo

Welke vorm van être hoort bij tu?

Slide 3 - Question ouverte

Welke vorm van être hoort bij nous?

Slide 4 - Question ouverte

Welke vorm van être moet er in de volgende zin staan?
Maria _______ à la plage.

Slide 5 - Question ouverte

suis
es
est
sommes
êtes
sont
je
tu
il
elle
on
nous
vous
ils 
elles

Slide 6 - Question de remorquage

ils
A
est
B
sommes
C
sont
D
êtes

Slide 7 - Quiz

je
A
es
B
suis
C
est
D
sont

Slide 8 - Quiz

vous
A
es
B
est
C
sommes
D
êtes

Slide 9 - Quiz

Slide 10 - Lien