sortir et partir (sentir) 19.2

• Frans
• Middelbare school
• vmbo t, vwo
• Leerjaar 2

partir en sortir

2 onregelmatige werkwoorden

vertrekken en uitgaan

let op

ze zijn onregelmatig
maar ze lijken wel heel erg op elkaar

gebruik voor de passé composé hulpww être

dan verandert het voltooid deelwoord mee met het onderwerp!

partir (vertrekken) in 2 tijden

	présent		passé composé
Je	pars		suis parti(e)
Tu	pars		es parti(e)
Il/elle	part		est parti(e)
Nous	partons		sommes parti(e)s
Vous	partez		êtes parti(e)(s)
Ils/elles	partent		sont parti(e)s

sortir (uitgaan) in 2 tijden

	présent		passé composé
Je	sors		suis sorti(e)
Tu	sors		es sorti(e)
Il/elle	sort		est sorti(e)
Nous	sortons		sommes sorti(e)s
Vous	sortez		êtes sorti(e)(s)
Ils/elles	sortent		sont sorti(e)s

Lever hier je foto uit je schrift in.
Maak een foto van je partir uit je aantekeningenschrift en upload hier.

Lever hier je foto uit je schrift in.
Maak een foto van je sortir uit je aantekeningenschrift en upload hier.

Lever hier je foto uit je schrift in.
Maak een foto van je sentir uit je aantekeningenschrift en upload hier.

jij vertrekt

1. je sors
2. tu pars
3. je pars
4. tu sors

wij vertrekken

1. nous partons
2. elle part
3. vous partez
4. elle sort

zij gaat uit

1. je sors
2. elle sort
3. elle sors
4. il sort

partir in présent

de volgende dia is een link naar de oefening partir in présent.

klaar? klik op de button:

maak een schermafbeelding van je score

zet die in de volgende dia

ecole.lakanal.free.fr

partir in passé composé

de volgende dia is een link naar de oefening partir in de passé compose.
klaar? klik op de button DONE 

maak een schermagbeelding van je score en zet die in de volgende dia

sortir, sentir werken net zo als partir

https: