Wederkerig en wederkerend vnw 2vwo

Wederkerig en wederkerend vnw 2vwo
1 / 23
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

Cette leçon contient 23 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 10 min

Éléments de cette leçon

Wederkerig en wederkerend vnw 2vwo

Slide 1 - Diapositive

Wederkerende vnw
Een wederkerend vnw komt 
alleen voor in combinatie 
met een wederkerend ww
zoals zich vergissen / 
zich verheugen.

Slide 2 - Diapositive

Wederkerig voornaamwoord (wedig. vnw)

Let op! Wederkerig is iets anders dan wederkerend. Je verwijst weer (komt terug op...) naar het onderwerp.
- elkaar (mekaar of elkander) ;-)
Bijv.: Julia en Isra beschuldigen elkaar van valsspelen.

Slide 3 - Diapositive

Wederkerend vnw

Wederkerig vnw
zich
Je
elkander
mezelf
mekaar
ons

Slide 4 - Question de remorquage

Wederkerende werkwoorden
De wederkerende vnw horen bij speciale werkwoorden: wederkerende werkwoorden: verplichte en toevallige
Ook hier kom je weer terug op het onderwerp:
Jij wast je met zeep
Hij wast zich met zeep.



Slide 5 - Diapositive

Wat is het verschil tussen deze zinnen:
1. Ik verbaas mezelf
2. Ik verbaas jou

Slide 6 - Question ouverte

Toevallig wed. vnw
Toevallig wed. vnw hebben te maken met toevallig wederkerende werkwoorden:
(zich) amuseren   (zich) bezeren   (zich)   aankleden          
(zich) scheren   (zich) verwonden   (zich) vermaken 
(zich) wassen: DUS...
Ik kan mezelf amuseren en ik kan een ander amuseren.
Ik kan mezelf bezeren en ik kan een ander bezeren.

Slide 7 - Diapositive

Verplicht wederkerend werkwoord
Verplicht wederkerende werkwoorden kunnen niet met jouzelf en met een ander uitwisselen. Want:
Jij vergist alleen jezelf. ......................... Ik vergis me 
Jij schaamt alleen jezelf............... Ik schaam me
Jij slooft alleen jezelf uit! .......Ik sloof me uit
Truc:
- Je kunt het wederkerend vnw niet vervangen door een ander persoon.
- Je kunt niet 'zelf' achter het wederkerend vnw plakken.

Slide 8 - Diapositive

Nog een truc van de Magister
  1. Kijk of je "zelf" toe kan voegen aan het wederkerend vnw.
  2. Ja? Je hebt te maken met een toevallig  wederkerend werkwoord: mezelf / jezelf / zichzelf / onszelf
  3. Nee? Dan heb je te maken met een verplicht wederkerend werkwoord en dus de wederkerend vnw: me / je / zich / ons 

Slide 9 - Diapositive

Voorbeeld toevallig wed. vnw
1. Janne  wast zich het liefste in de badkamer.
TRUC van ZELF toevoegen
2. Janne wast zich(zelf) het liefste in de badkamer.
3. Janne = zn-e  /  wast = zww / zich =  toevallig wed. vnw

Slide 10 - Diapositive

Voorbeeld verplicht wed. vnw
1. Alex verslikt zich in een stukje appel.
TRUC van ZELF toevoegen
2. Alex verslikt zich(zelf) in een stukje appel...NEE, kan niet...
3. Alex = zn-e  /  verslikt = zww / zich = verplicht wed. vnw

Slide 11 - Diapositive

Wederkerend of iets anders?
Me / je / ons = pers. vnw
je / ons = bezittelijk vnw

DUS...

Slide 12 - Diapositive

Vervang: hij / hem / zijn / zich
Kun je je indenken dat je zus buschauffeur wordt?
Kan hij zich indenken dat zijn zus buschauffeur wordt?
Kan zij zich indenken dat haar zus buschaufeur wordt?

Slide 13 - Diapositive

Benoem het woord tussen sterretjes.

Heb je *je* bezeerd tijdens de gymles?
A
persoonlijk vnw
B
bezittelijk vnw
C
wederkerend vnw
D
wederkerig vnw

Slide 14 - Quiz

Benoem het woord tussen sterretjes.

In deze paragraaf leer *je* wat een synoniem is.
A
persoonlijk vnw
B
bezittelijk vnw
C
wederkerend vnw
D
wederkerig vnw

Slide 15 - Quiz

Ik heb me vergist bij de berekening van mijn reiskosten.

ME =
A
persoonlijk vnw
B
bezittelijk vnw
C
wederkerend vnw
D
wederkerig vnw

Slide 16 - Quiz

We hebben ons in het zweet gewerkt om jouw kamer in één dag te schilderen.

ONS =
A
persoonlijk vnw
B
bezittelijk vnw
C
wederkerend vnw
D
wederkerig vnw

Slide 17 - Quiz

Je moest je schamen omdat je je tegen ons zo onaardig gedragen hebt.

JE (1e) =
A
persoonlijk vnw
B
bezittelijk vnw
C
wederkerend vnw
D
wederkerig vnw

Slide 18 - Quiz

Je moest je schamen omdat je je tegen ons zo onaardig gedragen hebt.

JE (2e) =
A
persoonlijk vnw
B
bezittelijk vnw
C
wederkerend vnw
D
wederkerig vnw

Slide 19 - Quiz

Je moest je schamen omdat je je tegen ons zo onaardig gedragen hebt.

JE (3e) =
A
persoonlijk vnw
B
bezittelijk vnw
C
wederkerend vnw
D
wederkerig vnw

Slide 20 - Quiz

Je moest je schamen omdat je je tegen ons zo onaardig gedragen hebt.

JE (4e) =
A
persoonlijk vnw
B
bezittelijk vnw
C
wederkerend vnw
D
wederkerig vnw

Slide 21 - Quiz

Je moest je schamen omdat je je tegen ons zo onaardig gedragen hebt.

ONS =
A
persoonlijk vnw
B
bezittelijk vnw
C
wederkerend vnw
D
wederkerig vnw

Slide 22 - Quiz

Vond je de uitleg over 'wederkerende vnw' in deze LessonUp-les voldoende waardoor je er nu opdrachten over kan maken?
😒🙁😐🙂😃

Slide 23 - Sondage