Mijn proefles

• Frans
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 1

Quelle est la date d'aujourd'hui ?

• Aujourd'hui, on est .......
  
  
• En premier on va répéter la grammaire de la dernière fois
  
  
• Après, on va voir un nouveau point de grammaire

adjectifs possessifs ?

bezittelijk voornaamwoord
mijn (mannelijk enkelvoud)

1. ma
2. mes
3. ton
4. mon

Choisis la/ les bonne(s) réponse(s) :

1. c'est ma crayon
2. c'est mes crayons
3. c'est mon crayon
4. c'est mo crayon

Choisis la/les bonne(s) réponse(s) :

1. c'est ta gomme
2. c'est tes gomme
3. c'est ton gomme
4. c'est tes gommes

Choisis la/les bonne réponse :

1. c'est son maison
2. c'est sa maison
3. c'est ses maison
4. c'est ses maisons

Vertaal het bezittelijk voornaamwoord tussen haakjes.
Kies het goede bezittelijk voornaamwoord uit de 4 opties.

_________ (zijn) soeur

1. sa
2. ton
3. son
4. ta

Vertaal het bezittelijk voornaamwoord tussen haakjes.
Kies het goede bezittelijk voornaamwoord uit de 4 opties.

_________ (mijn) frère

1. mon
2. ma
3. son
4. sa

Vertaal het bezittelijk voornaamwoord tussen haakjes.
Kies het goede bezittelijk voornaamwoord uit de 3 opties.

_________ (jouw) mère

1. ton
2. ta
3. son
4. sa

Vertaal het bezittelijk voornaamwoord tussen haakjes.
Kies het goede bezittelijk voornaamwoord uit de 3 opties.

_________ (zijn) oncles

1. ton
2. tes
3. son
4. ses

Doelen voor deze les

... weet je wat een aanwijzend voornaamwoord is. 

... ken je de aanwijzend voornaamwoorden in het Frans. 

... kun je het aanwijzend voornaamwoord gebruiken in het Frans.

Aanwijzend voornaamwoord

In het Nederlands: deze, die, dit, dat

In het Frans zijn de aanwijzende voornaamwoorden afhankelijk van mannelijk, vrouwelijk, enkelvoud, meervoud van het zelfstandig naamwoord.

Pour les mots au masculin 

un garçon  ( een jongen ) => ce garçon 

un cochon ( een big ) => ce cochon

un stylo => ce stylo 

un livre => ce livre 

Pour les mots au féminin

une maison => cette maison 

une fille => cette fille

une feuille de papier => cette feuille de papier 

une personne => cette personne 

Pour les mots au masculin qui commencent par '' a,e,i,o,u,h''

un hôtel => cet hôtel

un arbre => cet arbre

un e-mail => cet e-mail

Pour les mots  au féminin qui commencent par '' a,e,i,o,u,h''

une adresse => cette adresse 

une école => cette école 

une hache => cette hache

Aanwijzend voornaamwoord:
_______ monsieur

1. cet
2. cette
3. ces
4. ce

Aanwijzend voornaamwoord:
_______ homme

1. ce
2. cet
3. ces
4. cette

Aanwijzend voornaamwoord:
_______ agenda

1. cet
2. cette
3. ces
4. ce

Aanwijzend voornaamwoord:
_______ manteau

1. ce
2. cette
3. ces
4. cet

Aanwijzend voornaamwoord:
_______ guitare

1. ce
2. cette
3. ces
4. cet

ExitTicket

https://www.exitticket.nl/ticket/geqsns2p