Week 45

Wat doen we deze week?
Lezen

Leesrace
1 / 21
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 2

Cette leçon contient 21 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Wat doen we deze week?
Lezen

Leesrace

Slide 1 - Diapositive

timer
10:00

Slide 2 - Diapositive

Welk leesdier ben jij?
A
Havik
B
Cheeta
C
Olifant
D
Mier

Slide 3 - Quiz

Les 5 Leesrace

  • Maak groepen van vier. Zorg ervoor dat alle vier soorten leesdieren in jullie groepje voorkomen.
  • Jullie krijgen allemaal dezelfde tekst.
  • Deze scannen/lezen jullie in vijf minuten.
  • Jullie krijgen de vragen. Maak afspraken!
  • Jullie beantwoorden de vragen in tien minuten.
Wie de meeste vragen goed heeft, heeft gewonnen.

Slide 4 - Diapositive

Lees de tekst 
timer
5:00

Slide 5 - Diapositive

Vragen beantwoorden
timer
10:00

Slide 6 - Diapositive

Toetsvoorbereiding
- Plot26 Toetsvoorbereiding

Slide 7 - Diapositive

Op welke momenten pas je leesstrategieen toe?

Slide 8 - Question ouverte

Voor je gaat lezen......
A
bepaal je leesdoel
B
kijk je naar het tekstgeraamte
C
schrijf je voorkennis op
D
voorspel je of tekstniveau goed is

Slide 9 - Quiz

Een signaalwoord....
A
is een werkwoord
B
leg je verbanden tussen zinnen en alinea's
C
is een de-het-een-woord
D
vind je door de zin vragend te maken

Slide 10 - Quiz

Slide 11 - Diapositive

Bij het tekstverband 'opsomming' noem je verschillende dingen achter elkaar op.
A
juist
B
onjuist

Slide 12 - Quiz

Door de harde wind zijn er bomen omgewaaid.
Door is een signaalwoord, het tekstverband is.....
A
opsomming
B
vergelijking
C
oorzaak/gevolg
D
tegenstelling

Slide 13 - Quiz

Ik kan niet mee omdat ik thuis moet blijven.
A
omdat is signaalwoord
B
blijven is signaalwoord
C
moet is signaalwoord
D
ik is signaalwoord

Slide 14 - Quiz

Ik kan niet mee omdat ik thuis moet blijven.
Omdat is signaalwoord, het tekstverband is...
A
vergelijking
B
opsomming
C
conclusie
D
reden

Slide 15 - Quiz

Signaalwoord
Verwijswoord
omdat 
dus
hoewel
en
hij 
zij
die
dat

Slide 16 - Question de remorquage

Vorig jaar scoorde Timo bijna nooit, maar nu maakt hij elke wedstrijd een doelpunt.
Noem tekstverband en signaalwoord

Slide 17 - Question ouverte

Als ik het tekstgeraamte bekijk lees ik de tekst woord voor woord.....
A
waar
B
niet waar

Slide 18 - Quiz

Noem twee onderdelen van tekstgeraamte

Slide 19 - Question ouverte

Hoe word je een betere lezer?
A
Dat kan niet, je niveau staat vast
B
door meer te lezen

Slide 20 - Quiz

hoe noemen we deze manier van lezen?

Slide 21 - Question ouverte