4-2-21 A2 persoonlijk vnm als lijdend voorwerp

wat is een stomme /e/? geef een voorbeeld.
1 / 31
suivant
Slide 1: Question ouverte
NT2MBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 31 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

wat is een stomme /e/? geef een voorbeeld.

Slide 1 - Question ouverte

wat gaan we vandaag doen?
  • vragen over 4.5 t/m 4.9? Zelf nagekeken?
  • 4.10 extra uitleg
  • 4.11 opdracht 106
  • 4.12 

Slide 2 - Diapositive

even terugkijken:
maak de zin af:
Ik heb nieuwe schoenen nodig. Daarom...........

Slide 3 - Question ouverte

Ik ga naar Zwolle. Misschien............

Slide 4 - Question ouverte

Yasi koop een tas. De tas is van leer............kost €95

Slide 5 - Question ouverte

Iman koopt appels. ......kosten €2,95

Slide 6 - Question ouverte

Habtom pakt geld. .......zit in zijn zak

Slide 7 - Question ouverte

Kijk naar de powerpointpresentatie. dit is extra uitleg bij 4.10 en 4.12
Na de uitleg: we kijken samen naar opdracht 93.

Slide 8 - Diapositive

schrijf de goede vorm:
Hoe heb je........(Marlon) ontmoet?

Slide 9 - Question ouverte

Mijn vrouw belt.......soms als ik werk.

Slide 10 - Question ouverte

De buren verrassen ....... (wij) met een cadeau.

Slide 11 - Question ouverte

Alex mist.............(opa en oma)

Slide 12 - Question ouverte

mevrouw Bakker groet .....(jullie)

Slide 13 - Question ouverte

Ik zie ....(mijn tante) niet vaak.

Slide 14 - Question ouverte

open je boek op blz 177
  • opdracht 106 doen we samen.
  • 4.12:korte herhaling van net: 

Mijn telefoon is kapot. Hij ligt op de grond. Ik laat hem repareren.
Mijn boek is mooi. Het gaat over reizen. Ik geef het aan mijn vriendin.

Slide 15 - Diapositive

Ik heb t/shirts besteld. Ze zijn zwart. Ik heb ze al betaald. 
  • de woorden:            hem
  • het-woorden:          het
  • meervoud:                ze

Je kijkt dus of je verwijst naar het onderwerp of het lijdend voorwerp. 

Slide 16 - Diapositive

Vul in: De tafel is nieuw. Ik vind..........mooi.

Slide 17 - Question ouverte

Het kleed is nieuw. Ik vind .......mooi.

Slide 18 - Question ouverte

De stoelen zijn nieuw. Ik vind.......mooi.

Slide 19 - Question ouverte

dictee woord 1 luister naar de docent

Slide 20 - Question ouverte

dictee woord 2

Slide 21 - Question ouverte

woord 3

Slide 22 - Question ouverte

woord 4

Slide 23 - Question ouverte

woord 5

Slide 24 - Question ouverte

woord 6

Slide 25 - Question ouverte

woord 6

Slide 26 - Question ouverte

woord 7

Slide 27 - Question ouverte

woord 8

Slide 28 - Question ouverte

woord 9

Slide 29 - Question ouverte

woord 10

Slide 30 - Question ouverte

huiswerk maandag 8-2-21
  • thema 4 klaar en nakijken. Ook op de computer.
  • woorden leren 4.11  (dictee)
  • 5.1 en 5.2 

Slide 31 - Diapositive