H1 herhaling

Doel: wat weet je nog / al?
1 / 32
suivant
Slide 1: Diapositive
Nask / TechniekMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

Cette leçon contient 32 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Doel: wat weet je nog / al?

Slide 1 - Diapositive

Troebel
Helder
Suspensie
Emulsie
Oplossing

Slide 2 - Question de remorquage

ROOK
NEVEL
SCHUIM
VASTE STOF
GAS
GAS
GAS
VLOEISTOF
VLOEISTOF

Slide 3 - Question de remorquage

Zand met water is een voorbeeld van...
A
Een mengsel
B
Een suspensie
C
Een emulsie
D
Modder

Slide 4 - Quiz

Wat is waar over een emulsie? (strikvraag)
A
Bestaat uit 2 of meer stoffen.
B
Is een mengsel van een vloeistof en een vaste stof.
C
Bestaat uit 3 of meer stoffen.
D
Is een mengsel van een vloeistof en een gas.

Slide 5 - Quiz

Kies het beste antwoord.
Een homogeen mengsel is...
A
Een oplossing
B
Een suspensie
C
Een emulsie
D
Een nevel

Slide 6 - Quiz

Een legering is een ............mengsel
A
homogeen
B
heterogeen
C
geen
D
vloeibaar

Slide 7 - Quiz

Op een etiket van een chipszak staat dat er in een zak van 250 g, 1 g zout zit. Bereken het massa% zout!

Slide 8 - Question ouverte

In een mengsel is het massa% zout 60%. Hoeveel zout zit er in een mengsel van 680 g?

Slide 9 - Question ouverte

Jam bestaat uit 35% suiker. Hoeveel suiker zit er in 250 g jam?
A
875 g
B
87,5
C
0,875
D
87,5g

Slide 10 - Quiz

In een biertje zit 5% alcohol. Bereken hoeveel alcohol er zit er in een glas van 33 cl.

Slide 11 - Question ouverte

In een oplossing van water en ranja is 7 % ranja. Hoeveel ranja zit er in een glas van 350 ml?
A
24,5
B
2,45 ml
C
24,5 ml
D
245 cl

Slide 12 - Quiz

Reken met eenheden:
Rekenen met eenheden!

Slide 13 - Diapositive

Hoeveel kg is 25 g?
A
0,025 kg
B
0,250 kg
C
0,0025 kg
D
2,5 kg

Slide 14 - Quiz

Hoeveel ml is 25 Liter?
A
0,0025 ml
B
25000 ml
C
2500 ml
D
0,025 ml

Slide 15 - Quiz

Sleep de fase en faseovergang naar de juiste plek.
Smelten
Stollen
Condenseren
Vervluchtigen
Rijpen
Verdampen
gas
vloeistof
vaste stof

Slide 16 - Question de remorquage

Slide 17 - Diapositive


Hoe noem je dit diagram?
A
tijd
B
temperatuur
C
temperatuur-tijd
D
tijd-temperatuur

Slide 18 - Quiz

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Diapositive

Elke stof heeft een aantal stofeigenschappen die voor die stof uniek zijn.
A
juist
B
onjuist

Slide 21 - Quiz

Stoffen kunnen niet dezelfde stofeigenschappen hebben.
A
juist
B
onjuist

Slide 22 - Quiz

Is dit een mengsel of
zuivere stof?
A
mengsel
B
zuivere stof
C
niet te zeggen

Slide 23 - Quiz

mengsel of
zuiver stof?
A
mengsel
B
zuiver stof
C
niet te zeggen

Slide 24 - Quiz


Welke diagram laat een kooktraject zien?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 25 - Quiz

Reagens
Een reagens is een stof die een ander stof aantoont.
Met wit kopersulfaat toon je water aan. 

Slide 26 - Diapositive

Reagens
Een reagens is een stof die een ander stof aantoont.
Met kalkwater toon je koolstofdioxide aan.

Slide 27 - Diapositive

Welke verandering zag je bij het witte kopersulfaat? Welke stof kan dit reagens aantonen?

Slide 28 - Question ouverte

Slide 29 - Diapositive

Lees de beide
maatcilinders af.

Slide 30 - Question ouverte

Viel het mee of tegen?

Slide 31 - Question ouverte

Waarom viel het mee of tegen?

Slide 32 - Question ouverte