Rekenen NU PW/OA 9.1 gewicht

• Rekenen
• MBO
• Studiejaar 1

Hoofdstuk 9 - Verschillende maten

9.1 Gewicht

9.2 Tijd

9.3 Andere maten en voorvoegsels

9.4 Maateenheden toepassen en meetinstrumenten

9.5 Referentiematen

9.6 Gemengde opdrachten

Oefentoets Hoofdstuk 9

Mededelingen 21OAMB

ZELFSTANDIG AAN DE SLAG: 

INSTRUCTIE: iedereen

EXTRA WERKLES OP VRIJDAG:  Cherine, Eef, Esther, Gryt Janna, Limke, Lisa, Matthijn, Mirthe de Vries, Patrick, Tessa en Merel (bij veel onvoldoendes, lage score instaptoets en/of H1-H7 nog niet getoetst). 

Mededelingen 21OAMA

ZELFSTANDIG AAN DE SLAG: Bente, Esther en Elise

INSTRUCTIE: iedereen, behalve Bente, Esther en elise

EXTRA WERKLES OP VRIJDAG:  Femke, Pieter en Ynna

Leerdoel 9.1 - Gewicht

• Je leert rekenen met gewichtsmaten. Aan het eind van de les kun je gewichtsmaten omrekenen. 

9.1 Gewicht

Welke gewichtsmaten ken je en wanneer kom je ze tegen?

Gewichtsmaten

Meest gebruikte gewichtsmaten

Oefenen: maten omrekenen

Antwoorden

Oefenen

Hoeveel mandarijnen

passen er in een kilogram?

Antwoord

Hoeveel mandarijnen

passen er in een kilogram?

2 mandarijnen: 133 gram

1 mandarijn: 66,5 gram

1 kg = 1000 g

1000 : 66,5 is ongeveer 15.

Oefenen

Hoeveel kilogram mag een voertuig 

maximaal wegen in deze zone?

Antwoord

Hoeveel kilogram mag een voertuig 

maximaal wegen in deze zone?

Een ton is 1000 kg

3,5 ton is 3,5 x 1000 = 3500 kg

Zelfstandig werken

Wat	Paragraaf 9.1
Hoe	Zelfstandig met rekenmachine
Hulp	Uitleg in NU, vragen aan docent
Tijd	Overige lestijd + evt. thuis afmaken
Klaar?	rekenvaardigheid