H6§3 Geld voor de gemeente

Economie 
3K
H6§3
Geld voor de gemeente
1 / 25
suivant
Slide 1: Diapositive
EconomieMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 3

Cette leçon contient 25 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Economie 
3K
H6§3
Geld voor de gemeente

Slide 1 - Diapositive

Economie 
3K
Lesplan:
Korte terugblik §2
Instructie §3
Aan de slag
Inleveren via CR

Slide 2 - Diapositive

Wat weten we nog van §2

  • Motorrijtuigenbelasting
  • Waar hangt dat vanaf?
  • Gebruik of hebben?

Slide 3 - Diapositive

Wanneer wordt rijden met diesel goedkoper?

Slide 4 - Question ouverte

Welke kosten gebruik je bij het berekenen van de kilometerprijs
A
Vaste kosten
B
Variabele kosten
C
Vaste en variabele kosten

Slide 5 - Quiz

Wat is een houderschapsbelasting?
A
Wegenbelasting
B
Motorrijtuigenbelasting
C
BTW
D
Accijns

Slide 6 - Quiz

Leerdoel: 
Je weet straks hoe de gemeente aan haar geld komt.
H6§3
Geld voor de gemeente

Slide 7 - Diapositive

Gemeente vraagt geld
  • Een gemeente krijgt geld van het Rijk
  • Maar hun spaarpot wordt ook gevuld met belasting betaald door inwoners
  • Belangrijkste OZB, onroerende zaak belasting

Slide 8 - Diapositive

Onroerende zaken
  • De gemeente vraagt belasting op het bezit van grond, woning of bedrijfspand
  • Waar zal de hoogte van de belasting vanaf hangen?

Slide 9 - Diapositive

Waar hangt deze belasting vanaf?

Slide 10 - Question ouverte

Waar staat WOZ voor?

Slide 11 - Question ouverte

3

Slide 12 - Vidéo

00:30
Wat betekent een hoge OZB voor de inwoners?

Slide 13 - Question ouverte

00:58
Hogere WOZ
A
OZB hoger
B
OZB lager

Slide 14 - Quiz

Overige inkomsten
  • Rioolheffing
  • Aanleg en onderhoud
  • Afvalstoffenheffing
  • Ophalen huisvuil
  • Maar ook parkeergeld, hondenbelasting, toeristenbelasting

Slide 15 - Diapositive

Welke belasting ''vangt'' de gemeente nog meer?
A
Loonbelasting
B
BTW
C
Afvalstoffenheffing

Slide 16 - Quiz

Tarieven verschillen
  • Ene gemeente vraagt veel
  • Andere weinig

Slide 17 - Diapositive

Opdracht
Ga uit van een woning met een WOZ-waarde van € 210.000.

Hoeveel is de onroerendezaakbelasting voor deze woning in een gemeente met het laagste tarief?
Tarieven onroerendezaakbelasting (per € 10.000 WOZ-waarde per jaar)
timer
5:00

Slide 18 - Diapositive

Opdracht
Hoeveel geld krijgt de gemeente Kamperveld jaarlijks uit het gemeentefonds?

Hoeveel geld ontvangt de gemeente Kamperveld in totaal per jaar?


Inkomsten van de gemeente Kamperveld (in miljoenen euro's).

Slide 19 - Diapositive

00:58
Welke andere inkomsten worden in de video nog meer genoemd?

Slide 20 - Question ouverte

Oefenen
Maak de opdrachten in CR/uitdeel.

Einde vd les inleveren!

Slide 21 - Diapositive

Wat betekent een hoge OZB voor de inwoners?

Slide 22 - Question ouverte

Welke andere inkomsten worden in de video nog meer genoemd?

Slide 23 - Question ouverte

Hogere WOZ.
OZB hoger of lager??
A
Hoger
B
Lager

Slide 24 - Quiz

Wat weten we nog van §2

  • Motorrijtuigenbelasting
  • Waar hangt dat vanaf?
  • Gebruik of hebben?

Slide 25 - Diapositive