Oefentoets SO 2

Oefentoets SO 2
Bij deze oefentoets mag je je boek gebruiken, probeer wel zoveel mogelijk uit je hoofd te doen. Je moet dus extra besteden aan wat je niet uit je hoofd kunt. 
1 / 24
suivant
Slide 1: Diapositive
SpaansMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

Cette leçon contient 24 diapositives, avec quiz interactifs et diapositive de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Oefentoets SO 2
Bij deze oefentoets mag je je boek gebruiken, probeer wel zoveel mogelijk uit je hoofd te doen. Je moet dus extra besteden aan wat je niet uit je hoofd kunt. 

Slide 1 - Diapositive

Estoy
Estás
Está
Estamos
Estáis
Están
wij zijn
IK ben
Hij/zij/u is
Jullie zijn
Jij bent
zij zijn

Slide 2 - Question de remorquage

Vul de goede vorm van ESTAR in.
María______en Valencia.

Slide 3 - Question ouverte

Mis amigos (estar)_______de vacaciones.

Slide 4 - Question ouverte

Yo (estar)______en la Plaza de España.

Slide 5 - Question ouverte

La tienda de ropa (estar)_____en el centro.

Slide 6 - Question ouverte

Mi madre y yo (estar)_____en la casa de mi tía.

Slide 7 - Question ouverte

¿Vosotras (estar)_______en la misma clase?

Slide 8 - Question ouverte

Tú (estar)________en la bibliotecta.

Slide 9 - Question ouverte

Vertaal:
Estamos en la Plaza Cataluña.
A
Jullie zijn op het Plaza Cataluña.
B
Wij zijn op het Plaza Cataluña.
C
Zij zijn op het Plaza Cataluña.
D
Ik ben op het Plaza Cataluña.

Slide 10 - Quiz

¿La tienda de ropa está lejos de aquí?
A
Is de kledingwinkel dichtbij?
B
Is de tent ver van hier?
C
De kledingwinkel is hier.
D
Is de kledingwinkel ver van hier?

Slide 11 - Quiz

El cine está enfrente del hospital.
A
De bioscoop zit in het ziekenhuis.
B
De bioscoop zit links van het ziekenhuis.
C
De bioscoop is tegenover het ziekenhuis.
D
De bioscoop is naast het ziekenhuis.

Slide 12 - Quiz

Mi vecina es muy guapa.
A
Mijn buurvrouw is erg knap.
B
Mijn buurman is erg knap.
C
Mijn buurvrouw is erg aardig.
D
Mijn buurman is erg aardig.

Slide 13 - Quiz

Yo vivo en el número dieciocho.
A
Ik woon op nummer 8.
B
Ik woon op nummer 18.
C
Nummer 18 is mijn lievelingsgetal.
D
Nummer 8 is mijn lievelingsgetal.

Slide 14 - Quiz

Medicijnen haal je bij de..........
A
fin de semana
B
tienda de ropa
C
estación
D
farmacia

Slide 15 - Quiz

Mi madre .......... en la biblioteca.
A
la casa
B
guay
C
trabaja
D
juntas

Slide 16 - Quiz

el banco
el camino
buscar
el restaurante
la casa
escribir
la foto

Slide 17 - Question de remorquage

Lees pagina 18 van je TB.
Vul aan: La Coruña ligt aan de______.

Slide 18 - Question ouverte

Lees pagina 18.
Het Spaanse woord voor 'regio' is....

Slide 19 - Question ouverte

Hoeveel autonome regio's heeft Spanje? Zie opdr 1 van je WB.

Slide 20 - Question ouverte

Check Google. Hoe heet de pelgrimsroute naar Santiago de Compostela?

Slide 21 - Question ouverte

Lees pagina 19 van je TB.
Welke 2 Nederlandse woorden ontbreken hier?
Het zit aan de ______,_______de bank.

Slide 22 - Question ouverte

Lees pagina 20 van je TB.
Hoe zeg je 'inwoners' in het Spaans?

Slide 23 - Question ouverte

Lees pagina 20 van je TB.
Hoe zeg je: Susana is verliefd op Álvaro.

Slide 24 - Question ouverte