H3 - 3.1 Elektriciteit

3: Elektriciteit
1 / 16
suivant
Slide 1: Diapositive
NatuurkundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 16 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

3: Elektriciteit

Slide 1 - Diapositive

3: Elektriciteit

Waarom gaan de haren van dit meisje recht 
overeind staan?

Slide 2 - Diapositive

3: Elektriciteit
3.1    Elektriciteit en lading
3.2   Geleidbaarheid en weerstand
3.3   Parallel en serie
3.4   Energie en vermogen
3.5   Elektromagnetisme

Slide 3 - Diapositive

Leerdoelen
Je leert hoe lading elektrische verschijnselen veroorzaakt.
- begrijpen hoe geladen deeltjes ontstaan
- begrijpen wanneer en hoe stroom loopt
- weten wat stroomsterkte is
- weten wat spanning is
 

Slide 4 - Diapositive

Lading
Elektrische verschijnselen -> ladingen die krachten uitoefenen

Lading -> positief of negatief
gelijksoortige ladingen stoten elkaar af

Atoom:
- elektrisch neutraal
- geladen worden -> Ion

Slide 5 - Diapositive

Elektrische stroom
Bewegende lading:
- wollen trui
- bliksem  

Gesloten stroomkring

Slide 6 - Diapositive

Elektrische stroom
Geleider -> metaal
Isolator 

geleidingselektronen

Slide 7 - Diapositive

Stroomsterkte
Stroomsterkte: I  in A of mA (Ampère)
              - Aantal elektronen per seconde

Stroom:        van + naar -
Elektronen: van - naar +

Slide 8 - Diapositive

Spanning
Spanning: U  in V (Volt)
              - ladingsverschil van elektronen
Stroombron


Slide 9 - Diapositive

Gelijksoortige lading trek elkaar aan.
A
waar
B
niet waar

Slide 10 - Quiz

Waarom gaan de haren
van dit meisje omhoog
staan?
A
de haren hebben tegenovergestelde lading en stoten elkaar af
B
de haren hebben dezelfde lading en stoten elkaar af
C
De haren zijn magnetisch geworden

Slide 11 - Quiz

Een negatief geladen ion ontstaat
(zo goed als altijd) doordat een proton los schiet.
A
waar
B
niet waar

Slide 12 - Quiz

Welke van de onderstaande onderdelen is NIET noodzakelijk om stroom te laten lopen
A
stroombron
B
gesloten stroomkring
C
lamp
D
stroomdraad

Slide 13 - Quiz

De eenheid van stroomsterkte is?
A
I
B
A
C
U
D
V

Slide 14 - Quiz

Vrachtwagens met een bepaalde lading rijden rond in het gesloten circuit.

Welke uitspraak is onjuist?
A
De stroomsterkte is gelijk aan het aantal vrachtwagens dat langs rijdt
B
De spanning is het aantal vrachtwagens dat langsrijdt
C
Spanning is het verschil in lading tussen twee punten
D
De stroomsterkte is op alle punten in deze stroomkring gelijk

Slide 15 - Quiz

Leerdoelen
Je leert hoe lading elektrische verschijnselen veroorzaakt.
- begrijpen hoe geladen deeltjes ontstaan
- begrijpen wanneer en hoe stroom loopt
- weten wat stroomsterkte is
- weten wat spanning is
 

Maak opdrachten 3.1

Slide 16 - Diapositive