Pijn beleving en pijn medicatie

Pijn beleving en Pijn medicatie
1 / 36
suivant
Slide 1: Diapositive
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 2

Cette leçon contient 36 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

Éléments de cette leçon

Pijn beleving en Pijn medicatie

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

dus
Pijn is datgene wat een persoon die het ervaart zegt dat het is en is aanwezig wanneer hij/zij zegt dat het aanwezig is 
(McCaffery)

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Diapositive

Tekst

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Hoe vaak komt pijn voor?
Kanker
  • 30- 40% ten tijde van de diagnose
  • 40-70% tijdens de behandeling
  • 70-90% bij een gevorderde ziekte
ALS
  • 60-70%
MS
  • 25-50%

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

Pijnmodel van Loser

Slide 13 - Diapositive

Hoe herken je pijn?

Slide 14 - Diapositive

Hoe vaak komt pijn voor?
Hartfalen/vaatlijden
  • 40%
Dementie
  • 40-80% heeft pijn zonder dat dit herkend wordt

Slide 15 - Diapositive

Indeling en vormen van pijn
Soorten pijn
  • Nociceptieve pijn
  • Neuropatische pijn
Andere belangrijke begrippen
  • Doorbraakpijn
  • Psychogene pijn
  • Total pain

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Diapositive

Pijn behandelen
  • Oorzaak behandelen
  • Pijnstilling 
  • Ontspanningsoefeningen, massage, warmte, koude 
  • Voorlichting en begeleiding
  • Zenuwverdoving of -blokkade 

Slide 18 - Diapositive

Stappenschema richtlijn pijn
Stap 1: paracetamol, NSAID
Stap 2: Morfine per tablet
                Oxycodon per tablet (oxycontin)
                Fentanylpleister


Slide 19 - Diapositive

vervolg 
Stap 3: Opioïdrotatie
  • oxycodon
  • hydromorfon
  • methadon
  • buprenorfine
Stap 4: 
  • morfine (pomp)

Slide 20 - Diapositive

Morfine; waar denk je dan aan?

Slide 21 - Carte mentale

Morfine werkt verslavend
A
juist
B
onjuist

Slide 22 - Quiz

Morfine is verslavend
Niet in alle gevallen. In geval van pijnbestrijding niet. In alle andere gevallen wel (oxicodon!)

Slide 23 - Diapositive

Morfine veroorzaakt ademhalingsmoeilijkheden
A
juist
B
onjuist

Slide 24 - Quiz

Van morfine heb je steeds meer nodig
A
juist
B
onjuist

Slide 25 - Quiz

Van Morfine is steeds meer nodig.
Nee, in principe niet. De reden dat de dosering van opioïden zo nu en dan wel wordt aangepast, is dat de pijn toeneemt

Slide 26 - Diapositive

Morfine werkt levensverkortend
A
juist
B
onjuist

Slide 27 - Quiz

van morfine word je altijd suf
A
juist
B
onjuist

Slide 28 - Quiz

Hulp medicatie (Co-analgetica)
angst, stress, verdriet, rouw, slapeloosheid:
Meer prikkels - pijnpoort staat verder/eerder open (chronische pijn vs Acute pijn)


  • Angstremmende medicijnen (neuropatische pijnen)
  • Anestheticum 
  • Slaapmiddelen
  • Anti-epileptica
  • Neuroleptica






Slide 29 - Diapositive

Analgetica
analgetische ladder trede 2: NSAID's
  • trede 1: paracetamol
  • trede 2: + NSAID's
  • trede 3: + zwakke opiaten
  • trede 4: +sterke opiaten
  • trede 5: sterke opiaten i.v.

Slide 30 - Diapositive

Medicamenteuze behandelingen (acuut en chronisch)
  • Pijnmedicatie volgens WHO-ladder

Slide 31 - Diapositive

Pijnmedicatie
Nadeel pijnmedicatie: Onderdrukking van signaalfunctie 
  • Overbelasting, verergering van klachten

Niet-opioïden: 'gewone' pijnstillers
  • (vaak) zonder recept verkrijgbaar

Opioïden: 'zware' pijnstillers
  • Vastgelegd in de Opiumwet

Slide 32 - Diapositive

Slide 33 - Diapositive

Slide 34 - Diapositive

Slide 35 - Diapositive

Slide 36 - Vidéo