Voorbereiding Spreken

Voorbereiding Spreken
Theorie 
1 / 10
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMBOStudiejaar 2

Cette leçon contient 10 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Voorbereiding Spreken
Theorie 

Slide 1 - Diapositive

Inleiding
Kern
Slot
Je bedankt het publiek voor de aandacht.
Je vertelt dat de nadelen van houten speelgoed aan de orde komen.
Je geeft je conclusie over houten speelgoed.
Je vertelt over houten blokken.
Je geeft een voorbeeld van spelen met houten speelgoed.
Je vertelt welke punten aan bod komen.

Slide 2 - Question de remorquage

Welke uitspraken over een goede PowerPoint- of Prezi-presentatie zijn waar? Er zijn drie antwoorden goed.
waar
Niet waar
De tekst is goed leesbaar voor het publiek.
De dia's / objecten hebben een rustig uiterlijk.
Op de dia's / objecten staat de informatie puntsgewijs aangegeven.
Op alle dia's / objecten staat wat je letterlijk gaat vertellen.
Op alle dia's / objecten staat zoveel mogelijk informatie.

Slide 3 - Question de remorquage

Welke van onderstaande uitspraken zijn waar? Er zijn twee antwoorden goed.
waar
niet waar
Je let alleen op de non-verbale communicatie van jezelf en niet van het publiek.
Kauwgom kauwen tijdens het vertellen van een verhaal mag, als je het maar onopvallend doet
Tijdens een verhaal vertellen houd je oogcontact met je publiek.
Je handen kun je gebruiken om je woorden te ondersteunen.

Slide 4 - Question de remorquage

Wat zijn voorbeelden van non-verbale communicatie?
A
heel snel praten, zwijgen en wijzen
B
handgebaren, wijzen en oogcontact maken
C
handgebaren, begrijpelijke taal gebruiken en zwijgen

Slide 5 - Quiz

Hoe bereid je je het beste voor op vragen die het publiek stelt?
A
Je kunt je hier niet op voorbereiden.
B
Je leest zoveel mogelijk over het onderwerp.
C
Je vraagt van tevoren welke vragen er gesteld gaan worden.

Slide 6 - Quiz

Wat is een goed geformuleerde stelling?
A
Elke Nederlander moet orgaandonor worden.
B
Ik vind dat elke Nederlander orgaandonor moet worden.
C
Wat vind jij ervan dat mensen verplicht worden om orgaandonor te worden?

Slide 7 - Quiz

In een presentatie pleit je voor de aanschaf van statafels in jullie werkruimte. Je geeft voor- en tegenargumenten.
Geef aan waarom onderstaande argumenten niet goed zijn.


Niet helder
Niet volledig
Niet gebaseerd op feiten
Niet ter zake doende
De werkruimte is op dit moment vrij somber.
Statafels hebben veel voordelen.
Statafels zijn beter voor het bedrijf.
Ik vind staand werken veel gezonder.

Slide 8 - Question de remorquage

Als je in een presentatie een voorstel doet, is het van belang om de voor- en nadelen van het voorstel te benoemen. Waarom doe je dat?
A
Om te laten dat het publiek zijn mening nog kan inbrengen.
B
Om te laten zien dat je nog twijfelt over jouw voorstel.
C
Om te laten zien dat je een weloverwogen voorstel doet.

Slide 9 - Quiz

Aan de slag!
Maak de volgende opdracht op taalblokken:
Beroepsgerichte modules --> Generiek --> Monoloog houden 3F--> Samenwerkingsopdrachten --> Samenwerkingsopdracht 1 Verhaal

Slide 10 - Diapositive