3HV H1.1 voor niks gaat de zon op

 Economie
Claudia van den Broek
CBR
1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
EconomieMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 36 min

Éléments de cette leçon

 Economie
Claudia van den Broek
CBR

Slide 1 - Diapositive

3H2 EC RSS
626852
3V3 EC RSS
301135
Wat betekent economie?
A
Geldkunde
B
Bezunigingskunde
C
Huishoudkunde
D
Begrotingskunde

Slide 2 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Economie
 οἶκος    = oikos = huis
νόμος   = nomos = regel 
huishoudkunde

Economie is een wetenschap die zich bezighoudt met de keuzes die mensen maken bij de productie, consumptie en distributie van schaarse goederen en diensten.

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

H1.1 Voor niks gaat de zon op

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Waarom is de horeca extra gevoelig voor goede of slechte tijden in de economie?

Slide 5 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Introductieopdracht

Lees de teks op bladzijde 6

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Manon gebruikt het woord 'middelen'. Wat bedoelt zij daar mee?

Slide 7 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

De consumptie is minder, zegt Manon. Wat bedoelt zij met 'consumptie'?

Slide 8 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Waarom krijgt Manon minder fooi als veel mensen met de pinpas betalen?

Slide 9 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Is schaarste hetzelfde als zeldzaam?
A
Ja
B
Nee

Slide 10 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

1.1 voor niks gaat de zon op

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat wil jij?
A
Vanmiddag 1 uur eerder vrij
B
Vanmiddag met de hele klas film kijken
C
Vanmiddag met de hele klas een ijsje eten
D
Vanmiddag gewoon les

Slide 12 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Productiefactoren
  • Middelen die je nodig hebt om te kunnen produceren:
  • Kapitaal
  • Arbeid
  • Natuur 
  • Ondernemerschap

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Schaarste
  • Middelen zijn beperkt aanwezig
  • Middelen zijn alternatief aanwendbaar 
  • Aanwendingsrichting: Dat wat je met het middel besluit te doen. 

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Schaarste is niet hetzelfde als zeldzaam!
Schaarste
Middelen zijn beperkt aanwezig en alternatief aanwendbaar

Zeldzaam
Er is ergens weinig van

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Vrij goed
Iets waar geen productiefactoren voor nodig zijn. 

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Vrij goed
Schaars goed
Zonlicht
Bomen
Goud
Zoutwater
Papier

Slide 18 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 19 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Consumeren
  • Goederen en diensten kopen.
  • Consumptiegoederen
  • Consumptiegoed vs kapitaalgoed

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Zelfvoorzienend

Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Aan de slag
Maak de opdrachten van paragraaf 1.1

Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions