gezondheidsbeleving en instandhouding

Voor een verbetering van je onthoudingsvermogen, zal je maximale zuurstofopname moeten stijgen. Hoe kan je dat doen?
1 / 19
suivant
Slide 1: Question ouverte
zorgSecundair onderwijs

Cette leçon contient 19 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Voor een verbetering van je onthoudingsvermogen, zal je maximale zuurstofopname moeten stijgen. Hoe kan je dat doen?

Slide 1 - Question ouverte

Voor een verbetering van je onthoudingsvermogen, zal je maximale zuurstofopname moeten stijgen. Hoe kan je dat doen?
  • door bv elke week een paar maal langdurig inspanningen te leveren.
  • Goede ademhaling tijdens het sporten 

Slide 2 - Diapositive

Door deze training ( verbranding van zuurstof) zal je lichaam zich op verschillende manieren aanpassen:
  • Je spiervezels zullen meer energiestof kunnen produceren
  • hart- en bloedvaten passen zich aan aan de grotere vraag naar zuurstof.
  • longen passen zich aan, kunnen meer O2 opnemen.
  • bloedvolume neemt toe
  • energieproductie wordt optimaal.

Slide 3 - Diapositive

Zoek  op het internet een aantal websites waarin de overheid lichaamsbeweging stimuleert:
  • www.cjm-vlaanderen.be 
  • www.starttaitgids.be
  • www.vig.be
  • www.de-gordel.be

Slide 4 - Diapositive

Bewegen is erg heilzaam voor het menselijk lichaam, maar heeft ook zijn weerslag op het menselijk geheugen. 
Lichaamsbeweging zorgt voor de aanmaak van nieuwe hersencellen, waardoor het leervermogen en het langetermijngeheugen verbeteren

Slide 5 - Diapositive

Voor het bepalen van een goede conditie moeten we de gezamenlijke toestand van :

  • prestatievermogen
  • uithoudingsvermogen
  • recuperatievermogen

bekijken 

Slide 6 - Diapositive

Waarom moet je tijdens het sporten voldoende drinken?

Slide 7 - Question ouverte

Waarom moet je tijdens het sporten voldoende drinken?
  • Om niet uit te drogen
  • door te sporten verlies je veel vocht door zweten en uitademen.
  •  drink, voor, tijdens en na het sporten een glas water, ook heb je geen dorst

Slide 8 - Diapositive

Het vermogen om een bepaalde arbeid zo lang mogelijk vol te houden.
A
uithoudingsvermogen
B
prestatievermogen
C
recuperatievermogen

Slide 9 - Quiz

het vermogen om terug op adem te komen na een lichamelijke inspanning.
A
uithoudingsvermogen
B
prestatievermogen
C
recuperatievermogen

Slide 10 - Quiz

weerstandsvermogen
A
uithoudingsvermogen
B
prestatievermogen
C
recuperatievermogen

Slide 11 - Quiz

Het vermogen om spierarbeid te verrichten zonder vermoeid te zijn.
A
uithoudingsvermogen
B
prestatievermogen
C
recuperatievermogen

Slide 12 - Quiz

Na het sporten snel een normale hartslag en ademhaling terugvinden.
A
uithoudingsvermogen
B
prestatievermogen
C
recuperatievermogen

Slide 13 - Quiz

de biep- test tijdens de les L.O.
A
uithoudingsvermogen
B
recuperatievermogen
C
prestatievermogen

Slide 14 - Quiz

Na een coopertest op school ben ik 's avonds echt moe en ga ik vroeg slapen. De volgende morgen doen mijn kuiten pijn.
A
uithoudingsvermogen
B
prestatievermogen
C
recuperatievermogen

Slide 15 - Quiz

Tijdens het zwemmen test ik hoelang ik onder water kan blijven.
A
uithoudingsvermogen
B
prestatievermogen
C
recuperatievermogen

Slide 16 - Quiz

Na 3 km lopen en een kwartiertje rust vraagt de L.O. of je voldoende bekomen bent om nog eens 2 km te lopen.
A
uithoudingsvermogen
B
prestatievermogen
C
recuperatievermogen

Slide 17 - Quiz

We gaan overmorgen te voet naar Scherpenheuvel. De laatste loodjes wegen het zwaarst. Ik ben benieuwd of ik de laatste 10 km nog kan volhouden.
A
uithoudingsvermogen
B
prestatievermogen
C
recuperatievermogen

Slide 18 - Quiz

We houden een fietswedstrijd. Wie legt in een uur tijd de meeste kilometers af?
A
uithoudingsvermogen
B
prestatievermogen
C
recuperatievermogen

Slide 19 - Quiz