Les 5 herhaling theorie

• Rekenen
• Praktijkonderwijs
• Leerjaar 3

Les 5 herhaling 

Hoofdstuk 12 Inhoud

Weten we het nog?

1 L     = 10 DL  = 1000 ML

0,1 L  = 1 DL    = 100 ML

0,5 L  = 5 DL   = 500 ML

Wat is de inhoud van deze maatbeker?
Let op:
Zet ook de maatinhoud erbij.

Wat is de inhoud van deze maatbeker?
Let op:
Zet ook de maatinhoud erbij.

Een pak sap heeft een inhoud van 500ml. Wat is de inhoud in L?

9 DL

300 ML

0,6 L

500 ML

0,5 L

6 DL

In deze vissenkom zit 4 liter water. Hoeveel ml zit erin?

In deze blender zit 3.000 ml sap.
Hoeveel liter is dat?

Hoeveel milliliter cola zit er in deze fles?

In dit koffiekopje past 2 dl koffie.
Hoeveel milliliter is dat?

Om een aardbeienmilkshake te maken, heb ik 4 dl melk nodig.
Hoeveel milliliter is dat?

Uit deze fles heb ik 0,1 liter gehaald.
Hoeveel liter heb ik nog over in de fles?

Ik vul een maatbeker met 500 ml water en ik doe er 0,1 liter siroop bij.

Hoeveel milliliter zit er nu in de maatbeker?

Uit deze fles drink ik 500 ml cola.
Hoeveel liter zit er nog in de fles?