Grote koningkrijken ontwikkelden zich in de gebieden die nu Frankrijk en Engeland heten.
Koningen probeerden hun rijk te vergroten door oorlogen te voeren en andere landen te veroveren.
Ze trokken de macht naar zich toe, ten kosten van de kerk en de adel.
1 / 21
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1
Cette leçon contient 21 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.
La durée de la leçon est: 50 min
Éléments de cette leçon
Politieke eenheden
Grote koningkrijken ontwikkelden zich in de gebieden die nu Frankrijk en Engeland heten.
Koningen probeerden hun rijk te vergroten door oorlogen te voeren en andere landen te veroveren.
Ze trokken de macht naar zich toe, ten kosten van de kerk en de adel.
Slide 1 - Diapositive
Aan het eind van de les kun/weet je...
Hoe de Normandiërs Engeland veroverden.
Wat de gevolgen waren van de ververing van Engeland.
Slide 2 - Diapositive
Waarom is dit onderwerp belangrijk?
Het ontstaan van Engeland en Frankrijk zoals wij nu kennen = staatsvorming.
De inwoners van een aantal europese landen beginnen zich als een volk te beschouwen.
Burgers meer invloed op het bestuur.
Het begint van veel spanningen en wantrouwen tussen Europa en het Midden-Oosten.
Slide 3 - Diapositive
Het jaar 1066 is een belangrijk jaar in de Engelse geschiedenis.
De Engelse koning Edward sterft kinderloos. Wie gaat hem opvolgen?
Er onstaat een troonstrijd tussen Willem van Normandië en de Engelse graaf Harold.
Slide 4 - Diapositive
De belangrijkste graaf van Engeland: Harold.
De Normandische hertog Willem, neef van Edward.
Harold had hem eerder een eed van trouw gezworen.
Slide 5 - Diapositive
Dus, wie krijgt de macht?
1066 sterft Engelse koning Edward zonder erfgenaam.
Engelse koning was een leenman van de Franse koning.
Hoogste Engelse graaf Harold eist de troon, maar Normandische hertog Willem van Normandië is neef van de Engelse koning én Harold had de eed van trouw gezworen aan Willem.
Slide 6 - Diapositive
De slag bij Hastings 1066
Willem van Normanidië valt Engeland binnen en verslaat Harold bij de Slag bij Hastings in 1 dag (want: ruiters waren sterker dan voetsoldaten) Gevolgen:
Willem van Normandië wordt Willem de Veroveraar, koning van Engeland
Normandische adel en geestelijken werden beloond met stukken land, zij werden leenmannen van de Engelse koning.
Slide 7 - Diapositive
Slide 8 - Vidéo
Is het tapijt van Bayeux een betrouwbare bron over de slag bij Hastings?
Slide 9 - Question ouverte
Slide 10 - Vidéo
Is dit filmpje een primaire of secundaire bron als we kijken naar de Slag om Hastings in 1066?
Slide 11 - Question ouverte
Na de verovering
Feodaal Engeland: Willem voert het feodale stelsel in in Engeland om machtig te blijven.
Leenmannen krijgen niet één stuk land, maar kleine stukjes waarop kastelen werden gebouwd.
Willem houdt zelf de beste gebieden.
Engeland kwam in handen van een kleine, Frans sprekende elite.
Alle bezittingen van de adel werden opgeschreven in ....
Slide 12 - Diapositive
Het Domesday Book
Hierin werd precies bijgehouden wat alle bezittingen en eigenaren waren in Engeland voor en na 1066.
Dit boek gebruikte Willem om belasting te kunnen heffen!
Slide 13 - Diapositive
Welk doel had de invoering van het Domesday Book?
A
Willem wilde kloosters belasting laten betalen
B
Willem wilde precies weten wat hij had veroverd
C
Willem wilde de macht als koning herstellen
D
Willem wilde een Frans-sprekende elite in Engeland
Slide 14 - Quiz
Gevolg: Centralisatie
Normandische koningen heersten over Frankrijk en Engeland = veel reizen! Hoe zit het dan met het bestuur?
Regeren vanuit één plek = centralisatie
Slide 15 - Diapositive
Voorbeelden:
- Centrale rekenkamer, waar alle koninklijke inkomsten (belastingen) en uitgaven werden bijgehouden. Adel was ontevreden.
- Centrale rechtbank (koning Hendrik II, 12e eeuw), waar alle vrije mannen onder vielen. De geestenlijken verloor hun macht en inkomsten!
Slide 16 - Diapositive
De Koning zonder land en de Magna Carta
Koning Jan Zonder Land krijgt ruzie met de adel.
Jan was zoon van koning Hendrik II van Engeland máár hij had geen recht op gebieden op het vasteland. Er ontstond ruzie over de rechten en plichten van de adel en de koning.
Hierdoor werd de Magna Carta opgesteld, hierin stond onder andere dat ook de koning zich aan de wet moest houden.
Slide 17 - Diapositive
In 5.1 gaat het over centralisering en staatsvorming
We zagen dat Willem de Veroveraar een machtige koning wilde zijn. Hoe kan een koning echt de baas worden over zijn eigen grondgebied (=staat)?
Slide 18 - Diapositive
Staatsvorming
Bekijk via de volgende video hoe Europa er politiek uitzag in de jaren 300, 500, 800 en 1066 en 1500. Wat valt je op?