Start schooljaar

Infografic

Sta op en vraag aan 3 verschillende mensen welke informatie ze kunnen halen uit jullie Infografic. 
Laat weten of ze het goed hebben begrepen.
timer
1:00
1 / 12
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

Cette leçon contient 12 diapositives, avec diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Infografic

Sta op en vraag aan 3 verschillende mensen welke informatie ze kunnen halen uit jullie Infografic. 
Laat weten of ze het goed hebben begrepen.
timer
1:00

Slide 1 - Diapositive

Doorlezen: 
- de opdrachten ter voorbereiding van je Lapbook.
- Beoordelingsformulier van je Lapbook.
- Verdeel alvast wat taken met je klasgenoot.
Klaar? Lekker lezen
Volgende week werken we er 1,5 les aan.
Vrijdag ná de herfstvakantie, 27 oktober, lever je de Lapbook in.
Vragen?
Noteer ze voor straks.

Slide 2 - Diapositive

Aan de slag 
Werk alleen: Opdracht 4 blz. 125
Lees samen: Tekst 'waterbeheer'
Werk alleen: Opdracht 5 vraag 1 t/m 7

Werk samen: vraag 8  = huiswerk voor vrijdag 29 september
--> maak in tweetallen een infografic over Rijkswaterstaat.

Slide 3 - Diapositive

Snappen jullie het systeem van waterzuivering?

Wat was duidelijker????
Tekst
of 
Schema

Slide 4 - Diapositive

10 minuten stilte werktijd
Maak: opdracht 3 blz. 124 vraag 3 en 6
Klaar? Lezen in je leesboek




Slide 5 - Diapositive

Nabespreken: 'Overstroomd'
Wat is een dystopie?
Waarover gaat 'Overstroomd'?
Is het verhaal realistisch? (waarom)
Wat vond je van de fragmenten? (waarom)

Zou je dit boek of een andere dystopie willen lezen?


Slide 6 - Diapositive

Achtersteven - achterste deel van de romp van een schip
anker - ijzeren object aan ketting dat overboord kan worden geworpen om een schip vast te leggen
boeg - voorste deel van een schip, voorsteven
boegbeeld - beeld op de boeg (voorsteven) van een schip
boord - bovenkant van de wand van een schip (denk aan: bakboord en stuurboord)
fok - een van de zeilen aan de voorste mast
kiel - gedeelte aan onderkant van een schip dat voor evenwicht zorgt
mast - verticale paal op een schip, bedoeld om zeilen aan op te hangen
roer - beweegbaar stuurvlak van een schip
sleeptouw - touw achter een schip waarmee een ander schip kan worden voortgetrokken
spuigaten - openingen in de zijkant van een schip om overtollig water te lozen
stag - dik touw of staaldraad van een zo hoog mogelijk punt in de mast naar het dek, om de mast omhoog te houden
tuig - verzamelnaam voor alle zeilen en touwen van een schip
valreep - touwladder om vanaf de kade naar het dek te klimmen, tegenwoordig loopplank
voorsteven - voorste deel van de romp van een schip
want - netten aan de zijkant van een mast, om in te klimmen
zeil - doek aan een mast, bedoeld om wind te vangen
Vergelijk je antwoord met het juiste antwoord. Jouw antwoord is:

NAKIJKEN

achtersteven - achterste deel van de romp van een schip
anker - ijzeren object aan ketting dat overboord kan worden geworpen om een schip vast te leggen
boeg - voorste deel van een schip, voorsteven
boegbeeld - beeld op de boeg (voorsteven) van een schip
boord - bovenkant van de wand van een schip (denk aan: bakboord en stuurboord)
fok - een van de zeilen aan de voorste mast
kiel - gedeelte aan onderkant van een schip dat voor evenwicht zorgt
mast - verticale paal op een schip, bedoeld om zeilen aan op te hangen
roer - beweegbaar stuurvlak van een schip
sleeptouw - touw achter een schip waarmee een ander schip kan worden voortgetrokken
spuigaten - openingen in de zijkant van een schip om overtollig water te lozen
stag - dik touw of staaldraad van een zo hoog mogelijk punt in de mast naar het dek, om de mast omhoog te houden
tuig - verzamelnaam voor alle zeilen en touwen van een schip
valreep - touwladder om vanaf de kade naar het dek te klimmen, tegenwoordig loopplank
voorsteven - voorste deel van de romp van een schip
want - netten aan de zijkant van een mast, om in te klimmen
zeil - doek aan een mast, bedoeld om wind te vangen

Slide 7 - Diapositive

Werk in een groepje van 3 of 4
Bespreek samen de antwoorden van opdracht 7.

Zet in 10 minuten tijd zoveel mogelijk spreekwoorden en uitdrukkingen met daarachter de CORRECTE betekenissen op papier.
  • Schrijf netjes.
  • Je mag je laptop gebruiken.
  • Noteer jullie namen.

Slide 8 - Diapositive

Wat zie je? Leg uit

Slide 9 - Diapositive

20 minuten - stiltewerktijd
Zelfstandig werken: Opdracht 4 en 5 blz. 111-113
Mag ook ONLINE


Klaar?
Maak opdracht 6
(stencil van zeilschip)


Slide 10 - Diapositive

Werk in duo`s
  • Vergelijk de betekenis van de woorden van opdracht 1 vraag 1
  • Vergelijk je gevonden antwoorden van opdracht 1 vraag 3
  • Zorg dat je hardop de betekenis van de volgende woorden kan uitleggen:
- nuchtere feiten
- verankerd
- waterlinies
- ingenieus
- innovatie

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Vidéo