5G Pre-toets TW4

• Latijn
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 5

    5G  Latijnse Taal en Letterkunde

Idioom

progredior              -...............              -..............

relinquere              -...............            -...............

scribere                  -..............             -...............

restituere              -...............               -...............

Stijlfiguren

Leentje leerde Lotje lopen langs de lange Lindenlaan

Stijlfiguren

dag stoel naast de tafel
dag brood op de tafel
dag visserke-vis met de pijp
                         P. van Ostaijen, Marc groet ‘s morgens de dingen

Stijlfiguren

Midwinterdag.―De geur van oude jassen,
de gang met kalken licht om in te dwalen.
                                                       Ida Gerhardt, Tussenuur

Stijlfiguren

Daar ben ik niet vies van. (= Dat vind ik heel lekker.)

Stijlfiguren

Doordat ze zwijgen, schreeuwen ze luid.
                                                       Cicero, Oratio in Catilinam 1.21

Stijlfiguren

Die twee zijn als water en vuur.

Stijlfiguren

Die zorgt en waakt en slaaft en ploegt en zwoegt en zweet.
                                      Joost van den Vondel, Palamedes

Stijlfiguren

Dan zou ik mijn boek vertalen in het Maleis, Javaans, Soendaas, Alfoers, Boeginees, Battaks.
                                                Multatuli, Max Havelaar

Stijlfiguren

Denkend aan de dood kan ik niet slapen
en niet slapend denk ik aan de dood
                                                    J.C. Bloem, Insomnia

Stijlfiguren

Spreken is zilver, zwijgen is goud.

Stijlfiguren

Het licht begint te wandelen door het huis
en raakt de dingen aan.
                                          Ida Gerhardt, Zondagmorgen

Stijlfiguren

Van het concert des levens heeft niemand een program

Stijlfiguren

Ik heb het bed, de kamer en het huis verlaten.

Pro Caelio

'Quid tumultuaris, soror? Quid insanis? Quid clamorem exorsa verbis parvam rem magnam facis? Vicinum adulescentulum aspexisti; candor huius te et proceritas, vultus oculique pepulerunt; saepius videre voluisti; fuisti non numquam in isdem hortis; vis, nobilis mulier, illum filium familias patre parco ac tenaci habere tuis copiis devinctum. Non potes; calcitrat, respuit, repellit, non putat tua dona esse tanti. Confer te alio.

Pro Caelio

Quod cum huius vobis adulescentiam proposueritis, constituitote ante oculos etiam huius miseri senectutem qui hoc unico filio nititur, in huius spe requiescit, huius unius casum pertimescit; quem vos [supplicem vestrae misericordiae, servum potestatis, abiectum non tam ad pedes quam ad mores sensusque vestros, vel recordatione parentum vestrorum vel liberorum iucunditate] sustentate, ut in alterius dolore vel pietati vel indulgentiae vestrae serviatis.

Pro Caelio

Conservate parenti filium, parentem filio, ne aut senectutem, iam prope desperatam, contempsisse aut adulescentiam plenam spei maximae non modo non aluisse vos verum etiam perculisse atque adflixisse videamini. Quem si nobis, si suis, si rei publicae conservatis, addictum, deditum, obstrictum vobis ac liberis vestris habebitis omniumque huius nervorum ac laborum vos potissimum, iudices, fructus uberes diuturnosque capietis.