Maatschappijleer V4

• Geschiedenis
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 4

Mededelingen: 

SE via Quayn (in magister) op woensdag 17 juni

Vandaag: 

• Herhalen/checken H 1 t/m 4 en 6. 
• Helft van hoofdstuk 7 
• Vragen?

Wat zijn de vier functies van de verzorgingsstaat?

Vraag

Wat is een planeconomie? Wat is een markteconomie? en wat heeft de verzorgingsstaat hiermee te maken?

Welke onderstaande is NIET een van de drie typen verzorgingsstaten die je moet kennen?

1. sociaaldemocratische verzorgingsstaat
2. liberale verzorgingsstaat
3. confessionele verzorgingsstaat
4. corporatistische verzorgingsstaat

Vragen over hoofdstuk 1?

Wat is een nachtwakersstaat?

Leg de christendemocratische visie op de verzorgingsstaat uit

Vragen Hoofdstuk 2?

Vragen: 

Wie zijn de sociale partners?

Wat is een CAO? 

Vragen Hoofdstuk 3?

Wat zijn de drie belangrijkste onderdelen van de verzorgingsstaat?

Algemene en bijzondere bijstand zijn voorbeelden van een

1. Sociale verzekering
2. Werknemers-verzekering
3. Volksverzekering
4. Sociale voorziening

De AOW (algemene ouderdomswet) is een voorbeeld van een

1. Sociale Verzekering
2. Werknemers-verzekering
3. Volksverzekering
4. Sociale voorziening

Werknemersverzekeringen en volksverzekeringen zijn voorbeelden van:

1. Sociale voorzieningen
2. Sociale verzekeringen
3. basisverzekeringen
4. planten

Vraag: 

Wat is het verschil tussen een sociale voorziening en een sociale verzekering?

Wat is het verschil tussen een werknemersverzekering en een volksverzekering? 

Vragen over hoofdstuk 4?

Vraag: 

Geef een voorbeeld van de verschillende soorten werkeloosheid: 

• Frictiewerkeloosheid
• Seizoenswerkeloosheid
• Conjuncturele werkeloosheid
• Structurele werkeloosheid

Over welke vier ontwikkelingen op de arbeidsmarkt heb je geleerd?

Vragen over hoofdstuk 6?

Vragen: 

Wat voor gevolgen kan frauderen met een uitkering hebben?

Vragen?

Over het schoolexamen heb ik het volgende gevoel:

1. Alle vertrouwen. Ik ga een 10 halen, of toch minstens een 7.
2. Ik moet er nog effe hard aan gaan trekken, maar het moet wel lukken.
3. Lichte paniek. Ik heb nog een lange weg te gaan.
4. Blinde paniek. Ik haal bijna zeker wel een onvoldoende.

Heb je behoefte aan een online uitlegmoment?

1. Nee
2. Ja, daar ben ik sowieso bij.
3. Als het er is log ik wel effe in, maar ook niet erg als het niet komt
4. Weet nog niet

Wat heb je nog van mij nodig?