Dag 7

Woorden
Thema 12:  Vriendschap
1 / 15
suivant
Slide 1: Diapositive
NT2ISK

Cette leçon contient 15 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Woorden
Thema 12:  Vriendschap

Slide 1 - Diapositive

De woorden van vandaag:
oefenen
praten
het rekenen
rekenen
samen
shoppen
sinds

Slide 2 - Diapositive

oefenen (ww)
  • herhalen om te leren

  • TT - ik oefen - jij oefent - wij oefenen
  • VT - ik oefende - wij oefenden
  • VTD - ik heb geoefend

  • zin: Ik lees een Nederlands boek. Zo oefen ik de taal.
  • zin: Ik kan niet goed fietsen. Ik moet oefenen.
43

Slide 3 - Diapositive

praten (ww)
  • zeggen, spreken
  • communiceren
  • praten <--> zwijgen

  • TT - ik praat - jij praat - wij praten
  • VT - ik praatte - wij praatten
  • VTD - ik heb gepraat
  • zin: De vrouwen praten met elkaar.
44

Slide 4 - Diapositive

het rekenen (znw)

  • werken met getallen
  • + - /  x

  • zin: Op school leren we taal en rekenen.
  • zin: 38 + 33 = .... 75??? Jij bent niet goed in het rekenen!
extra

Slide 5 - Diapositive

rekenen (ww)
  • werken met getallen
  • TT - ik reken - jij rekent - wij rekenen
  • VT - ik rekende - wij rekenden
  • VTD - ik heb gerekend

  • zin: Ik reken vier keer per week.
  • zin: Er zit een fout in de toets, de docent rekent de sommen na.
45

Slide 6 - Diapositive

samen
  • met andere mensen
  • bij elkaar of met elkaar

  • zin: Het meisje en de jongen maken samen de opdracht.
  • zin: Ik ga samen met mijn vriend naar de winkel.
46

Slide 7 - Diapositive

shoppen (ww)
  • winkelen
  • TT - ik shop - jij shopt - wij shoppen
  • VT - ik shopte - wij shopten
  • VTD - ik heb geshopt
  • zin: Ik vind het leuk om kleding te shoppen.
  • zin: Mr. Bean gaat shoppen in de winkel.
47

Slide 8 - Diapositive

sinds
  • vanaf
  • van vroeger tot nu
  • zin: Ik kom uit Eritrea. Sinds november ben ik in Nederland.
  • zin: Sinds gisteren is mijn auto stuk. Ik ga vandaag met de trein.
48

Slide 9 - Diapositive

De opdracht is erg ................
Ik moet nog heel veel ................
40/43
A
moeilijk - lachen
B
praten - oefenen
C
moeilijk - oefenen
D
moeilijk - rekenen

Slide 10 - Quiz

43
Wat moet je oefenen?

Slide 11 - Question de remorquage

Ik heb met mijn docent ..............
44

Slide 12 - Question ouverte

Vier keer in de week hebben jullie ........... (2e lesuur).
45

Slide 13 - Question ouverte

46
timer
1:30
Wat doe jij graag samen?

Slide 14 - Carte mentale

Maak een zin.
Werkwoord: shoppen
sinds / ik
47/48

Slide 15 - Question ouverte