Economisch bekeken - H1.2 Inkomsten omrekenen les 2- KGT

• Economie
• Middelbare school
• vmbo g, t, mavo
• Leerjaar 2

Hoofdstuk 1 - Zakgeld en inkomen (GT)

• H1.1 Inkomsten in soorten
• H1.2 Inkomsten omrekenen
• H1.3 Getallen op een rij
• H1.4 Bijverdienen
• H1.5 De bank betaalt
• H1.6 Inkomen en beroep
  

Inhoud

Aan het eind van deze paragraaf kun je:

• inkomsten over verschillende perioden omrekenen.
  
• inkomsten met elkaar vergelijken.
  

Wat gaan we leren?

Hoeveel dagen zitten er in een jaar?

Jip krijgt 25 euro zakgeld in de week. Hoeveel krijgt hij in de maand?
Laat dit zien met een berekening!

Hoeveel maanden zitten er in een kwartaal?

ANTWOORDEN INTRODUCTIEVRAGEN

1.    A. Eva krijgt € 5,40 per week en Roy krijgt € 22,10 per maand
       B. Roy krijgt zijn zakgeld per maand en Eva per week. Als je Eva                         haar salaris vermenigvuldigd met 4 heb je slechts 28 dagen, dus                   kan je niet zo maar zeggen dat Roy meer zakgeld krijgt.

2.    A Eva krijgt 52 keer zakgeld en Roy 12 keer.

       B. Eva krijgt: 52 weken x € 5,40 = € 280,80 per jaar.

             Roy krijgt: 12 maanden x € 22,10 = € 265,20 per jaar

       C. Eva krijgt meer zakgeld per jaar, dan Roy.

ANTWOORDEN INTRODUCTIEVRAGEN

3.       A. € 5,40 x 52 weken / 12 maanden = € 23,40 per maand
          B. € 4,50 per week x 52 weken / 12 maanden = € 19,50 per maand

4.       A. € 22,10 per maand x 12 maanden / 52 weken = €5,10 per week

          B. € 35,75 per maand x 12 maanden / 52 weken = € 8,25 per week

5.       A. Een kwartaal telt 3 maanden en een jaar telt 4 kwartalen.

ANTWOORDEN INTRODUCTIEVRAGEN

5.      B.







         C. Zo weet de familie wat ze gemiddeld per maand te besteden hebben.

Inkomen	Bedrag	Uitwerking
Loon	€ 2.400,- per maand	€ 2.400,- per maand
Kinderbijslag	€ 278,55 per kwartaal	€278,55 / 3 = € 92,85 per maand
Opbrengst garagebox	€ 540,- per halfjaar	€ 540,- / 6 = € 90,- per maand.
	Totaal:	€ 2.400,- + € 92,85 + € 90,- = € 2.582,85 per maand

Opdracht 7

Huiswerk voor de volgende les:

• Maken toepassingsvragen 6 t/m 11 van hoofdstuk 1.2 inkomsten omrekenen op bladzijde 14 en 15.
  

Huiswerk