H2: introductie & H2, §1: Waarom werk je?

• Burgerschap
• MBO
• Studiejaar 1

Hoofdstuk 2
Economische
dimensie

De maatschappij dat ben JIJ

Wat ga je leren?

In deze dimensie leer je:

• Over de rechten en plichten van werknemers
• Over de economische aspecten van werk
• Over salarissen en werkloosheid
• Over de kracht van reclame
• Hoe je kritisch en bewust keuzes kan maken als consument

Overzicht

• §1: Waarom werk je?
  
• §2: Werken en de overheid
• §3: Ik werk
• §4: Ik heb geen baan
• §5: Ik ben kritisch
• §6: Ik ben bewust
• §7: Uit het rood

Hoofdstuk 2, §1:
Waarom werk je?

Deltion ICT Lyceum

2024-2025

Lesdoelen

Aan het einde van deze les:

▸ Kun je uitleggen wat arbeid is en wat basisbehoeften zijn.

▸ Kun je verschillende redenen noemen waarom mensen werken.

▸ Ben je bewust van het nut van je eigen werk.

▸ Heb je inzicht in je primaire en secundaire behoeften en de kosten hiervan.

Geld is belangrijk om te kunnen leven. Je gebruikt het bijvoorbeeld om je huis, eten, drinken en kleding te betalen. Je verdient geld door te werken. Maar werken is niet alleen belangrijk om geld te verdienen. Er zijn ook andere redenen om te werken. Kijk naar het filmpje met de studenten. Hierin vertelt een rijinstructeur waarom hij het belangrijk vindt om plezier in zijn werk te hebben.

❛Werken voor je geld levert te weinig op.❜

Vragen aan de studenten:

1. Welke redenen kun je bedenken om te willen werken, behalve geld verdienen?

Denk bijvoorbeeld aan:

- Je nuttig voelen of iets bijdragen aan de maatschappij.

- Waardering krijgen voor wat je doet.

- Sociale contacten opbouwen.

2. Waarom heb je gekozen voor deze baan of sector?

3. Heb je plezier in het werk dat je nu doet? Wat zorgt ervoor dat je dit werk leuk vindt of juist niet?

4. Voel jij je gewaardeerd in je werk? Waar merk je dat aan?

5. Wat betekent jouw werk voor jou persoonlijk?

6. Wat betekent jouw werk voor de maatschappij? Wat draag je bij?  

Basisbehoeften

Werk is niet alleen belangrijk, maar vaak ook leuk. Het biedt de mogelijkheid om geld te verdienen, waarmee je kunt voldoen aan je behoeften.

Deze behoeften kun je verdelen in twee groepen: primaire behoeften (basisbehoeften) en secundaire behoeften.

Praat met de studenten over het begrip basisbehoeften. Leg uit wat basisbehoeften zijn: de dingen die mensen echt nodig hebben om goed te kunnen leven, zoals voedsel, water, een veilig huis, kleding, gezondheid en soms ook sociale behoeften zoals contact met anderen. Vraag de studenten welke basisbehoeften zij belangrijk vinden en waarom. Laat ze voorbeelden geven en samen nadenken over wat er gebeurt als deze behoeften niet worden vervuld.

Deze behoeften kun je verdelen in twee groepen:

- Primaire behoeften, of basisbehoeften, zijn dingen die iedereen nodig heeft om te overleven, zoals voedsel, een plek om te wonen, kleding, veiligheid en gezondheidszorg.

- Secundaire behoeften zijn niet noodzakelijk om te overleven, maar maken het leven prettiger, zoals sporten, hobby's, reizen of het kopen van luxere spullen.

Bespreek met de studenten:
Bespreek met de studenten of ze al op de hoogte waren van alle soorten kosten. Vraag hen wat ze al wisten en welke kosten nieuw of onverwacht voor hen waren. Laat ze nadenken over welke kosten ze zelf al maken en welke kosten ze in de toekomst misschien gaan tegenkomen.

Aan de slag!

Opdracht 1 & 4
Maak opdracht 1 en 4 vanaf
bladzijde 32 in je werkboek.

Klaar? Maak dan opdracht 2 op blz. 32.

Succes deze week, en
tot de volgende les!