Herken de doelen van een tekst

Herken de doelen van een tekst

Leerdoel

Aan het einde van deze les kun je de tekstdoelen amuseren, informeren, overtuigen en activeren herkennen in diverse teksten.

Leg aan het begin van de les het doel uit en benadruk waar de leerlingen naartoe werken.

Wat weet jij al over de verschillende tekstdoelen?

Tekstdoelen

Er zijn vier tekstdoelen: amuseren, informeren, overtuigen en activeren.

Leg de verschillende tekstdoelen uit en geef voorbeelden.

Amuseren

Een tekst met als doel te amuseren, wil de lezer vermaken of laten lachen. Bijvoorbeeld een moppenboek.

Laat de leerlingen voorbeelden noemen van teksten die als doel hebben te amuseren.

Informeren

Een tekst met als doel te informeren, wil de lezer iets leren. Bijvoorbeeld een nieuwsartikel.

Laat de leerlingen voorbeelden noemen van teksten die als doel hebben te informeren.

Overtuigen

Een tekst met als doel te overtuigen, wil de lezer iets laten geloven of doen. Bijvoorbeeld een reclame.

Laat de leerlingen voorbeelden noemen van teksten die als doel hebben te overtuigen.

Activeren

Een tekst met als doel te activeren, wil de lezer aanzetten tot actie. Bijvoorbeeld een oproep om te stemmen.

Laat de leerlingen voorbeelden noemen van teksten die als doel hebben te activeren.

Wat is het doel van een tekst die de lezer wil aanzetten tot actie?

1. Amuseren
2. Activeren
3. Overtuigen
4. Informeren

Wat is het doel van een tekst die de lezer iets wil leren?

1. Overtuigen
2. Amuseren
3. Informeren
4. Activeren

Wat is het doel van een tekst die de lezer wil vermaken?

1. Overtuigen
2. Amuseren
3. Informeren
4. Activeren

Oefenen

Laten we nu oefenen met het herkennen van de tekstdoelen. Lees de tekst op de volgende slide en bepaal het doel.

Zorg dat de tekst op de volgende slide duidelijk te lezen is voor alle leerlingen.

Voorbeeldtekst

Beste lezer, in deze folder vind je alle informatie over onze nieuwe producten. Kom snel langs in onze winkel!

Laat de leerlingen nadenken over het tekstdoel van deze tekst en vraag hen om dit te benoemen.

De Afsluiting

Nu je weet wat de verschillende tekstdoelen zijn, kun je deze herkennen in teksten die je tegenkomt.

Vat de les kort samen en benadruk het belang van het kunnen herkennen van tekstdoelen.

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.

Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.

Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.