Herhaling 3.3

• Geschiedenis
• Middelbare school
• mavo, havo
• Leerjaar 1

Welkom!

Vandaag:

- Ga ik julllie blij maken.

- Herhalen 3.3

Herkansing toets 

Gisteren goedkeuring gekregen van de laatste teamleider!

Schrijft op in je plenda!

B1d: herkansing maandag 7 maart 7e uur, 112.

B1e: herkansing vrijdag 11 maart 7e uur, 110.

(Allebei na de les geschiedenis).

De toets wordt online afgenomen.

Ook als je een voldoende hebt, mag je de herkansing maken.

Christendom: Romeinse Rijk

Eerst: vervolgde minderheid.

- 312: Keizer Constantijn werd Christen.

- 313: Christenen niet meer vervolgd.

- 394: Theodosius maakt Christendom staatsgodsdienst.

-> Nu veel meer mensen Christen.

-> Christendom werd actief verspreid.

Inlevingsopdracht

Stel je voor:

Je bent een arme Romein. Je hebt het moeilijk om goed rond te komen en moet hard werken om je familie van eten te voorzien.

Dan komt het christendom: iedereen is gelijk, kans op eeuwig leven in de hemel. 

Zou jij dan ook overstappen op het christendom?

Verspreiding Christendom

- 4e-6e eeuw: Missionarissen verspreiden het geloof.

- Doel: koning overtuigen, volk zou dan volgen.

- Karel de Grote wilde dat zijn volk christen werd, omdat:

• Meer eenheid met hetzelfde geloof.
  
• Eén sterk christelijk rijk = macht en aanzien voor Karel.
  

- Maar volk had een natuurgodsdienst, willen niet zomaar christen worden.

- Vaak: mix van christendom en eigen natuurgodsdienst.

- Iedereen rond 1000 christen.

Mengcultuur/menggodsdienst

Leg uit hoe het kan dat mensen sneller christelijk worden, wanneer zij het geloof kunnen combineren met hun bestaande geloof.

Rooms-katholieke kerk

- Missionarissen verspreidden geloof, muziek, verhalen, boeken.

- Op een domein (denk aan het hofstelsel) waren er ook geestelijken, bijvoorbeeld de priester.

- Geestelijken waren belangrijk. Zij konden bijna als enigen lezen en schrijven.

- Wetten en kennis werden door geestelijken opgeschreven, dus ze hadden veel macht.

Kerkorganisatie: hiërarchie

Paus

Bisschoppen

Priesters

Monniken

Missionarissen

Werd gezien als God op aarde. Woont in het Vaticaan.

Besturen voor de Paus een bisdom (kerkelijk gebied).

Verspreiden het geloof.

Zonderen zich af om te werken en bidden.

Leiden de kerkdienst.

Inlevingsopdracht

Jij bent een geestelijke (priester of monnik).

Beschrijf in een aantal regels hoe jou dat eruit ziet. 

Wat moet je doen op een dag als je een geestelijke bent?

Denk er dus goed aan dat je de taken en de positie van de geestelijke benoemd.

Huiswerk

- Af: alle opdrachten (eigen leerroute) t/m 3.3 af.

- Samenvatting t/m 3.3.

- Video's bekijken bij tijdvak 3.

- Begrippen/leerdoelen leren/uitwerken.

- Etc.