Cette leçon contient 25 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 40 min
Éléments de cette leçon
Hoe raak je minder afgeleid?
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Diapositive
Waarom bespreken we leerstrategieën?
Met inzicht in leerstrategieën krijg jij meer zicht op je leerproces. Deze kennis motiveert en biedt meer kansen om leerdoelen te behalen.
Hoe gaan we dit doen?
Je krijgt inzicht in de werking van het brein tijdens het leren en er worden strategieën besproken.
Wat gaan we doen?
Je krijgt instructie, je maakt aantekeningen en reflecteert op wat je al doet en gaat doen.
Slide 3 - Diapositive
Slide 4 - Diapositive
Leer en onthoud de volgende 16 woorden
Je hebt 40 seconden de tijd
Balie
Staart
Lamp
Naaien
Poot
Rente
Stuur
Rekening
Oog
Rug
Ketting
Speld
Kop
Lenen
Zadel
Draad
timer
0:40
Slide 5 - Diapositive
Wat is de noordelijkste hoofdstad?
A
Tórshavn
B
Reykjavik
C
Oslo
D
Helsinki
Slide 6 - Quiz
Reken uit:
24 : 2 x 4 =
A
3
B
12
C
48
Slide 7 - Quiz
Hoeveel werkwoorden telt onderstaande zin?
Als achter vliegen vliegen vliegen vliegen vliegen vliegen achterna.
A
4
B
3
C
2
D
1
Slide 8 - Quiz
Het woord stond WEL in het rijtje
Het woord stond NIET in het rijtje
sla
hond
fiets
naald
sparen
stuur
balie
speld
mond
ketting
Slide 9 - Question de remorquage
Leer en onthoud de volgende 20 woorden
Je hebt 40 seconden de tijd
Fiets
Stuur
Ketting
Lamp
Zadel
Bank
Lenen
Balie
Rekening
Rente
Hond
Rug
Staart
Kop
Poot
Naald
Draad
Speld
Oog
Naaien
timer
0:40
Slide 10 - Diapositive
Noteer alle 20 woorden
Slide 11 - Diapositive
Hoeveel woorden wist je nog?
Fiets
Stuur
Ketting
Lamp
Zadel
Bank
Lenen
Balie
Rekening
Rente
Hond
Rug
Staart
Kop
Poot
Naald
Draad
Speld
Oog
Naaien
Slide 12 - Diapositive
Leerstrategie
1 Herhalen : het letterlijk herhalen van de leerstof.
- stampen - ezelsbruggetjes maken
- flitskaarten met de stoplicht methode
- flashcards op de trap
- leerstof opschrijven en ophangen op een vaak bezochte plaats
Slide 13 - Diapositive
Leerstrategie
2 Verdiepen: actief met de lesstof bezig zijn en erover nadenken.
- structuurmap maken - Youtube video's over de stof bekijken - het maken van aantekeningen - het bedenken van voorbeelden - het bedenken van toetsvragen en deze door een klasgenoot laten maken - het maken van een oefentoets - elkaars werk nakijken
Slide 14 - Diapositive
Structuurmap
'De spitzmuizen'
Slide 15 - Diapositive
Leerstrategie
3 Structureren: structuur aanbrengen in de lesstof om deze dan goed te kunnen leren. - structuurmap maken - samenvatting maken
Slide 16 - Diapositive
Welke manieren van leren ga jij de komende weken toepassen?
Slide 17 - Question ouverte
Opdracht
Pak een vak naar keuze (of een vak dat je hebt meegenomen naar de les).
Kies één leerstrategie uit en ga hiermee aan de slag.
Slide 18 - Diapositive
Andere leerstrategieën:
- jezelf motiveren om aan de slag te gaan - opgeruimde werk/leerplek - plannen, bijhouden en terugkijken op leerstof - overzicht houden over de leerstof - jezelf kennen en erachter komen wat voor jou werkt
Slide 19 - Diapositive
Wat is niet effectief?
Er zijn ook een aantal leerstrategieën die niet effectief zijn: 1 Het markeren van een tekst. > wel als je vervolgens een structuurmap maakt.
2 Tekst meerdere keren doorlezen. > je zult hier actief mee aan de slag moeten gaan.
Slide 20 - Diapositive
Wat is niet effectief?
3 Digitaal schrijven van een samenvatting.
> beter: op papier en het liefst op een overzichtelijke manier zoals een structuurmap.
Slide 21 - Diapositive
Tekstbegripstrategie
Een gestructureerde manier van markeren!
Het hoofdonderwerpmarkeer je roze
Als er een extra verduidelijking van het onderwerp (bijvoorbeeld een definitie) beschreven staat, dan markeer je dat groen
Informatie over het onderwerp markeer je geel
Wanneer gedetailleerde informatie gegeven wordt die meer uitleg geeft over de geel gemarkeerde tekst, dan kleur je die blauw.
We gaan nu samen/klassikaal de tekst 'Het brein' markeren volgens de Tekstbegripstrategie.
Slide 22 - Diapositive
Structuurmap
Je zet de gemarkeerde kleurstructuur altijd 1 op 1 over in de structuurmap:
Boven de tak het roze gemarkeerde woord (onderwerp)
Onder de tak het groen gemarkeerde woord (kader/definitie)
Naast de tak de geel gemarkeerde woorden (directe informatie over het onderwerp van de tak)
Daarnaast weer de blauw gemarkeerde woorden (extra informatie die over de geel gemarkeerde informatie gaat)
We gaan nu samen/klassikaal een structuurmap maken van de gemarkeerde tekst over 'Het brein'.
Slide 23 - Diapositive
Opdracht 2:
Ga nu zelf aan de slag: tekst 'De spitzmuizen'
Ga nu zelf de tekst ' De Spitsmuizen' markeren volgens de tekstbegripstrategie.
Neem vervolgens de markering door met je buurman/buurvrouw. Klopt je markering?
Wanneer de markering klopt, mag je door met het maken van een structuurmap. Dit doe je aan de hand van de juiste manier van markeren van deze tekst.
De structuurmap bekijk je ook weer met je buurman/buurvrouw. Klopt je structuurmap?
We bespreken de opdracht klassikaal na.
Heb je steeds de juiste structuur en de juiste gelaagdheid? Markeer je te veel, te weinig?