H3 Rechtsbronnen: Internationale verdragen en Europese wetgeving

Weer even herhalen...
1 / 18
suivant
Slide 1: Diapositive
JuridischMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 18 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 90 min

Éléments de cette leçon

Weer even herhalen...

Slide 1 - Diapositive

Welke uitspraak over rechtsbronnen is waar?
A
De belangrijkste rechtsbron is het verdrag
B
De belangrijkste rechtsbron is de gewoonte
C
De belangrijkste rechtsbron is de Wet
D
De belangrijkste rechtsbron is de jurisprudentie

Slide 2 - Quiz

Waar kun je jurisprudentie vinden?
A
in je wettenbundel
B
op www.rechtspraak.nl
C
op www.wetten.nl
D
jurisprudentie is ongeschreven recht, je vindt het niet terug

Slide 3 - Quiz

Wie maakt een Algemene Maatregel van Bestuur (AMvB)?
A
de minister
B
de regering en de Staten-Generaal
C
de regering
D
Provinciale staten

Slide 4 - Quiz

Wat is een verdrag?

Slide 5 - Carte mentale

Internationale verdragen
  • Afspraken tussen twee of meer landen
  • Bilateraal --> 2 landen
  • Multilateraal --> drie of meer landen

Slide 6 - Diapositive

  • Afspraken uit verdragen gelden voor burgers, bedrijven en de overheid in Nederland
  • De inhoud van internationale verdragen maakt deel uit van het geschreven recht
  • het Verdrag gaat voor de Wet

Slide 7 - Diapositive

Opdracht: bekijk het filmpje over mensenrechten
Er volgen twee vragen

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Vidéo

Wat staat er in de Universele Verklaring voor de rechten van de mens?


Slide 10 - Question ouverte

Welke speciale kinderrechten zijn er?

Slide 11 - Question ouverte

Europese samenwerking
  • Na WO-II EGKS
  • later EEG, EG
  • Nu Europese Unie

Slide 12 - Diapositive

Het EU-verdrag zorgt voor:
  • vrij verkeer van personen
  • vrij verkeer van goederen en diensten
  • vrij verkeer van kapitaal

Slide 13 - Diapositive

Je gaat zo een filmpje bekijken
Na het filmpje moet je antwoord geven op de volgende vragen:
1. Wie maakt het wetsvoorstel bij de Europese wetgeving?
2. Wie moet de wetgeving goedkeuren in de EU?


Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Vidéo

Ongeveer de                van het recht dat in Nederland geldt 
komt van de EU. Er zijn twee soorten wetgeving: Europese
                      en                      .  Een                                 werkt 
direct in Nederland. Dit staat in artikel   
De inhoud van een richtlijn moet eerst opgenomen 
worden in de                                     voordat het een 
 van het land kan zijn
 
helft
verordeningen
richtlijnen
Europese verordening
93 GW
nationale wetgeving
rechtsbron

Slide 16 - Question de remorquage

Je krijgt nu in je mail een opdracht
Werk deze uit en kom over 20 minuten terug in de les.

Slide 17 - Diapositive

Huiswerk
Maak een mindmap, woordspin, of visual notes van hoofdstuk 3

Slide 18 - Diapositive