werkwoordspelling les 5: voltooid deelwoord

WERKWOORDSPELLING
LES 5: voltooid deelwoord

Nederlands
 VWO 1 P1 2022-2023
1 / 35
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 35 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

WERKWOORDSPELLING
LES 5: voltooid deelwoord

Nederlands
 VWO 1 P1 2022-2023

Slide 1 - Diapositive

Vorige lessen heb je geleerd...
... hoe je de persoonsvorm in een zin kunt vinden.

.... hoe je de persoonsvorm in de verleden tijd en de tegenwoordige tijd vervoegt (= in de juiste vorm in een zin zet).

... hoe je het onderwerp in een zin kunt vinden.


Slide 2 - Diapositive

Aan het einde van de les weet je...


... hoe je het voltooid deelwoord op de juiste manier vervoegt (= op de juiste manier in een zin zet).

Slide 3 - Diapositive

Hoe vind je de persoonsvorm in een zin?

Slide 4 - Question ouverte

Hoe vind je het onderwerp in een zin?

Slide 5 - Question ouverte

Hoe weet je of je in de tegenwoordige tijd de ik-vorm of de ik-vorm+t moet schrijven?

Slide 6 - Question ouverte

Welke regel pas je toe bij de persoonsvorm van sterke werkwoorden in de verleden tijd?

Slide 7 - Question ouverte

Welke regel pas je toe bij de persoonsvorm van zwakke werkwoorden in de verleden tijd?

Slide 8 - Question ouverte

Slide 9 - Diapositive

Sterke ww met vdw dat niet op -en eindigt

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

Persoonsvorm of voltooid deelwoord?
Soms heeft het voltooid deelwoord van een werkwoord dezelfde vorm als de persoonsvorm tegenwoordige tijd (mv).

  1. Wij ontvangen een brief.
  2. Wij hebben een brief ontvangen.

Hoe weet je met welke werkwoordsvorm je te maken hebt?
Door de kenmerken van de werkwoordsvormen erbij te halen.

Slide 13 - Diapositive

Persoonsvorm of voltooid deelwoord?
Kenmerken persoonsvorm: verandert als de tijd/getal verandert.
Kenmerken voltooid deelwoord: heeft een hulpwerkwoord bij zich (hebben, zijn, worden).

  1. Wij ontvangen een brief. - Wij ontvingen een brief. - Ik ontvang een brief.
  2. Wij hebben een brief ontvangen. - Hebben = hulpwerkwoord

Ontvangen in zin 1 = persoonsvorm
Ontvangen in zin 2 = voltooid deelwoord


Slide 14 - Diapositive

Oefenen met het vdw
Maak onderstaande opdrachten. 
Klik op de linkjes om bij de opdrachten te komen.

Slide 15 - Diapositive

Persoonsvorm en voltooid deelwoord
Maak onderstaande opdrachten.
Klik op de linkjes om bij de opdrachten te komen.

Slide 16 - Diapositive

Opdrachten
Op slide 18 t/m 34 vind je verschillende afbeeldingen met teksten waarin spelfouten worden gemaakt. 

Het gaat hierbij steeds om fouten in de persoonsvorm tegenwoordige tijd, de persoonsvorm verleden tijd en/of het voltooid deelwoord. 

Maak de opdrachten op de volgende slides.

Slide 17 - Diapositive


Verbeter het verkeerd gespelde woord.

Slide 18 - Question ouverte


Hoeveel spelfouten haal je uit dit bericht?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 19 - Quiz


Verbeter de spelfout(en).

Slide 20 - Question ouverte

Slide 21 - Diapositive


Hoeveel fouten haal je uit dit bericht?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 22 - Quiz


Verbeter de fout.

Slide 23 - Question ouverte

Slide 24 - Diapositive


Hoeveel spelfouten vind je in dit bericht?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 25 - Quiz


Verbeter de spelfout(en).

Slide 26 - Question ouverte

Slide 27 - Diapositive


Verbeter het verkeerd gespelde woord.

Slide 28 - Question ouverte

Slide 29 - Diapositive


Verbeter het verkeerd gespelde woord.

Slide 30 - Question ouverte

Slide 31 - Diapositive


Verbeter het verkeerd gespelde woord.

Slide 32 - Question ouverte

Slide 33 - Diapositive


Verbeter het verkeerd gespelde woord.

Slide 34 - Question ouverte

Ik snap de verschillende onderdelen van werkwoordspelling tot nu toe.
A
Ja
B
Nee

Slide 35 - Quiz