Esmee heeft een creditsaldo van €33,98. Ze gaat met een vriendin de stad in en koopt hier twee drankjes van €3,50 per stuk. Ook krijgt ze nog €15 zakgeld.
Ik heb een creditsaldo van €175. Mijn salaris van €300 is binnen gekomen. Wel moet ik mijn huur van €375 betalen, ook heb ik een nieuwe tv van €240 gekocht. Ik krijg ook nog €130 salaris van mijn tweede baantje.
Wat is mijn saldo? (debet/credit)
Slide 9 - Diapositive
Wat weten we nu?
- Verschillende soorten ruil.
- De geldfuncties
- Soorten geld
- Creditsaldo en debetsaldo en kunnen dit berekenen.