oefentoets 6.1 t/m 4
Wat wordt aangeduid
bij onderdeel 4
bij onderdeel 4
1 / 14
Éléments de cette leçon
Wat wordt aangeduid
bij onderdeel 4
bij onderdeel 4
Slide 1 - Question ouverte
Wat wordt aangeduid
bij onderdeel 12
bij onderdeel 12
Slide 2 - Question ouverte
Wat wordt aangeduid
bij onderdeel 11
bij onderdeel 11
Slide 3 - Question ouverte
Wat wordt aangeduid
bij onderdeel 10
bij onderdeel 10
Slide 4 - Question ouverte
Wat is de functie van
onderdeel 10?
onderdeel 10?
Slide 5 - Question ouverte
Wat is de functie van
onderdeel 10?
onderdeel 10?
Slide 6 - Question ouverte
Wat is de functie van
onderdeel 11?
onderdeel 11?
Slide 7 - Question ouverte
Wat is de functie van
onderdeel 8?
onderdeel 8?
Slide 8 - Question ouverte
Slide 9 - Diapositive
Bij de onderstaande afbeelding gaat er iets fout.
Omschrijf hoe het eigenlijk zou moeten gaan.
Vul in: Het kuikentje ziet de kat met het( vul een zintuig in) ……1………. Er gaat een impuls naar de ……2……
Eigenlijk moet het kuikentje nu wegrennen doordat er een impuls van de hersenen naar de ……3…… gaat.
Omschrijf hoe het eigenlijk zou moeten gaan.
Vul in: Het kuikentje ziet de kat met het( vul een zintuig in) ……1………. Er gaat een impuls naar de ……2……
Eigenlijk moet het kuikentje nu wegrennen doordat er een impuls van de hersenen naar de ……3…… gaat.
Slide 10 - Question ouverte
Wat wordt er bedoelt met de drempelwaarde voor een zintuig?
Slide 11 - Question ouverte
Noteer de nummers 1, 3, 6, 7
Slide 12 - Question ouverte
Noteer de nummers 1, 3, 6, 7
Slide 13 - Question ouverte
Noteer de nummers 1, 3, 6, 7
