WEBB - Verdienen en uitgeven 4.17 t/m 4.21

• Economie
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 5

Welkom

5 havo ECONOMIE  ||  2022-2023

Programma

• Theorie
  
• Lesdoelen
• Aan de slag

Conjunctuurbeleid van de overheid

Anticyclisch of procyclisch conjunctuurbeleid

De overheid kan ervoor kiezen om een conjunctuurbeleid te voeren dat de nadelen van hoog- of laagconjunctuur beperkt.

Dat kan door de overheidsbegroting tegen de conjunctuur in te laten werken: anti-cyclisch begrotingsbeleid (A).

De overheid kan er echter ook voor kiezen om een beleid te voeren dat de conjunctuur versterkt. In dat geval spreken we van pro-cyclisch begrotingsbeleid (P). In zo’n geval wíl de overheid de conjunctuurgolf niet versterken, maar is zij van mening dat andere effecten belangrijker zijn dan de conjunctuur. Dat zijn dan veelal structurele ontwikkelingen.

Anticyclisch of procyclisch conjunctuurbeleid

Hoe zou de overheid dat kunnen doen?

Als de overheid bij laagconjunctuur anticyclisch begrotingsbeleid wil voeren, moet het ...

1. de belastingen verlagen of de overheidsbestedingen verlagen.
2. de belastingen verlagen of de overheidsbestedingen verhogen.
3. de belastingen verhogen of de overheidsbestedingen verlagen.
4. de belastingen verhogen of de overheidsbestedingen verhogen.

Wat is geen anticyclisch beleid tijdens hoogconjunctuur?

1. Inkomstenbelasting verhogen
2. Export subsidiëren
3. Bezuinigen
4. BTW verhogen

Leg uit wat er gebeurt met het overheidssaldo in hoogconjunctuur als de overheid anticyclisch beleid volgt.

Wie kan de rente verhogen/verlagen?

Monetair beleid

De Centrale bank --> rente

• Uitgifte van bankbiljetten
• Toezicht op banken
• Monetair beleid

Prijsstabiliteit in de eurozone --> inflatie van 2% per jaar. 

Bespreken

4.12, 4.14, 4.15, 4.17 & 4.18

Waarom wil men wel wat inflatie?

Waarom wil men niet een te hoge inflatie?

Waarom zorgt een hoge inflatie voor een verslechtering van de internationale concurrentiepositie?

Wat is het gevolg van een verlaging van de rentestand?

Lesdoelen

Aan het einde van de les

Nadelen van hoge inflatie en van deflatie noemen. 

Uitleggen welke gevolgen de rente, de inflatie en de conjunctuur hebben op lenen en sparen. 

Uitleggen hoe de centrale bank het rentebeleid voert om de inflatie te beïnvloeden. 

Aan de slag

Maken 4.17 t/m 4.21

Klaar? Nakijken

Zelftest

Bespreken 4.18 en 4.19