Cette leçon contient 19 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Doelen
- Je weet het verschil tussen objectief en subjectief
- Je kan verschillende soorten rapportages benoemen
- Je rapporteert (mondeling en schriftelijk) aan jouw leidinggevende over onveilige situaties
Slide 2 - Diapositive
Wat is rapporteren?
Slide 3 - Carte mentale
Welke soorten rapportages ken je?
Slide 4 - Question ouverte
Slide 5 - Diapositive
Wat is het verschil tussen objectief en subjectief?
Slide 6 - Question ouverte
Slide 7 - Diapositive
Slide 8 - Diapositive
Tussentijdse vragen?
Slide 9 - Question ouverte
Slide 10 - Diapositive
Slide 11 - Diapositive
Slide 12 - Diapositive
Slide 13 - Diapositive
Tijdens de ochtenddienst op 12 februari komt mevrouw Janssen naar mij toe en zegt ‘Ik mis mijn familie zo, ik zie ze niet vaak’. Ik weet dat haar familie een keer per maand op bezoek komt. Dit staat in het ECD van mevrouw Janssen.
Slide 14 - Question ouverte
Slide 15 - Diapositive
Slide 16 - Diapositive
Je staat op de ochtenddienst en loopt naar de kamer van Mevrouw Es-salki. Mevrouw geeft aan dat ze niet uit bed wil komen en dat ze niet ook niet naar de dagbesteding wil. Ze wil niet meedoen met de activiteiten van vandaag. Je ziet dat ze de deken over haar gezicht trekt en ze stuurt je de kamer uit. Wanneer je de rapportage leest zie je dat ze wel vaker niet naar de activiteiten wil en in bed blijft liggen.