Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
1e en 4e naamval
Planning
-Grammatik wiederholen (15 min.)
-der und ein-Gruppe (20 min.)
-Verschollen in Berlin (30 min.)
-Hausaufgaben (15 min.)
1 / 34
suivant
Slide 1:
Diapositive
Duits
Middelbare school
vmbo g, t, mavo
Leerjaar 3
Cette leçon contient
34 diapositives
, avec
quiz interactifs
,
diapositives de texte
et
1 vidéo
.
La durée de la leçon est:
35 min
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
Planning
-Grammatik wiederholen (15 min.)
-der und ein-Gruppe (20 min.)
-Verschollen in Berlin (30 min.)
-Hausaufgaben (15 min.)
Slide 1 - Diapositive
timer
15:00
Slide 2 - Diapositive
Leerdoel
Ik ken de vormen van der- en ein-groep in de 1e en 4e naamval.
Ik weet hoe ik de 1e en 4e naamval moet vinden in de zin.
Ik kan de hij/zij en hem/haar regel toepassen.
Slide 3 - Diapositive
der-groep en ein-groep 1e en 4e naamval
Slide 4 - Diapositive
Welke lidwoorden ken je in het Nederlands?
timer
0:30
Slide 5 - Question ouverte
timer
0:30
Welke lidwoorden
ken je in het Duits?
Slide 6 - Carte mentale
Alle bezittelijke voornaamwoorden behoren tot de ein-groep: mein, dein, sein, ihr, unser, euer, ihr, Ihr + kein = geen
Slide 7 - Diapositive
1e naamval
Slide 8 - Diapositive
4e naamval
Slide 9 - Diapositive
0
Slide 10 - Vidéo
Slide 11 - Diapositive
1e naamval = ....... (meerdere antwoorden zijn mogelijk)
A
hem(haar)
B
hij(zij)
C
onderwerp
D
lijdend voorwerp
Slide 12 - Quiz
4e naamval = ...........
(meerdere antwoorden zijn mogelijk)
A
hem(haar)
B
hij(zij)
C
onderwerp
D
lijdend voorwerp
Slide 13 - Quiz
Geef aan wat 1e en 4e naamval is in de zin: "Ich habe das Kind nicht gesehen."
A
Ich = 1e naamval
B
das Kind = 4e naamval
C
Ich = 4e naamval
D
das Kind = 1e naamval
Slide 14 - Quiz
Kies uit 1e of 4e naamval
Meine Schwester heißt Anna und wie heißt dein- Bruder?
meine Schwester =
dein- Bruder =
A
1e nv en 1e nv
B
4e nv en 4e nv
Slide 15 - Quiz
bij de der en de ein- groep is de uitgang van de 1e en de 4e naamval anders, bij welke is dat het geval?
A
mannelijke woorden
B
onzijdige woorden
C
vrouwelijke woorden
D
woorden in het meervoud
Slide 16 - Quiz
De bezittelijke voornaamwoorden (mein, dein, sein, enz.) horen bij de ...
A
der-Gruppe
B
ein-Gruppe
Slide 17 - Quiz
Bij welke groep hoort de vertaling van het woord "geen"?
A
der-Gruppe
B
ein-Gruppe
Slide 18 - Quiz
Vul der, die, das of den in.
_____ Torte (v) ist sehr lecker.
A
Die
B
Der
C
Den
D
Das
Slide 19 - Quiz
Vul der, die, das of den in.
..... Käse (m) schmeckt mir heute so gut.
A
Der
B
Die
C
Den
D
Das
Slide 20 - Quiz
Vul der, die, das of den in.
Ich nehme ...... Hamburger. (m)
A
der
B
die
C
den
D
das
Slide 21 - Quiz
Vul der, die, das of den in.
Ich möchte gern ......... Eis.
A
der
B
die
C
den
D
das
Slide 22 - Quiz
Vul der, die, das of den in.
Am liebsten esse ich ___________ Schokolade (v) mit Nüssen.
A
der
B
die
C
den
D
das
Slide 23 - Quiz
Vul in ein, eine of einen.
______ Tee (m) macht dich im Winter wieder warm.
A
Eine
B
Ein
C
Einen
Slide 24 - Quiz
Vul in ein, eine of einen.
Möchtest du ___________ Apfelsaft (m) trinken?
A
eine
B
ein
C
einen
Slide 25 - Quiz
Vul in ein, eine of einen.
Wir nehmen _____ Cola. (v)
A
eine
B
ein
C
einen
Slide 26 - Quiz
Vul het woord in de goede vorm in.
Kennst du (de) ___________ Freund aus Berlin?
Slide 27 - Question ouverte
Vul het woord in de goede vorm in.
Am liebsten trinke ich (een) _____ Limo (v) mit Zitrone.
Slide 28 - Question ouverte
Vul het woord in de goede vorm in.
Wir nehmen (een) ___________ Tee. (m)
Slide 29 - Question ouverte
Vul het woord in de goede vorm in.
(het) ...... Buch ist spannend.
Slide 30 - Question ouverte
Hoe vond je deze les?
A
Heel makkelijk
B
Makkelijk
C
Moeilijk
D
Heel moeilijk
Slide 31 - Quiz
Gibt es noch Fragen?
Slide 32 - Diapositive
Hausaufgaben
Schritt 25: Aufgabe 2 und 6
Slide 33 - Diapositive
Kijk nu terug naar de lesdoelen:
-Ken je de vormen van de der- en ein-groep in de 1e en 4e naamval?
-Weet je hoe je ze moet vinden in een zin?
-Kun je de hij/hem regel toepassen?
Bespreek dit met degene naast je!
Slide 34 - Diapositive
Plus de leçons comme celle-ci
1e en 4e naamval
Mars 2022
- Leçon avec
33 diapositives
Duits
Middelbare school
vmbo g, t, mavo
Leerjaar 3
1e en 4e naamval
Novembre 2024
- Leçon avec
31 diapositives
Duits
Middelbare school
vmbo g, t, mavo
Leerjaar 3
1e en 4e naamval
Juin 2024
- Leçon avec
17 diapositives
Duits
Middelbare school
vmbo g, t, mavo
Leerjaar 3
2B - 1e en 4e naamval
Juin 2024
- Leçon avec
24 diapositives
Duits
Middelbare school
vmbo g, t, mavo
Leerjaar 3
1e en 4e naamval
Septembre 2024
- Leçon avec
17 diapositives
Duits
Middelbare school
vmbo g, t, mavo
Leerjaar 3
Kapitel 3 Zürich VMBO GT Stunde 14 Klasse 3
Février 2024
- Leçon avec
31 diapositives
Duits
Middelbare school
vmbo b, k
Leerjaar 3
1e en 4e naamval
Mars 2023
- Leçon avec
20 diapositives
Duits
Middelbare school
vmbo g, t, mavo
Leerjaar 3
HAVO 3 1de en 4de naamval
Avril 2024
- Leçon avec
32 diapositives
Duits
Middelbare school
vmbo k, havo
Leerjaar 2,4