Thema Woorden

De Pup
A
Jong schaap
B
Jong Hondje
C
Jong poesje
D
Jong kipje
1 / 13
suivant
Slide 1: Quiz
NederlandsBasisschoolGroep 4

Cette leçon contient 13 diapositives, avec quiz interactifs.

Éléments de cette leçon

De Pup
A
Jong schaap
B
Jong Hondje
C
Jong poesje
D
Jong kipje

Slide 1 - Quiz

De kitten
A
Jong hondje
B
Jong schaapje
C
Jong muisje
D
Jong katje

Slide 2 - Quiz

Het zoogdier
A
Een dier dat eieren legt
B
Een dier dat waarvan de jongen melk drinken
C
Een dier dat eieren broedt
D
Een dier dat vliegt

Slide 3 - Quiz


A

Slide 4 - Quiz

Zogen
A
Een moeder geeft melk uit de borst
B
Een moeder geeft de fles
C
De moeder geeft een happetje
D
De moeder geeft drinken

Slide 5 - Quiz

Moedermelk
A
Melk die in de supermarkt ligt
B
Melk die van poeder wordt gemaakt
C
Melk die jonge dieren drinken bij hun moeder
D
Melk die uit de koe komt

Slide 6 - Quiz

Op een huisdier letten als zijn baasje er niet is

Slide 7 - Question ouverte

Een mens, dier of plant geven wat hij nodig heeft

Slide 8 - Question ouverte

Zeggen dat iets zo is

Slide 9 - Question ouverte

Spleetjes achter de kop van een vis. De vis ademt erdoor.

Slide 10 - Question ouverte

Longen zitten in je lichaam. Je ademt ermee.

Slide 11 - Question ouverte

IJzeren stangen van een kooi die ervoor zorgen dat een dier niet uit de kooi kan.

Slide 12 - Question ouverte

Een dierentuin

Slide 13 - Question ouverte