Orkest instrumenten en videolessen

Orkestinstrumenten
1 / 51
suivant
Slide 1: Diapositive
MuziekMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

Cette leçon contient 51 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 13 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 80 min

Éléments de cette leçon

Orkestinstrumenten

Slide 1 - Diapositive

Orkest instrumenten
Het orkest is onder te verdelen in 4 grote groepen instrumenten, die je kunt beschouwen als familie van elkaar.
We onderscheiden de volgende 4 groepen:
  • Strijkinstrumenten
  • Houtblaasinstrumenten
  •  Koperblaasinstrumenten
  • Slagwerk

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

Indeling
In de afbeelding op de vorige slide kun je zien wat de meest voorkomende opstelling is van het orkest. Onderaan in het centrum zie je de dirigent. Vooraan de strijkinstrumenten, daar links achter de houtblaasinstrumenten en rechts achter de koperblaasinstrumenten. Centraal achteraan staat het slagwerk opgesteld. Ook zie je nog 3 extra instrumenten (1 piano en 2 harpen) dit zijn individuele instrumenten niet behorend tot een groep.

Slide 4 - Diapositive

Hoeveel groepen instrumenten kom je tegen in het orkest?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 5 - Quiz

De strijkinstrumenten
De strijkinstrumenten bestaan uit 4 verschillende instrumenten die behoren tot 1 familie. Van klein naar groot zijn dit:
  • Viool
  • Alt-Viool
  • Cello(Violon Cello)
  • Contrabas

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Vidéo

Wat heb je nodig om goed viool te kunnen spelen?
A
Buren die niet klagen
B
Een kistje en 4 snaren
C
Een goed gehoor
D
Een strijkstok

Slide 8 - Quiz

Wat is volgens Maartje het belangrijkste gedeelte van de viool?
A
De snaren
B
De klankkast
C
De strijkstok
D
Het plezier

Slide 9 - Quiz

Hoeveel snaren heeft de viool?
A
2
B
3
C
4
D
5

Slide 10 - Quiz

Slide 11 - Vidéo

Een verschil tussen de viool en de cello is:
A
Bij de cello zitten de noten verder uit elkaar en je kunt er bij zitten
B
Bij de cello zitten de noten dichter elkaar en je kunt er bij zitten
C
Bij de cello zitten de noten verder uit elkaar en je moet er bij staan
D
Bij de viool zitten de noten verder uit elkaar en je kan er bij zitten

Slide 12 - Quiz

Bij de strijkinstrumenten komt het geluid uit de gaten boven in de klankkast. Dit zijn de :
A
d gaten
B
strijkers gaten
C
cello gaten
D
f gaten

Slide 13 - Quiz

Slide 14 - Vidéo

Welk strijkinstrument klinkt het laagst?
A
Viool
B
Altviool
C
Cello
D
Contrabas

Slide 15 - Quiz

Welk onderdeel van de strijkinstrumenten geeft de trillingen aan de kast van het instrument door?
A
Snaren
B
Voet
C
Kast
D
Kam

Slide 16 - Quiz

Hoe noem je het als je met je vingers tokkelt op een strijkinstrument?
A
pizza
B
pizzicato
C
pianola
D
piano

Slide 17 - Quiz

De Houtblaasinstrumenten
  • De houtblaasinstrumenten is een groep instrumenten waarbij de instrumenten uiterlijk niet op elkaar lijken. Wel is het zo dat ze vroeger allemaal van hout werden gemaakt en daarom in het orkest als één groep worden gezien. Het zijn:
  • Dwarsfluit
  • Klarinet
  • Hobo
  • Fagot

Slide 18 - Diapositive

Ook is er tussen houtblaasinstrumenten wel een verschil te maken tussen de manieren van toon maken. Zo wordt er lucht geblazen over een opening(dwarsfluit), tussen een riet en opening (enkel riet= klarinet) en tussen 2 rieten op elkaar (Hobo en Fagot)

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Vidéo

Hoe klinkt de dwarsfluit volgens Leon?
A
zangerig en vrolijk
B
traag en dramatisch
C
melancholisch
D
heel hoog

Slide 21 - Quiz

Waar zorgen de kleppen op de dwarsfluit voor?
A
harder en zachter spelen
B
sneller en langzamer spelen
C
toonhoogte verschil
D
meer of minder lucht doorlaten

Slide 22 - Quiz

Slide 23 - Vidéo

Wat is er bijzonder aan de klarinet?
A
Hij kan met veel volume spelen
B
Hij kan alleen maar zacht spelen
C
Hij kan vooral lange noten spelen
D
Hij kan heel laag en hoog.

Slide 24 - Quiz

Uit welk materiaal bestaat het riet van de klarinet?
A
metaal
B
hout
C
bamboe
D
kunststof

Slide 25 - Quiz

Slide 26 - Vidéo

Wat is het belangrijkste onderdeel van de Hobo?
A
Riet
B
Beker
C
Kleppen
D
Middendeel

Slide 27 - Quiz

Als de klank van een hobo wordt omschreven als " melancholisch", dan wordt daar mee bedoeld?
A
melangaan
B
droevig
C
vrolijk
D
grappig

Slide 28 - Quiz

Slide 29 - Vidéo

Hoeveel kleppen heeft een fagot?
A
20
B
24
C
26
D
28

Slide 30 - Quiz

Wat gebeurt er als je een klep van een fagot (blaasinstrument) dicht drukt?
A
Toonhoogte wordt hoger
B
Toonhoogte wordt lager
C
Toonhoogte blijft gelijk
D
Toonhoogte wordt harder

Slide 31 - Quiz

De Koperblaasinstrumenten
De koperblaasinstrumenten is een groep instrumenten en de naam zegt het al ,die allemaal een koperkleurig uiterlijk hebben. De instrumenten zijn :
  • Trompet
  • Hoorn
  • Trombone
  • Tuba

Slide 32 - Diapositive

Slide 33 - Vidéo

Met welke onderdelen bepalen je de toon van de trompet?
A
mondstuk
B
beker
C
buis
D
ventielen

Slide 34 - Quiz

Wat is van oudsher de functie van de trompet?
A
muziekinstrument
B
signaalinstrument
C
strijkinstrument
D
meetinstrument

Slide 35 - Quiz

Slide 36 - Vidéo

Het moeilijkste bij een hoorn is ?
A
De juiste noot zien te pakken vanuit het niets
B
Je adem zo lang mogelijk zien te controleren
C
De hele tijd het instrument om hoog houden
D
Het geluid uit het instrument zien te krijgen

Slide 37 - Quiz

Het geluid van de hoorn ten opzichte van bv. de trompet is?
A
hoger
B
harder
C
langzamer
D
milder

Slide 38 - Quiz

Slide 39 - Vidéo

Wat betekent het woord "Trombone" in het Italiaans?
A
geen trompet
B
grote trompet
C
grote broer
D
schuiftrompet

Slide 40 - Quiz

Hoe noem je de verschillende standen van het uitschuifbare deel van de trombone?
A
standen
B
schuifafstand
C
posities
D
schuif 1,2,3,4,5 etc.

Slide 41 - Quiz

Slide 42 - Vidéo

De Tuba is het grootste koperblaasinstrument. Dan is de Tuba het
A
hardst klinkende blaasinstrument
B
het saaist klinkende blaasinstrument
C
het hoogst klinkende blaasinstrument
D
het laagst klinkende blaasinstrument

Slide 43 - Quiz

Is de Tuba een
A
strijkinstrument?
B
houtblaasinstrument?
C
koperblaasinstrument?
D
slagwerk?

Slide 44 - Quiz

Het Slagwerk
Het slagwerk in het orkest kan er verschillend zijn. Er zijn oneindig veel slagwerk instrumenten. Eén groep lichten we er wel extra uit dat zijn de pauken. Ketelvormige trommels, vaak meer, die door middel van pedalen kunt verstemmen zodat je andere toonhoogtes krijgt.
Verder bestaat de slagwerk groep uit allerlei kleine en grote instrumenten waar je met stokken en handen op kunt spelen.

Slide 45 - Diapositive

Slide 46 - Vidéo

Wat is het verschil tussen pauken en andere trommels?
A
Je kan harder spelen
B
Je kan sneller spelen
C
Je kan langzamer spelen
D
Je kan toonhoogte veranderen

Slide 47 - Quiz

De grootste pauk speelt de
A
hoogste noot
B
laagste noot
C
langste noot
D
korte noot

Slide 48 - Quiz

Slide 49 - Vidéo

Heeft een xylofoon houten of metalen klankstaven
A
Hout
B
Metaal

Slide 50 - Quiz

Noem minsten 4 slagwerk instrumenten uit de video.

Slide 51 - Question ouverte