Lesson 2 2MK1 unit 5 oefenen voca phr en gramm

Unit 5.1: Humour 
1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMiddelbare schoolvmbo g, tLeerjaar 2

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Unit 5.1: Humour 

Slide 1 - Diapositive

What to do today?

Study:  Grammar 5.3+5.4  + Vocabulary Unit 5 Lesson 2  + Phrases Lesson 2 

Slide 2 - Diapositive

Today
Je krijgt zo een aantal vragen over:
1. Vocabulary
2. Phrases 
3. Grammar Trappen van Vergelijking

Slide 3 - Diapositive

Wat is de vertaling van:
veld

Slide 4 - Question ouverte

Wat is de vertaling van:
met handtekening

Slide 5 - Question ouverte

Wat is de vertaling van:
chagrijnig

Slide 6 - Question ouverte

Wat is de vertaling van:
schenking

Slide 7 - Question ouverte

Wat is de vertaling van:
gevoel voor humor

Slide 8 - Question ouverte

Wat is de vertaling van:
idee

Slide 9 - Question ouverte

Wat is de vertaling van:
gevat, geestig

Slide 10 - Question ouverte

Wat is de vertaling van:
Wat ben je geestig, Ted!

Slide 11 - Question ouverte

Wat is de vertaling van:
Ik twijfel over je voorstel.

Slide 12 - Question ouverte

Wat is de vertaling van:
Wat voor iets had je in gedachten?

Slide 13 - Question ouverte

Wat is de vertaling van:
He always looks grumpy.

Slide 14 - Question ouverte

Wat is de vertaling van:
Can you explain how it would work?

Slide 15 - Question ouverte

Wat moet er op de puntjes?
bad - ...... - worst
A
worse
B
badder
C
baddest
D
worried

Slide 16 - Quiz

Wat moet er op de puntjes?
easy - ...... - easiest
A
easyer
B
easier
C
more easy
D
easyr

Slide 17 - Quiz

Wat moet er op de puntjes?
good - better - .....
A
goodest
B
bettest
C
best
D
most good

Slide 18 - Quiz

Wat moet er op de puntjes?
beautiful - more beautiful - .....
A
beautifullest
B
most beautifull
C
morest beautiful
D
most beautiful

Slide 19 - Quiz

Wat moet er op de puntjes?
...... - smarter - smartest
A
smart
B
slim
C
smarte
D
stupid

Slide 20 - Quiz

Wat moet er op de puntjes?
During our visit I ........ (lose) my purse!
A
lost
B
losed
C
lose
D
loset

Slide 21 - Quiz

Geef jezelf een cijfer in hoeverre je dit onderdeel hebt begrepen.
Cijfer van 1 t/m 10

Slide 22 - Question ouverte