Femke Bol loopt wereldrecord

• Nederlands
• Praktijkonderwijs
• Leerjaar 1

Startklaar 

      Op je tafel ligt je pen, wisbordje en stift

     telefoon in je tas op stil

     jas over de stoel.

     

Inhoud van de les

Inleiding

Voorkennis activeren

Instructie / Theorie

Aan de slag

Nabespreking

Exit ticket

Leerdoelen

De leerlingen lezen de tekst actief in groepjes aan de hand van sleutelvragen en beantwoorden vragen over de tekst. 

Ze reflecteren op de inhoud van de teksten en het gebruik van de leesstrategie Vragen stellen.

Leerdoelgericht werken: 

Voor iedere leerling is duidelijk waar er aan gewerkt gaat worden. Docenten geven vanuit deze leerdoelen vorm aan

de inhoud van hun lessen. Om dit voor leerlingen behapbaar te houden wordt alleen het hoognodige aangeboden. Iedere les worden de beoogde leerdoelen kenbaar gemaakt en

worden onderwijsactiviteiten ingezet die moeten leiden tot het beoogde leerdoel. Hierbij wordt gericht ingezet op succeservaringen. Leerdoelen worden vanuit hoge positieve verwachtingen van alle leerlingen geformuleerd en zetten in op succeservaringen. 

Inleiding

We gaan vandaag een tekst lezen en vragen beantwoorden. Eerst kijken we wat jullie hebben onthouden van de vorige les en het Stappenplan. Daarna gaan we jullie voorkennis testen. Vervolgens gaan jullie de tekst lezen in groepjes en de vragen beantwoorden

Herhaling

Wat heb je al geleerd bij begrijpend lezen.

Je krijgt eerst 8 seconden om zelf na te denken.

 Daarna bespreek je dit met je schoudermaatje.

Voorkennis ophalen

Wie zie je hier?

Welke sport doet zij?

Welke atleten ken je nog meer?

Femke Bol is Europees kampioen op de 400 meter?

Het oude wereldrecord 400 meter bestond al meer dan 40 jaar.

Atletiekwedstrijden worden binnen en ook buiten gehouden

Instructie 

 Lees nu de tekst actief in groepjes. Maak aantekeningen in de tekst zelf of schrijf ze op het werkblad dat je van je juf of meester krijgt.

Bespreek steeds elk stukje dat je actief hebt gelezen. Lees dan de sleutelvraag bij dat stukje en beantwoord die samen. Als je het werkblad gebruikt, schrijf dan de antwoorden op de sleutelvragen op het werkblad.

Theorie

Als je een tekst actief leest, stel je jezelf tijdens het lezen vragen. Als je vragen stelt, denk je meer na over wat je leest. En dan ga je de tekst beter begrijpen. Vragen die beginnen met waarom of hoe komt het dat helpen je het meest.

Stel jezelf ook vragen als je teksten voor andere vakken leest, bijvoorbeeld een aardrijkskundetekst of een geschiedenis- of biologietekst.

Aan de slag

Lees de tekst en maak met je groepje de vragen.

Als je klaar bent ga je verder op Numo.

Afsluiting

In de slotfase van de les controleert de docent of de leerdoelen door alle leerlingen behaald zijn en plaatst de les in de context van de betreffende periode. De docent evalueert samen met de leerlingen de les, het proces en blikt vooruit. 

Schrijf drie dingen op die je van de tekst hebt geleerd

Wat vind je moeilijk?

Welk cijfer geef je jezelf ?

010

Welk cijfer geef je mij voor de les?

010

Wat zou/kan ik de volgende keer beter of anders doen?