De Grote Kidsweek Klimaatquiz

De Grote              
Klimaatquiz
1 / 36
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeBasisschoolGroep 4-8

In deze les zitten 36 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 5 videos.

time-iconLesduur is: 30 min

Introductie

Hoe goed kennen uw leerlingen het klimaat op aarde? In De Grote Kidsweek Klimaatquiz leren ze door het bekijken van video's, afbeeldingen en het beantwoorden van vragen o.a. het verschil tussen weer en klimaat, de verschillende klimaatzones, de klimaatverandering en wat ze zelf kunnen doen om in actie te komen voor het klimaat. Wie is de Grote Kidsweek Klimaatkenner van de klas? Ontdek het in deze interactieve quiz!

Onderdelen in deze les

De Grote              
Klimaatquiz

Slide 1 - Tekstslide

Hoe groot is jouw klimaatkennis? Test het in De Grote Kidsweek Klimaatquiz. Je leert in vier rondes meer over het klimaat en de klimaatverandering. Wie wordt      De Grote Kidsweek Klimaatkenner
Laten we beginnen!
TIP:
Maak aantekeningen tijdens het bekijken van filmpjes!

Slide 2 - Tekstslide

Ronde 1:
Weer & Klimaat

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Video


Hoe lang moet je naar het weer op een bepaalde plek kijken om het klimaat te bepalen?
A
30 dagen
B
30 weken
C
30 maanden
D
30 jaar

Slide 5 - Quizvraag


Wat meet je niet om het klimaat op een bepaalde plek te bepalen?
A
temperatuur en luchtdruk
B
zuurstof
C
wind
D
bewolking en neerslag

Slide 6 - Quizvraag


De kans op mooi weer is groter in een warm klimaat.
A
B

Slide 7 - Quizvraag


Het weer is hetzelfde als het klimaat!
A
B

Slide 8 - Quizvraag

Nog even over de vorige vraag... Er zit wel degelijk een verschil tussen weer & klimaat
Kijk maar!
het weer
De temperatuur, neerslag en wind op een bepaald moment in een bepaald gebied.
Vandaag is het lekker weer met een temperatuur van 25 graden.
het klimaat
Het gemiddelde weer over een langere periode in een groot gebied. 
Het klimaat op de Noordpool is extreem koud.

Slide 9 - Tekstslide

Ronde 2:
Klimaatzones

Slide 10 - Tekstslide

Onze planeet kent verschillende klimaatzones. Kijk maar eens naar de afbeelding en tekst hiernaast!
het poolklimaat
De gemiddelde temperatuur van de warmste maand is niet hoger dan 10 Ā°C. De Noord- en Zuidpool zijn voorbeelden van een poolklimaat.
droge klimaten
Er is hier te weinig neerslag voor boomgroei en permanente rivieren. Denk hierbij aan een woestijn-, steppe- en savanneklimaat. 
het zeeklimaat
Gemiddelde temperatuur van de koudste maand is hoger dan -3 Ā°C maar niet hoger dan 18 Ā°C, gemiddelde temperatuur van de warmste maand is hoger dan 10 Ā°C. Nederland heeft ook een zeeklimaat.
het Mediteraan klimaat
De meeste regen valt in de winter. De temperatuur is dan mild. De droogste maand van het jaar is in de zomer. In de winter valt er meer dan drie keer zoveel regen als in de droogste maand van het jaar.
het tropisch klimaat
Gemiddelde temperatuur in een gebied is niet lager dan 18Ā°C in de koudste maand. De temperatuur blijkt redelijk gelijk. De grootste verschillen in de seizoenen komt door de neerslag.

Slide 11 - Tekstslide

Sleep het juiste klimaat naar de juiste afbeelding!
Tropisch klimaat
Poolklimaat
Woestijnklimaat
Zeeklimaat

Slide 12 - Sleepvraag

Slide 13 - Video


Waar op aarde vind je geen tropisch regenwoud?
A
Zuid-Amerika
B
Afrika
C
Europa
D
Aziƫ

Slide 14 - Quizvraag


In een tropisch regenwoud regent het soms acht keer zoveel dan in Nederland.
A
B

Slide 15 - Quizvraag

Hoe kan het zoveel regenen in het tropisch regenwoud?
Zet de gebeurtenissen in de juiste volgorde!
In de ochtend warmt de zon het woud op en wordt het lekker warm.
Waterdamp stijgt op naar een hogere luchtlaag.
Waterdamp condenseert en er ontstaan dikke druppels.
Druppels vormen een wolk en laat deze los in de vorm van een regenbui.

Slide 16 - Sleepvraag

Ronde 3:
Klimaatverandering

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Video


150 jaar geleden werden belangrijke brandstoffen ontdekt.
Welke brandstof werd niet ontdekt?
A
olie
B
benzine
C
gas
D
steenkool

Slide 19 - Quizvraag


Hoe minder COā‚‚ gas er in de lucht zit, hoe warmer de hele aarde wordt.
A
B

Slide 20 - Quizvraag


Hoeveel keer is de wereldbevolking groter geworden in de afgelopen 150 jaar en dus ook het gebruik van brandstof?
A
2 keer
B
15 keer
C
10 keer
D
5 keer

Slide 21 - Quizvraag


Hoeveel graden is de gemiddelde temperatuur op aarde gestegen in de afgelopen 150 jaar? 
Vul alleen een getal in!

Slide 22 - Open vraag

Slide 23 - Video


Met hoeveel meter zou de zeespiegel minimaal stijgen als al het ijs op aarde smelt?
A
50 meter
B
60 meter
C
70 meter
D
80 meter

Slide 24 - Quizvraag


Waarom zouden de meeste wereldsteden onder water komen te staan als al het ijs op aarde smelt?
A
Omdat de meeste wereldsteden lager liggen dan de zeespiegel.
B
Omdat de meeste wereldsteden niet opgewassen zijn tegen een stijging van de zeespiegel.
C
Omdat de meeste wereldsteden aan zee liggen.
D
Geen van deze antwoorden is goed.

Slide 25 - Quizvraag


Welke gebieden in Nederland zullen waarschijnlijk niet onder water komen te staan als al het ijs op aarde smelt?
A
de waddeneilanden
B
de Veluwe
C
Limburg
D
Flevoland

Slide 26 - Quizvraag


Wij zullen het smelten van al het ijs op aarde meemaken.
A
B

Slide 27 - Quizvraag

Ronde 4:
Kom in actie!

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Video


Hoe wordt de speciale wijk genoemd waarin Wart en Luka wonen en veel op klimaat en milieu gelet wordt?
A
Klimaatneutrale wijk
B
Ecowijk
C
CO2-loze wijk
D
Milieustraat

Slide 30 - Quizvraag


Waarom zijn de muren in het huis van Wart bedekt met leem?
A
Dat is goedkoper.
B
Dat gaat langer mee.
C
Dat laat warmte en kou binnen.
D
Dat isoleert beter.

Slide 31 - Quizvraag


Wat zorgt ervoor dat Wart op een milieuvriendelijke manier kan koken?
A
gas
B
windenergie
C
zonnepanelen
D
steenkool

Slide 32 - Quizvraag


Wat kunnen minder rijke mensen volgens Luka doen voor een beter klimaat?
A
Meer groen en minder tegels in hun tuin aanleggen.
B
Elektrische deelauto's gebruiken.
C
Zonnepanelen aanschaffen.
D
Minder vlees eten.

Slide 33 - Quizvraag

De Grote          
Klimaatkenner
Gefeliciteerd!

Slide 34 - Tekstslide


Wat ga JIJ doen om het klimaat op aarde te verbeteren?

Slide 35 - Open vraag

Einde!

Slide 36 - Tekstslide