In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Leerdoelen
scheidingsmethoden o.b.v.
oplosbaarheid
deeltjesgrootte
dichtheid
kookpunt
aanhechtingsvermogen
Slide 2 - Tekstslide
Mengsels scheiden
schei-kunde: oorspronkelijk het scheiden van mengsels in zuivere stoffen.
Slide 3 - Tekstslide
Is dit een scheiding?
Slide 4 - Tekstslide
Toepassing
Slide 5 - Tekstslide
Toepassing
Lavendelolie
Slide 6 - Tekstslide
= olie
Slide 7 - Tekstslide
Hoe de blaadjes verwijderen?
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Tekstslide
Bezinken
Slide 10 - Tekstslide
Toepassing
Slide 11 - Tekstslide
Centrifugeren
Slide 12 - Tekstslide
Toepassing
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Tekstslide
Slide 15 - Tekstslide
Toepassing
Slide 16 - Tekstslide
Scheidingsmethoden
extractie --> oplosbaarheid
filtreren --> deeltjesgrootte
bezinken/centrifugeren --> dichtheid
indampen/destilleren --> kookpunt
Slide 17 - Tekstslide
Op welk verschil berust extraheren?
A
Deeltjesgrootte
B
Aanhechtingsvermogen
C
Oplosbaarheid
D
Kookpunt
Slide 18 - Quizvraag
Op welk verschil berust filtreren?
A
Deeltjesgrootte
B
Aanhechtingsvermogen
C
Oplosbaarheid
D
Kookpunt
Slide 19 - Quizvraag
Op welk verschil berust indampen en destilleren?
A
Deeltjesgrootte
B
Aanhechtingsvermogen
C
Oplosbaarheid
D
Kookpunt
Slide 20 - Quizvraag
Een suspensie kun je scheiden door
A
indampen
B
extraheren/ extractie
C
filtreren
D
destilleren
Slide 21 - Quizvraag
Een tweede manier om een suspensie te scheiden
A
residu
B
destillaat
C
bezinken en afschenken
D
scheiden
Slide 22 - Quizvraag
Suspensie
Residu
Filtraat
Slide 23 - Sleepvraag
Hoe heet de vaste stof die achterblijft bij filtreren?
A
bezinksel
B
residu
C
filtraat
D
extract
Slide 24 - Quizvraag
Hoe heet de oplossing die wordt opgevangen bij filtreren?
A
bezinksel
B
residu
C
filtraat
D
extract
Slide 25 - Quizvraag
Thee zetten: Welke scheidingsmethoden zijn dit?
A
Indampen-filtreren
B
Droogkoken-extraheren
C
Extraheren-indampen
D
Extraheren-filtreren
Slide 26 - Quizvraag
Van welke scheidingsmethode(n) maken we gebruik bij het zetten van koffie?
A
Bezinken
B
Filtreren
C
Extraheren
D
Extraheren & filtreren
Slide 27 - Quizvraag
Waar staat de juiste omschrijving
A
A = filter
B= filtraat
C = residu
B
A = filtraat
B = filter
C = residu
C
A = filter
B = residu
C = filtraat
D
A = filtraat
B = residu
C = filter
Slide 28 - Quizvraag
Rendement berekenen
Antwoord
In een suikerbiet zit 25 g suiker. Helaas is de scheiding van de suiker en de bietenpulp niet volledig. Hierdoor kan er maar 17 g suiker worden uitgehaald.
Wat is het rendement van deze scheiding?
Slide 29 - Tekstslide
Stel: In 100 g koffie zit 75 mg cafeïne. Na het koffiezetten zit er 40 mg cafeïne in het filtraat. Bereken het rendement.
A
Rendement = 187,5%
B
Rendement = 53,3%
C
Rendement = 18,8%
D
Rendement = 40%
Slide 30 - Quizvraag
Van welke scheidingsmethode(n) maken we gebruik bij het zetten van koffie?