Hoe heet de vaste stof die achterblijft bij filtreren?
A
bezinksel
B
residu
C
filtraat
D
extract
Slide 23 - Quizvraag
Hoe heet de oplossing die wordt opgevangen bij filtreren?
A
bezinksel
B
residu
C
filtraat
D
extract
Slide 24 - Quizvraag
Thee zetten: Welke scheidingsmethoden zijn dit?
A
Indampen-filtreren
B
Droogkoken-extraheren
C
Extraheren-indampen
D
Extraheren-filtreren
Slide 25 - Quizvraag
Van welke scheidingsmethode(n) maken we gebruik bij het zetten van koffie?
A
Bezinken
B
Filtreren
C
Extraheren
D
Extraheren & filtreren
Slide 26 - Quizvraag
Waar staat de juiste omschrijving
A
A = filter
B= filtraat
C = residu
B
A = filtraat
B = filter
C = residu
C
A = filter
B = residu
C = filtraat
D
A = filtraat
B = residu
C = filter
Slide 27 - Quizvraag
Rendement berekenen
Antwoord
In een suikerbiet zit 25 g suiker. Helaas is de scheiding van de suiker en de bietenpulp niet volledig. Hierdoor kan er maar 17 g suiker worden uitgehaald.
Wat is het rendement van deze scheiding?
Slide 28 - Tekstslide
Stel: In 100 g koffie zit 75 mg cafeïne. Na het koffiezetten zit er 40 mg cafeïne in het filtraat. Bereken het rendement.