Les 3 Terrorisme, extremisme en radicalisme

Burgerschap
Les 3: Terrorisme, extremisme en radicalisme

Lesweek 4
Sociaal-maatschappelijke dimensie​




1 / 35
volgende
Slide 1: Tekstslide
BurgerschapMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 35 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

Onderdelen in deze les

Burgerschap
Les 3: Terrorisme, extremisme en radicalisme

Lesweek 4
Sociaal-maatschappelijke dimensie​




Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke begrippen heb jij onthouden?

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
  • Aan het einde van de les kun je uitleggen wat extremisme en terrorisme inhouden en hoe deze gekoppeld zijn aan vooroordelen, discriminatie en racisme.
  • Aan het einde van de les kun je de rol van media kritisch analyseren in de verspreiding van vooroordelen.
  • Aan het einde van de les kun je kritisch nadenken over hoe discriminatie bijdraagt aan radicalisering.

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 4 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Wat is terrorisme?

Slide 5 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Oorlog tegen terrorisme
  • Vanaf 1990 steeds meer internationaal terrorisme
  • 9/11 is misschien wel de bekendste aanslag

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Is dit terrorisme?
A
Ja
B
Nee

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is fascisme?
Het fascisme streeft naar een totalitaire staat — de volledige controle over het maatschappelijk leven en de sociale en culturele organisaties

Slide 8 - Tekstslide

Fascisme is de volledige controle over het maatschappelijk leven en de sociale en culturele organisaties. Het fascisme is extreem nationalistisch.  anti-democratisch en anti-intellectueel

Slide 9 - Tekstslide

Op dit moment vormt het jihadistisch terrorisme de grootste terroristische dreiging voor Nederland, en dan met name de terroristische organisatie Islamitische Staat (IS). Jihadistische organisaties als IS voeren een ‘heilige oorlog’ tegen wat zij zien als ongelovigen; mensen die niet geloven in hun opvatting van de islam.

Kenmerk: persoon of groep is geneigd extremistische daden te plegen.

Oorzaken: religieuze overtuigingen, ideologieën, politieke overtuigingen en vooroordelen tegen bepaalde groepen mensen.

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Is dit radicalisering?
A
Ja
B
Nee

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat draagt bij aan radicalisering?
We gaan samen de betekenis van verschillende termen opzoeken die samen hangen met radicalisering en hoe dat uiteindelijk kan leiden tot terrorisme.

Vooroordelen, Racisme, Discriminatie, Fundamentalisme en extremisme

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vooroodelen
Ben jij bevooroordeeld?

Doe de vooroordelentest door de QR-code te scannen

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is jouw score?

Slide 15 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Discriminatie
Vooroordelen kunnen leiden tot discriminatie 
Mensen ongelijk behandelen terwijl ze in dezelfde situatie zitten

Opdracht
Bespreek per groep de situatiekaarten. Leg ze samen met je groepje op volgorde van minst erg naar ergst

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zoek op internet een voorbeeld van racisme. Mag ook een voorbeeld zijn van een andere landen of in het verleden:

Slide 17 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht casus

Bespreek de casus in twee- of drietallen en schrijf op de volgende dia de antwoorden op de vragen

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

· Welke signalen van extremisme vertoont Mark?

· Welke stappen kan Lisa nemen om deze situatie goed aan te pakken? Denk aan signaleren, melden, bespreken en samenwerken met andere professionals.

· Welke risico’s en ethische dilemma’s spelen hierbij een rol voor zowel Mark als zijn omgeving?

Slide 19 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 20 - Video

Deze slide heeft geen instructies

De fundamentalisten waren strikte moslims die zich verzetten tegen het  materialisme van de westerse cultuur en tegen de seculiere staat.
Bij de Islamitische Revolutie kwamen radicale moslims aan de macht in Iran.
Iran werd een theocratie waarin een ayatollah de hoogste macht heeft.
De cultuur in Islamitische landen werd aangepast aan het fundamentalisme.
Als gevolg van het fundamentalisme pleegden radicale moslims terroristische aanslagen.
ayatollah
cultuur
Islamitische
fundamentalisten
materialisme
radicale
seculiere
terroristische
theocratie

Slide 21 - Sleepvraag

DIt is een voorbeeld van fundamentalisme van moslims. Er zijn natuurlijk vele andere voorbeelden van fundamentalisme. Fundamentalisme is het teruggrijpen op normen en waarden zoals deze oorspronkelijk het meest bekend en vaak ook algemeen gebruikelijk waren. De term wordt toegepast op kunstvormen, opvattingen, en politieke en religieuze leerstellingen.
UTOYA
  1. Wat gebeurde er op 22 juli 2011 in Oslo en op het eiland Utøya?
  2. Wie was verantwoordelijk voor de aanslagen en wat was zijn motief?
  3. Hoeveel mensen kwamen om bij de aanslagen?
  4. Wat was het effect van de aanslagen op de Noorse samenleving volgens het artikel?
  5. Waarom is het belangrijk om stil te staan bij dit soort gebeurtenissen, volgens het artikel?

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Antwoorden
Wat gebeurde er op 22 juli 2011 in Oslo en op het eiland Utøya?
Antwoord: Een bomaanslag in Oslo en een schietpartij op het eiland Utøya.

Wie was verantwoordelijk voor de aanslagen en wat was zijn motief?
Antwoord: Anders Breivik, met extreemrechtse en anti-islamitische motieven.

Hoeveel mensen kwamen om bij de aanslagen?
Antwoord: 77 mensen verloren hun leven.

Wat was het effect van de aanslagen op de Noorse samenleving volgens het artikel?
Antwoord: Het had een diepgaande impact, en velen herinneren zich nog waar ze waren op die dag.

Waarom is het belangrijk om stil te staan bij dit soort gebeurtenissen, volgens het artikel?
Antwoord: Om te leren van het verleden en ervoor te zorgen dat haat en geweld zich niet herhalen.

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

ERASMUSBRUG
  1. Wat wordt er in het artikel gezegd over de relatie tussen de verdachte en de politie?
  2. Waar komen de slachtoffers van de steekpartij vandaan?
  3. Hoe is de verdachte opgepakt volgens het artikel?
  4. Welke maatregelen heeft de politie genomen na de steekpartij?
  5. Wat is er nog onduidelijk over de achtergrond van de steekpartij?


Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Antwoorden
Wat wordt er in het artikel gezegd over de relatie tussen de verdachte en de politie?
Antwoord: De verdachte is een bekende van de politie.

Waar komen de slachtoffers van de steekpartij vandaan?
Antwoord: Uit Rotterdam en Zwitserland.

Hoe is de verdachte opgepakt volgens het artikel?
Antwoord: De verdachte is opgepakt na een korte achtervolging door de politie.

Welke maatregelen heeft de politie genomen na de steekpartij?
Antwoord: De politie zette een groot gebied af en onderzocht de zaak.

Wat is er nog onduidelijk over de achtergrond van de steekpartij?
Antwoord: De reden van de steekpartij is nog onduidelijk.

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

SOMALIË
  1. Wat is er gebeurd in Mogadishu volgens het artikel?
  2. Welke terreurgroep wordt verdacht van de aanslag?
  3. Wat was het doelwit van de aanslag?
  4. Waarom is Somalië de laatste tijd vaak in het nieuws volgens het artikel?
  5. Wat doet de Somalische regering om de situatie aan te pakken?

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Antwoorden
Wat is er gebeurd in Mogadishu volgens het artikel?
Antwoord: Er is een aanslag gepleegd op een hotel en een strand, waarbij tientallen mensen zijn omgekomen.
Welke terreurgroep wordt verdacht van de aanslag?
Antwoord: De terreurgroep al-Shabaab wordt verdacht van de aanslag.
Wat was het doelwit van de aanslag?
Antwoord: Het doelwit was een hotel en een strand in de hoofdstad van Somalië, Mogadishu.
Waarom is Somalië de laatste tijd vaak in het nieuws volgens het artikel?
Antwoord: Somalië is vaak in het nieuws door de aanvallen van terreurgroep al-Shabaab en door de instabiliteit in het land.
Wat doet de Somalische regering om de situatie aan te pakken?
Antwoord: De Somalische regering probeert al-Shabaab te bestrijden, onder andere met hulp van internationale troepen.

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

DEVENTER
  1. Waar gaat het dreigbericht over en welke gevolgen had het voor de scholen in Deventer?
  2. Hoe reageerde de politie op het dreigbericht?
  3. Welke maatregelen zijn genomen om de veiligheid van de leerlingen te waarborgen?
  4. Wat kunnen de gevolgen zijn voor de leerlingen en hun ouders door de sluiting van de scholen?
  5. Waarom is het belangrijk dat de autoriteiten serieus reageren op dreigementen zoals deze?

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Antwoorden
Waar gaat het dreigbericht over en welke gevolgen had het voor de scholen in Deventer?
Antwoord: Het dreigbericht gaat over een mogelijke dodelijke schietpartij, wat ertoe leidde dat scholen in Deventer hun deuren sloten en leerlingen naar huis werden gestuurd.
Hoe reageerde de politie op het dreigbericht?
Antwoord: De politie nam het bericht serieus en is een onderzoek gestart om de situatie te beoordelen en de veiligheid van de leerlingen te waarborgen.
Welke maatregelen zijn genomen om de veiligheid van de leerlingen te waarborgen?
Antwoord: De scholen werden gesloten en leerlingen werden naar huis gestuurd om hen uit mogelijke gevarenzones te houden.
Wat kunnen de gevolgen zijn voor de leerlingen en hun ouders door de sluiting van de scholen?
Antwoord: Leerlingen kunnen zich ongerust of bang voelen, en ouders kunnen zich zorgen maken over de veiligheid van hun kinderen. De sluiting kan ook leiden tot onderbrekingen in het onderwijs.
Waarom is het belangrijk dat de autoriteiten serieus reageren op dreigementen zoals deze?
Antwoord: Dreigementen kunnen ernstige gevolgen hebben als ze niet goed worden onderzocht, en door snel te handelen, kan de veiligheid beter gewaarborgd worden.

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 30 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht
Wat: Je gaat opzoek op welke manieren de Nederlandse overheid werkt aan het bestrijden van terrorisme
Hoe: De opdracht voer je uit door gebruik te maken van het internet
Tip: Je kunt gebruik maken van de rijksoverheid website
Tijd: 10 minuten in de klas
Klaar: We bespreken klassikaal de uitkomsten
Resultaat: Je hebt kennis over de aanpak van de Nederlandse overheid als het gaat om terrorisme

timer
10:00

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat zegt de Rijksoverheid over Jihadisme?
Jihadisme: extreme ideologie

In Nederland: grote bedreiging, verantwoordelijkheid

Maatregelen: paspoorten innemen, stopzetten van uitkeringen en toeslagen, mensen bestraffen

ideologie
Een ideologie is een theorie om een samenleving te structureren, die wordt aangehangen door een groep mensen

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Met welke stelling ben jij het meest eens?
Grenscontroles zijn een goed middel tegen terrorisme
Terroristen verdienen de doodstraf
Paspoort mag afgepakt worden van uitreizende jihadist
Jihadisten verdienen altijd een tweede kans
Terroristen mogen gemarteld worden

Slide 33 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen check
  • Aan het einde van de les kun je uitleggen wat extremisme en terrorisme inhouden en hoe deze gekoppeld zijn aan vooroordelen, discriminatie en racisme.
  • Aan het einde van de les kun je de rol van media kritisch analyseren in de verspreiding van vooroordelen.
  • Aan het einde van de les kun je kritisch nadenken over hoe discriminatie bijdraagt aan radicalisering.

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vooruitblikken
Les 4: Documentaire 9/11

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies