Thema 3 herhaling bs 1,2,3

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 1

Planning

BS 1: organismen ordenen
Vragen BS 1

BS 2: dieren
Vragen BS 2

BS 3: planten

Vragen BS 3

BS 1: Organismen ordenen

De 4 rijken met de cel kenmerken

Wanneer is iets een soort

De 4 rijken

Dieren

Planten

Schimmels

Bacteriën

Celkern?

1. Dieren
2. Planten
3. Schimmels
4. Bacteriën

Celwand?

1. Dieren
2. Planten
3. Schimmels
4. Bacteriën

Bladgroenkorrels?

1. Dieren
2. Planten
3. Schimmels
4. Bacteriën

Dieren

Planten

Schimmels

Bacteriën 

Wanneer is iets een soort:

Wanneer de organismen zich samen kunnen voortplanten.

Wanneer de nakomelingen (baby's) vruchtbaar zijn.

BS 2: dieren

De 3 vormen symmetrie

De verschillende typen skelet bij dieren

Kenmerken en voorbeelden van de 6 groepen dieren

Welk van deze dieren is veelzijdig symmetrisch?

1. Spons
2. Kwal
3. Zee egel
4. Vlinder

Welk van deze dieren is tweezijdig symmetrisch?

1. Zeester
2. Vlinder
3. Zeeannemoon
4. Krokodil

De 3 typen skelet

- Inwendig skelet
Botten (mens), hoornvezels (spons), inwendige schelp (zeekat)

- Uitwendig skelet

pantser (lieveheersbeestje), uitwendige schelp (mossel),
huisje (slak)

- Geen skelet

Welk van deze dieren is niet symmetrisch ?

1. Zeeannemoon
2. Spons
3. Zee egel
4. Paard

De 6 kleine groepen

- Sponsdieren

- Neteldieren

- Weekdieren

- Stekelhuidigen

- Geleedpotigen

- Gewervelden

BS 3: planten

Kenmerken en voorbeelden van sporenplanten en zaadplanten

Naaktzadigen en bedektzadigen

Zaadplanten

Sporenplanten

Sporen

Zaden

Bloemen

Geen bloemen

Sporenhoopjes

Sporendoosjes

Vruchten

Naaktzadigen

De zaden zijn onbedekt en
zichtbaar aan de buitenkant.

Bedektzadigen

De zaden liggen in de vrucht

Ofwel beschermt