KWC V3 Leesvaardigheid 1 en werkwoordspelling

V3A
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

V3A

Slide 1 - Tekstslide

Programma
  1. 10 minuten lezen
  2. Korte terugblik vorige les fictie
  3. Leesvaardigheid 1
  4. Lesdoelcheck
  5. Herhalen werkwoordspelling
  6. Afsluiting en vooruitblik


Slide 2 - Tekstslide

10 minuten lezen

Slide 3 - Tekstslide

Wat is geen kenmerk van literatuur?
A
uniek
B
lineair
C
karakters als personages
D
hoort bij de hoge cultuur

Slide 4 - Quizvraag

Welk kenmerk hoort bij lectuur?
A
hoort bij de literaire canon
B
veel diepgang
C
cllichématig
D
niet chronologisch

Slide 5 - Quizvraag

Leesvaardigheid 1
Doel: Je leert waarom het belangrijk is om kritisch en veilig met internet om te gaan.  

R Ik weet wat mediawijsheid is en waarom ik kritisch om moet gaan met internet. 
T1 Ik kan aangeven wat plagiaat en phishing is en hoe bedrijven online informatie slim afstemmen op de gebruiker. 
T2 Ik kan beargumenteren waarom internet van grote invloed is op maatschappelijke ontwikkelingen en politiek. 

Slide 6 - Tekstslide

Mediawijsheid: waarom het nodig is om kritisch te zijn


Je hebt de vorige les de tekst op pagina 8 en 9 gelezen. 
opdr. 1 kijken we nu samen na!

 

Slide 7 - Tekstslide

Is er in het volgende geval sprake van plagiaat?
Joachim schrijft een werkstuk over het Andesgebergte. Hij kopieert drie alinea's van Wikipedia en neemt deze letterlijk over. De rest van het werkstuk schrijft hij zelf. Omdat op Wikipedia niet staat vermeld wie de tekst over de Andes precies heeft geschreven, voegt Joachim geen bronverwijzing toe.
A
ja
B
nee

Slide 8 - Quizvraag

Is er in het volgende geval sprake van plagiaat?
Esra houdt een interview met haar opa over hoe het was om een Turkse gastarbeider te zijn in Nederland. Zij geeft in de tekst de antwoorden van haar opa letterlijk weer tussen aanhalingstekens.
A
ja
B
nee

Slide 9 - Quizvraag

Is er in het volgende geval sprake van plagiaat?
Mink vindt het gedicht 'Voor een dag van morgen' van Hans Andreus zo mooi, dat hij het op een Valentijnskaart schrijft en anoniem aan zijn grote liefde verstuurt.
A
ja
B
nee

Slide 10 - Quizvraag

opdr. 2. In de tekst staat: 'Daarom zal jij andere resultaten krijgen als je googelt op bijvoorbeeld 'sportvereniging' dan een klasgenoot. Hoe komt dit?

Slide 11 - Open vraag

Wat wordt bedoeld met de 'informatiebubbel'? opdr. 3a

Slide 12 - Open vraag

Waarom is gekozen voor het woord 'bubbel' denk je? opdr. 3b

Slide 13 - Open vraag

Leg uit waarom men denkt dat Donald Trump misschien wel president is geworden dankzij de 'informatiebubbel'. opdr. 3c

Slide 14 - Open vraag

Waarom verzamelen bedrijven graag gegevens over hun klanten? Welke twee voorbeelden van hoe ze dit doen staan in de tekst? opdr. 5a

Slide 15 - Open vraag

Lesdoelcheck!
Wat is mediawijsheid is en waarom moet je kritisch omgaan met internet?

Slide 16 - Open vraag

Lesdoelcheck!
Wat is plagiaat en wat is phishing? En hoe stemmen bedrijven online informatie slim af op de gebruiker?

Slide 17 - Open vraag

Lesdoelcheck!
Waarom/hoe is internet van grote invloed op maatschappelijke ontwikkelingen en politiek?

Slide 18 - Open vraag

werkwoordspelling
We beginnen met een diagnostische toets werkwoordspelling.

Slide 19 - Tekstslide

Afsluiting en vooruitblik
Volgende les: dinsdag 12 september  HUISWERK:
  • lr. theorie Leesvaardigheid 1 p. 8/9
  • maken opdr. 7 (p. 11) + leren werkwoordspelling
  • Meenemen: leesboek, boek, schrift en pen
  • Programma: leesvaardigheid 2
  • Zelf oefenen met spelling indien nodig; so 14-9-2023


Slide 20 - Tekstslide