P3 Spreken - Een presentatie houden

Presenteren
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare school

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Presenteren

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoel
Je leert een presentatie houden.

Slide 2 - Tekstslide

Zo houd je een presentatie!

Slide 3 - Tekstslide

Tips
- Maak van tevoren spreekkaartjes.
- Bereid je presentatie goed voor (thuis repeteren!)
- Leg je spreekkaartjes op volgorde en houd ze bij de hand.
- Praat rustig, duidelijk en hard genoeg.


 

Slide 4 - Tekstslide

Tips
- Kijk zo veel mogelijk de klas in en niet te veel op de kaartjes of naar je PowerPoint.
- Blijf niet stokstijf staan, maar gebruik je lichaam, handen en gezichtsuitdrukkingen tijdens het spreken.
 

 

Slide 5 - Tekstslide

Tips
- Maak de presentatie interessanter door dingen te laten zien.
- Vraag aan het eind of je publiek vragen heeft. Zo ja, beantwoord ze dan.  

 

Slide 6 - Tekstslide

Probeer
Probeer de volgende vragen over 'presenteren' zo goed mogelijk te beantwoorden.

Slide 7 - Tekstslide

Waarom is het handig om te kunnen presenteren?
Waarom is het handig om te kunnen presenteren?
A
Om anderen te overtuigen
B
Handig voor later, voor als je werkt
C
Om anderen wat te leren
D
Omdat het leuk is om te doen

Slide 8 - Quizvraag

Tijdens het presenteren zet je je voeten tegen elkaar aan.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 9 - Quizvraag

Tijdens het presenteren gebruik je je handen en beweeg je.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 10 - Quizvraag

Waarom is het handig om te kunnen presenteren?
Hoe lang van tevoren begin je met je presentatie?
A
Een uur van tevoren
B
Een dag van tevoren
C
Een week van tevoren
D
Een maand van tevoren

Slide 11 - Quizvraag

Waarom is het handig om te kunnen presenteren?
Hoe vaak oefen je een presentatie?
A
Nooit.
B
1 of 2 keer.
C
3 tot 10 keer.
D
20 keer of meer.

Slide 12 - Quizvraag

(kies het beste antwoord)
Presenteren is:
A
Je verhaal vertellen
B
Je verhaal boeiend vertellen
C
Boeiend vertellen, lichaamstaal toepassen en ondersteunen met beeldmateriaal
D
Boeiend vertellen en na afloop vragen stellen.

Slide 13 - Quizvraag

(kies het beste antwoord)
Als ik presenteer:
A
Lees ik alles op van mijn blaadje
B
Zeg ik mijn naam en leg ik uit wat ik ga vertellen
C
Kijk ik nooit iemand aan
D
Houd ik géén vaste volgorde aan

Slide 14 - Quizvraag

Waarom is het handig om te kunnen presenteren?
Hoe maak je een presentatie pakkend?
A
Je doet iets onverwachts.
B
Je geeft hele duidelijke voorbeelden.
C
Je vertelt een spannend verhaal.
D
Je gebruikt je zintuigen.

Slide 15 - Quizvraag

Alleen door veel te oefenen leer je beter presenteren.
A
waar
B
niet waar

Slide 16 - Quizvraag

Presenteren
Probeer de volgende vragen over 'presenteren' zo eerlijk mogelijk te beantwoorden.

Slide 17 - Tekstslide

Voor de klas presenteren vind ik
A
Best een beetje spannend
B
Eigenlijk wel leuk
C
mijn grootste nachtmerrie
D
Supergaaf

Slide 18 - Quizvraag

Wanneer wil jij presenteren?
(Alle klassen)
A
Zo snel mogelijk
B
Het liefst zo laat mogelijk
C
Niet meteen, maar wel vlot

Slide 19 - Quizvraag

Ik vind presenteren spannend
A
Waar
B
Niet waar

Slide 20 - Quizvraag

Ik vind presenteren...
A
Leuk en uitdagend
B
Leuk en spannend
C
Meer eng dan spannend
D
Doodeng

Slide 21 - Quizvraag

De toetsopdracht
Lees de toetsopdracht 'een leesboek presenteren' goed door.
Zorg dat alle beoordelingspunten in je presentatie voor komen. 
Als je zaken niet begrijpt, trek je op tijd aan de bel. Vraag om hulp en stel vragen. 

Slide 22 - Tekstslide

beknopt de inhoud
- Inleiding: voorstellen, aandachtsrichter, titel en auteur benoemen
- De rode draad van het verhaal (in 1 minuut) + hoofdpersonen alvast benoemen
- De hoofdpersonen: 3 karaktereigenschappen, uiterlijke kenmerken, welke ontwikkelingen doorloopt de persoon/personen.
-De tijd: historische tijd, chronologie, gesloten of open einde. 

Slide 23 - Tekstslide

beknopt de inhoud
- Het perspectief: de verteller en het delen van een passage uit het boek.
- De spanning: met voorbeelden uit het boek
- Het thema: denk bijv. aan de genres
- Een voorwerp: deze moet je fysiek laten zien (meenemen) 
- biografie schrijver: persoonlijke informatie, geschreven boeken, leesdoelgroep, gewonnen prijzen
- Jouw eigen mening over het boek met 2 argumenten en 1 tegenargument + advies voor lezers


Slide 24 - Tekstslide

Beoordeling presentatie
In de beoordeling letten we op 2 zaken:
- inhoudelijke punten rondom de presentatie
- de spreekvaardigheid

Slide 25 - Tekstslide

Beoordeling Spreken
  • Spreek duidelijk en rustig
  • Kijkt de klas in
  • Begrijpelijke taal
  • Houding

Slide 26 - Tekstslide

Doen voor de toets
Lever op tijd je/jullie presentatie aan, zodat deze op de tentamendag direct geprojecteerd kan worden op het grote scherm. 

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide