Robotica

Robotica
Robotica
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
TechniekBasisschoolGroep 8

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Robotica
Robotica

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vandaag
Wat is Robotica
Wat is programmeren



Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

0

Slide 3 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 4 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Wat weet je al over het inzetten van een robot in ons leven?

Slide 5 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Waar denk je aan bij
programmeren?

Slide 6 - Woordweb

Programmeren is een reeks van instructie voor het maken van een spel, website, robot of programma. 
Een robot wordt niet ziek
A
Waar
B
Niet waar

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Mechanische slijtage:
Onderdelen zoals motoren, tandwielen of lagers kunnen na verloop van tijd verslijten.
Elektronische storingen:
Defecten in sensoren, bedrading of printplaten kunnen storingen veroorzaken.

Softwareproblemen:
Bugs of virussen (in de digitale zin) kunnen de werking verstoren.
Wat kan wél misgaan bij robots?

Slide 8 - Tekstslide

Wat kan wél misgaan bij robots?
Hoewel robots niet ziek worden, kunnen ze wél problemen krijgen, zoals:







Bugs of virussen (in de digitale zin) kunnen de werking verstoren.
Energieafhankelijkheid:

Zonder stroom of een opgeladen batterij kan een robot niet functioneren.
Omgevingsfactoren:

Extreem stof, hitte, vocht, of fysieke schade kan een robot beschadigen.

Robots kunnen zelf nadenken
A
B

Slide 9 - Quizvraag

Robots kunnen niet echt nadenken zoals mensen dat doen. Wat we vaak bedoelen met "nadenken" bij robots is dat ze in staat zijn om complexe taken uit te voeren op basis van vooraf geprogrammeerde regels, gegevensanalyse en algoritmen. Hier is een overzicht van wat robots wel en niet kunnen:


Wat robots wél kunnen:?
Data:
Beslissingen nemen op basis van data:
Robots gebruiken sensoren om gegevens te verzamelen (bijv. temperatuur, afstand, beelden).
Deze gegevens worden geanalyseerd met algoritmen, zoals die in kunstmatige intelligentie (AI).

Machine Learning:
Leren van ervaringen (Machine Learning):
Met AI kunnen robots patronen herkennen en hun prestaties verbeteren, bijvoorbeeld door te leren hoe ze een taak efficiënter kunnen uitvoeren.

Autonoom functioneren:

Dankzij vooraf ingestelde programma's en sensoren kunnen robots autonoom werken, zoals navigeren in een ruimte.

Slide 10 - Tekstslide


  • Robots kunnen een taak uitvoeren door scenario’s te simuleren en de beste oplossing te kiezen (bijvoorbeeld een schaakzet bepalen).


De processor bevat het geheugen van de robot.
A
waar
B
niet waar

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe heet de robot uit de kinderserie Bassie en Adriaan?
A
Johan
B
Karen
C
Peter
D
Robin

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een robot?
A
Een computer die alleen gegevens opslaat.
B
Een machine die automatisch programmeer taken uitvoert.
C
Een programmeerbare machine die automatisch taken uitvoert.
D
Een elektronisch apparaat zonder bewegende onderdelen.

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies