Taal thema 6 week 1 les 1, 2 en 4

• Nederlands
• Basisschool
• Groep 5

Taal woordenschat

thema 6 week 1 les 1

Wat betekent de gezichtsuitdrukking?

1. bezorgd
2. blij
3. droevig
4. uitgelaten

1. vrolijk
2. uitgelaten
3. teleurstellend
4. droevig

1. boos
2. verdrietig
3. vrolijk
4. angstig

Eén gezichtsuitdrukking is je verwonderen, wat betekent je verwonderen?

1. boos
2. je verbazen
3. verdrietig
4. angstig

Wat is het verschil tussen lichaamstaal en gezichtsuitdrukking?

Wat betekent iemand inspireren?

Wat betekend de teleurstelling?

Wat betekent het hoofd laten hangen?

Wat betekent de bijlage?

1. piepjong
2. oeroud

1. oeroud
2. piepjong

1. oeroud
2. piepjong

1. piepjong
2. oeroud

Wat betekent tenminste?

Schrijf het hele werkwoord op 

schrijf daarna de ik-vorm op

Meis mist Jeroen heel erg. --> mist

Ze zeurt niet meer over Berlijn. --> zeurt

Zo raakt ze tenminste niet teleurgesteld. --> raakt

Haar vader reisde vroeger al eens naar Berlijn. --> reisde

Vroeger stond er een muur tussen Oost- en West-Berlijn. --> stond

Haar vader fleurt helemaal op als hij erover vertelt. --> fleurt op

Wat is het hele werkwoord? 

kom

praat

spraken

reis

verwondert

open

kijk

Les 4 

Je leert dat het onderwerp en het werkwoord bij elkaar horen.

Als het onderwerp verandert, verandert één werkwoord ook.

Ik speel graag op de computer.

Wij spelen graag op de computer.

Wat hebben jullie geleerd? 

Hoi Julian,

1. Ik logeer graag bij mijn opa.
2. Wij zijn echt goede vrienden.
3. Jij vindt dat misschien raar.
4. Wj knutselen altijd samen.
5. Hij maakt de mooiste dingen.
6. Doen jullie dat ook?

Zeg van elke zin eerst het onderwerp en dan het werkwoord:

Wat hebben jullie geleerd? 

1. Opa en Phil maken een kar. (Opa)
2. Phil probeert de kar op straat. (Opa en Phil)
3. De buren komen ook. (De buurman)
4. Opa lach om hun gezichtsuitdrukking. (Opa en Phil)
5. Buurvrouw Sharon verwondert zich over de kar. (De buren)
6. Ze zag nog nooit zo´n gek mobiel. (Sharon en haar man)

Verander het onderwerp van de zin. Gebruik de woorden tussen haakjes.