OP 2 BLOK 4 WG 1-4

1 / 50
volgende
Slide 1: Tekstslide
VerpleegkundeHBOStudiejaar 1

In deze les zitten 50 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 2 - Tekstslide

In deze week gaan jullie aan het werk met zorgplan. Fransesca. Het zorgplan van Fransecsa hebben we uitgewerkt voor jullie waardoor je een beetje krijgt en  de rest zelfstandig moet doen..  
In onderwijsperiode 1 hebben we de eerste twee fases van het verpleegkundig proces behandeld en hebben jullie zelf gegevens verzameld. Jullie hebben kennisgemaakt met ICF-model en Gordons gezondheidspatronen (11) Deze week gaan we door met de volgende fases uit het verpleegkundig proces maar we herhalen ook nog even fase 1 en fase 2. Je ziet in de leerdoelen dat we in werkgroep 1 de theorie behandelen van de derde fase, het vaststellen van het zorgresultaat. Om jullie voldoende tijd te geven om zelf te gaan puzzelen behandelen we in deze  eerste werkgroep ook alvast fase 4 (interventie bedenken en plannen). 
Het idee is dat je in werkgroep 2 en 3 alle informatie hebt  om zelfstandig een verpleegplan te maken. Aan het einde van de week, in werkgroep 4, heb je voor het eerst in je leven een zorgplan gemaakt. Deze hele week is een voorbereiding op het zorgplan dat je gaat schrijven voor de VIA in OP3. We hebben met de casus van Fransesca een poging gedaan om stap voor stap uit te leggen hoe dat Klinisch redeneren als cognitieve vaardigheid eraan toe gaat. 

Slide 3 - Tekstslide

Alle kennis die jullie tot je nemen in de kennislijn is bruikbaar in alle leerlijnen van het eerste leerjaar in de hbo-V. In deze onderwijsperiode zal je merken dat we in de kennislijn bijvoorbeeld de theorie van de motiverende gespreksvoering behandelen en tijdens de Klinisch redeneren week (lesweek 4) gaan jullie weer actief aan de slag met het maken van een zorgplan. Het maken van een zorgplan wordt in OP 3 summatief getoetst in de VIA. Alle oefeningen die we jullie aanbieden in de kennislijn zijn gericht op kwaliteit van zorg (methodisch handelen) en geven jullie de basis waarmee je in de praktijk (in je eerste stage) aan de slag kan gaan. Omdat je tijdens de opleiding altijd over alle informatie in CumLaude kan beschikken kan je dus ook steeds terug grijpen op de literatuur. Doe er je voordeel mee. 

Slide 4 - Tekstslide

Dit is een online les. Kijk zelf goed hoe je voor jou en jouw groepen de beste lesindeling maakt. Geef je steeds een losse opdracht > en keer je dan weer terug naar het hoofdkanaal?
Of Geef je eerst de totale instructie  - bespreken van leervragen en daarna iedereen aan de werkgroepopdracht waarna je ruimte geeft om aan het einde van de les wel/ niet plenair terug te keren in het hoofdkanaal voor een afronding. Kies de voor jou beste optie!! Helaas heeft de lockdown ons weer ingehaald en zijn ook de fysieke werkgroepen online. Dit betekent dat samenwerken lastiger gaat!! We sturen nu dus vooral op individueel werken (is ook handig gezien het vooruitzicht van de VIA opdracht) maar . . .  samenwerken mag altijd in de samenwerkingsruimtes!! Boodschap aan de studenten is > dat zij vanaf deze les echt zelf aan de slag moeten met de opdracht omdat dit de laatste voorbereidingen zijn op de VIA summatieve opdracht Zorgplan maken.

Slide 5 - Tekstslide

Literatuur – Verplichte boeken
Wilkinson, J.M., Burgh van der, A., Eisenberg, I., & ’T Hul van, L. (2020). Kritisch denken binnen het verpleegkundig proces. 6de editie. Pearson Benelux, Amsterdam.
Hoofdstuk 4: Resultaten Let op: Figuur 4.2 classificatiesysteem Omaha wordt nu niet besproken.
Haaren van, E., & Kersten, J. (2020). Theoretisch kader voor de verpleegkundige beroepsuitoefening, 2de herziene druk, Houten.
Hoofdstuk 2.1.2. Fasen van het verpleegkundig proces en dan pagina 47: Fase van vaststellen van het doel en de gewenste zorgresultaten

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 8 - Tekstslide

Voorkennis activeren. 
Klinisch redeneren is het redeneerproces van de verpleegkundige op de werkvloer.
Als je straks in je tweede jaars stage bent zal je merken dat je collega's een soort zevende zintuig hebben.
Ze zien meteen als er iets aan de hand is met een patiënt.
Zien betekent dat de verpleegkundige observeert met al haar zintuigen. Vlak dus je neus en je tast niet uit! Je kan soms al ruiken dat er iets aan de hand is.
Dit nodigt jou uit om verder op onderzoek uit te gaan. Kortom meer gegevens verzamelen en nadenken wat er mogelijk aan de hand zou kunnen zijn.
Dat nadenken is wat wij klinisch redeneren noemen.
Omdat je werkt met andere mensen en zij dus afhankelijk zijn van jouw redenering moet dit proces methodisch verlopen.
Daarmee bied jij als (aspirant) verpleegkundige kwaliteit van zorg. Zorg jij dat je de best mogelijke en kwalitatief hoogwaardige zorg biedt aan je zorgvrager. 
Maar wat waren de zes stappen ook al weer? 
https://create.kahoot.it/share/een-quiz-over-de-fases-in-het-het-verpleegkundig-proces/11c63628-638e-4b3e-a807-9896e445142f

FASE 1
FASE 2
FASE 3
FASE 4a en 4b
FASE 5

Slide 9 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Tekstslide

cyclus van het Evidence Based Practice wordt weergegeven. Basis van het verhaal is dat alle modellen goed zijn en dat het principe van de cyclus helder moet zijn. ALLE handelingen die een verpleegkundige uitvoert vindt zijn oorsprong in het doorlopen van het kritisch denkproces vanuit deze modellen. 
Ze vertellen allemaal het zelfde…….. Overeind blijft dat het een puzzel is. Klinisch Redeneren is analyseren en synthetiseren en dat komt uit in een conclusie die we vastleggen in een verpleegplan of zorgplan. We leren puzzelen en daar doen we 4 jaar over !!!!
Plaatje 1 = Verpleegkundig proces Uit: Wilkinson, van den Burgh, Luitjes, Eisenberg & van 't Hul (2020). Kritisch denken binnen het verpleegkundig proces zesde editie
Plaatje 2 = Methodisch handelen Deel I en Deel II Uit: Haaren & Kerstens (2020) Theoretisch kader voor de verpleegkundige beroepsuitoefening
Plaatje 3 = Verpleegkundig proces en Evidence Based Practice Hbo-V Hogeschool Rotterdam Uit: Kaderdocument werkgroep Klinisch redeneren (2019)
Hier zie je ook dat er soms 5 en soms 6 fases worden genoemd!!!

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Is de PESS goed of fout geformuleerd:
P= Obstipatie
E = door een ileus
S = dhr klaagt over buikpijn
A
Goed
B
Fout
C
Kweenie

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Is dit een correct opgestelde PESS?

P = Mw. voelt zich alleen
E = Alleenwonend - hond overleden, ziet haar kinderen niet
S = verdrietige stemming, verveelt zich
Diagnose label = Eenzaamheid
A
Goed
B
Fout
C
Kweenie

Slide 16 - Quizvraag

Actuele diagnoses: 
gezondheidsproblemen die nu spelen

P:  Wat is er aan de hand? (probleem)
E:  Waardoor komt dat? Welke factoren veroorzaken het probleem, welke houden het in stand? 
S:  Aan welke kenmerken en verschijnselen kan de verpleegkundige het probleem herkennen.

Is dit een actuele
of een risico diagnose?
A
Actuele diagnose
B
Risico diagnose

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Is dit een correct geformuleerde Risico diagnose?

P = Mnr heeft een slechte huidconditie
R = bedlegerig, eet nauwelijks, beweegt niet, leeftijd 80+

Diagnose label = Risico op decubitus
A
Goed
B
Fout

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Inductief redeneren

Slide 19 - Woordweb

laat studenten even stoeien met dit begrip

Slide 20 - Tekstslide

Dit is een voorbeeld van inductief redeneren

Puzzelen met de gegevens

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 22 - Tekstslide

Herhaling OP1 In OP 1 zijn jullie zelf aan het werk gegaan met de eerste twee fases van het verpleegkundig proces: Gegevens verzamelen en probleem diagnosticeren. Dit is even puzzelen. 
DOCENT: de volgende drie dia’s zijn een herhaling van OP 1.

Slide 23 - Tekstslide

Herhaling OP1 FASE 2 Product en proces = diagnose en diagnosticeren pp. 64 en 65 Wilkinson PE/PS/PR wordt toegelicht in Haaren & Kerstens pagina 45! Korte toelichting > Iedere organisatie en afdeling zou zijn eigen verpleegkundig proces kunnen invullen met specifieke modellen en theorieën en meetinstrumenten en protocollen die inzetbaar zijn in het verpleegkundige proces PESS/SSEP/ESSP/ PE/PS =

Slide 24 - Tekstslide

Totaal plaatje

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 26 - Tekstslide

Haal de werkgroepopdracht hier al bij naarvoren zodat studenten kunnen mee kijken ...
.
.

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 29 - Tekstslide

In deze werkgroep gaan we aan de slag met Fase 3 van het verpleegkundig proces: vaststellen van het zorgdoel en resultaat.
Het zorgdoel en zorgresultaat stem je altijd af met je zorgvrager. Anders heeft het geen nut. In week 3 van deze onderwijsperiode hebben we het gehad over gedragsverandering waarbij we tot de conclusie kwamen dat dit vanuit iemand zelf moet komen (openstaan, begrijpen, enz).
Zorgresultaten (NOC) Zonder het vaststellen van SMART/RUMBA geformuleerd zorgresultaat kan de verpleegkundige niet tot handelen over gaan!
Dit is nog wat algemene informatie over de NOC (voor docenten). NOC kent 7 Domeinen 1) Functionele gezondheid 2) Fysiologische gezondheid 3) Psychosociale gezondheid 4) Gezondheidskennis- en gedrag 5) Gezondheidsbeleving 6) Gezondheid van familie en gezin 7) Maatschappelijke gezondheidszorg indicatoren. Die indicatoren met hun zorgresultaat beschrijven in hoeverre iemand in staat is de basistaken van het leven uit te voeren en hoe hij daarbij functioneert (stel dat we voor domein 1 kiezen). In jaar 2 gaan we steeds dieper in op het gebruik van de juiste indicatoren. In jaar 1 introduceren we slechts dat de NOC gebruik maakt van INDICATOREN; d.w.z. dat je specifiek benoemt op welk onderwerp het doel zich richt. Dit onderwerp kan een Sign of Symptom zijn maar ook een onderdeel uit de etiologie. Dit onderwerp maakt het doel MEETBAAR maken. Voorbeeld: Je gaat bijvoorbeeld de temperatuur meten. Lichaamstemperatuur is dan de indicator waar het doel zich op richt. De NOC maakt gebruik van een 5 puntenschaal verdeling (hierdoor wordt het zorgresultaat specifiek en meetbaar in de tijd) Bijvoorbeeld: Schaal: 1 = zeer ernstig beperkt 2 = ernstig beperkt 3 = matig beperkt 4 = enigszins beperkt 5 = niet beperkt Schaal = 1) Zeer zwak 2 = Zwak 3 = Gemiddeld 4 = Sterk 5 = Zeer sterk

Slide 30 - Tekstslide

LETOP
wij gebruiken het liefst de RUMBA methode

Je zorgdoel moet meetbaar zijn in gedrag: wat moet de ander laten zien of merken om vast te stellen dat het zorgdoel bereikt is?
Je mag zelf weten of je een zorgdoel smart of rumba beschrijft. Als het maar om MEETBAAR GEDRAG gaat !!
RUMBA betreft net als SMART, een instrument om verpleegdoelen te controleren op haalbaarheid.
Het verschil is dat SMART ook helpt om de verpleegdoelen te formuleren en RUMBA dit niet doet. RUMBA helpt alleen bij het controleren van de haalbaarheid van een PES geformuleerd doel. RUMBA staat voor:  R: Relevant (Van belang)  U: Understandable (Begrijpelijk)  M: Measurable (Meetbaar)  B: Behavioral (Gedrag)  A: Attainable (Haalbaar
Je maakt hierbij gebruik van de NOC (nursing outcome classification)
Let op: Probeer de woorden Willen (Wil), Kunnen (Kan) of Gaan (Gaat) te vermijden. Probeer de doelstelling echt zo concreet mogelijk te beschrijven! 
Kijk eens naar de uitleg over het smart formuleren van Tiny nurses. 

Mw. D 75 jaar
Mw D heeft haar heup gebroken en ligt al een tijdje op bed.
Tijdens haar bedrust ontwikkeld zij een slechte huidconditie en krijgt zij (omdat het niet tijdig is gesignaleerd) een doorligplek op haar linker hiel. 

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Mw. D heeft minder last van haar doorligplek
= dat een goeie doelstelling?
A
Ja hoor
B
Nehh

Slide 32 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Formuleer hier een goeie doelstelling met alle elementen van de RUMBA

<> Mw D heeft haar heup gebroken en ligt al een tijdje op bed.
Tijdens haar bedrust ontwikkeld zij een slechte huidconditie en krijgt zij (omdat het niet tijdig is gesignaleerd) een doorligplek op haar linker hiel. <>

Slide 33 - Open vraag

Per 14 maart 2023 is de doorligplek van Mw. D op haar linker hiel van graad 3 naar graad 2 verbeterd

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 36 - Tekstslide

In BN2020 worden verpleegkundige interventies als volgt omschreven: verpleegkundige interventies zoijn gericht op het versterken van het `zelfmanagement van mensen, voor zover mogelijk, Dat betekent dat het 
Krachtig maken van mensen
Hen helpen bij het bereiken ervan
Handhaven en verwerven van hun onafhankelijkheid
Er wordt dus onderscheid gemaakt tussen afhankelijke, onafhankelijke of onderling afhankelijke interventies. 
Afhankelijk van de aard van de verpleegkundige diagnose zal je een verpleegkundige interventie kiezen die gericht is observatie, preventie, behandeling of gezondheidsbevorderdering. 
Werkwoorden die gebruikt kunnen worden zijn: Geeft…. Beoordeeld…. Bevestigt…. Laat…. Noteert…. Stelt…. Stemt…. Vertelt…. Adviseert…. Verwijdert…. Zorgt voor…
Betrekt…
Gaat na….
Helpt….. Faciliteert….. Plant….. Bevordert….
Waarborgt…
Bespreekt….

Omschrijf het woord
interventie

Slide 37 - Open vraag

Vraag 1 Andere woorden voor interventies: acties, activiteiten, maatregelen en strategieën.

Een afhankelijke interventie is een
zelfstandige interventie van de verpleegkundige.

Is dat goed of fout?
A
Goed
B
Fout

Slide 38 - Quizvraag

(niet waar, de verpleegkundige krijgt een voorschrift van de arts)
Wat zijn onderling afhankelijke interventies?

Slide 39 - Open vraag

Vraag 3 Een ander woord voor onderling afhankelijke interventie (multidisciplinaire interventie)
Dit zijn interventies die vpk uitvoeren in samenwerking met andere disciplines. VB arts verzoekt een fysiotherapeut. VPk regelt dit. 

Slide 40 - Tekstslide

Dit is informatie voor docenten en wordt in jaar 2 uitgebreider behandelt. Interventies richten zich op de etiologie en of de signalen (SS).
Interventies kunnen zelf worden bedacht of bestaan uit geprotocolleerde- of gestandaardiseerde afspraken en richtlijnen. Interventies vinden alleen plaats in overleg en met instemming van de client/ patient en of het multidisciplinaire team. Vastleggen van de planning/ interventies waarborgt continuïteit van zorg en maakt evaluatie mogelijk. Wie WAAR en HOE VAAK zijn vragen die gesteld gaan worden in de planning.  Wordt er met de interventies rekening gehouden met de visie op zelfzorg zelfredzaamheid en zelfmanagement?  NIC kent 7 domeinen 1) elementaire en fysiologische functies 2) Complexe fysiologische functies 3) gedrag 4) Veiligheid 5) Gezin en familie 6) Gezondheidszorgstelsel 7) Samenleving Deze 7 Domeinen zijn weer onderverdeeld in klassen> dit hoeven studenten nu niet te weten = achtergrond info voor docent zelf!! Deze worden door NIC geduid met de letters uit het alfabet. Carpenito benoemt vaker de NIC met enkele interventies. De interventies zijn beschreven vanuit de acties van de verpleegkundige!!! Wat gaat de verpleegkundige doen om invloed uit te oefenen op het verbeteren van de oorzaak en dus het verbeteren van het probleem en het behalen van het zorgresultaat?? De NIC geeft bij iedere interventie klasse een definitie. Werkwoorden die gebruikt kunnen worden zijn: Geeft…. Beoordeeld…. Bevestigt…. Laat…. Noteert…. Stelt…. Stemt…. Vertelt…. Adviseert…. Verwijdert…. Zorgt voor…
Betrekt…
Gaat na….
Helpt….. Faciliteert….. Plant….. Bevordert….
Waarborgt…
Bespreekt….

Slide 41 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 42 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bij welke soort interventie past de volgende uitspraak:

Gewenst resultaat = voorkomen van immobiliteit
A
Observatie
B
Preventie
C
Behandeling

Slide 43 - Quizvraag

Beweeg de voeten 3x daags gedurend 15 minten rustig door
Smeer de hielen in met crème voor goede doorbloeding
Schakel de fysiotherapeut in
Help Mw 2x per dag bengelen

Interventie gericht op
OBSERVEREN
Gewenst resultaat = Mw. behoudt een gezonde huid zonder doorligplekken

Kunnen jullie interventies vinden met behulp van Chiron?
Geef 2 voorbeelden
Je mag ook eigen woorden gebruiken

Slide 44 - Open vraag

Controleer de stuit om de twee uur op roodheid

Observeer het voedingspatroon 

Bekijk de activiteiten van de client 

Diagnose = risico op bedrust complicaties

Gewenst resultaat = voorkomen van complicaties met de ademhaling

Welke PREVENTIEVE interventies keur jij goed?
A
Om de twee uur wisselligging geven
B
Helpen met ophoesten
C
Instructie ademhaling geven (Diep ademhalen)
D
Iemand rechtop zetten in bed

Slide 45 - Quizvraag

Alle antwoorden zijn goed :-)

Slide 46 - Tekstslide

Casus Fransesca staat op Cumlaude  / je kunt ook overwegen om de opdracht voor je studenten te printen - sommige studenten doen het beter op papier Studenten doen dit in de resterende tijd.
Zij kunnen stoppen met de werkgroep als zij het FORMS formulier LEERVRAGEN hebben ingevuld. Werkgroep 2 start met het bespreken van deze leervragen.

Slide 47 - Tekstslide

Laat studenten zelfstandig werken aan de opdracht en sluit de les af. Blijf eventueel hangen voor leervragen.

Let op deze week vullen de studenten per werkgroep een Forms formulier in. Op deze manier krijgen we zicht op dat wat geleerd is. Het idee is ook dat de resultaten in de volgende werkgroep teruggekoppeld wordt. 

Slide 48 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 49 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 50 - Tekstslide

Ook dit is een reserve dia.  Zorg dat je deze formule voor het zorgplan helder hebt voor de feedforward aan studenten. In OP1 is dit document al uitgedeeld aan de studenten – heb je dat nog niet gedaan dan zou ik dat nu wel doen. Het is een basisdocument. Deze structuur komt terug in het FORMSDOCUMENT die de studenten gaan invullen en bespreken in werkgroep 4. Dit is ook het format dat in de VIA wordt gebruikt.