Grammatica les 7 vwo: werkwoorden - verdieping

Grammatica
Les 7: werkwoord (verdieping)
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Grammatica
Les 7: werkwoord (verdieping)

Slide 1 - Tekstslide

Vorige les heb je geleerd om...
... de woordsoorten lw, znw, bnw en vz te benoemen in een zin.

Deze les ga je ...
... begrijpen waarom werkwoorden zo belangrijk zijn in een zin (vanuit de taalwetenschap)
... leren wat de valentie van een werkwoord is (vanuit de taalwetenschap)
.... leren om werkwoorden te benoemen in een zin.
....scheidbare werkwoorden te benoemen in een zin.

Slide 2 - Tekstslide

Werkwoorden
Het zijn de belangrijkste onderdelen van een zin. Waarom? Het geeft aan wat er gebeurt in de zin (de handeling). Het werkwoord (ww) kan in verschillende vormen voorkomen: als persoonsvorm, infinitief en als voltooid deelwoord.

Slide 3 - Tekstslide

Persoonsvorm, infintief, voltooid deelwoord
Zin: Socrates geeft uitleg aan Plato.

In deze zin is geeft de pv, want denk aan de tijdproef of de getalproef.
Een heel werkwoord (inf) staat niet in deze zin. Ook staat er geen voltooid deelwoord (vdw).

Een vdw is een werkwoordsvorm die bij een personsvorm van de woorden hebben, worden of zijn in de zin staat.
Bijvoorbeeld: Socrates heeft instructies gegeven aan Plato.


Slide 4 - Tekstslide

Lees de volgende zinnen:
1. Achilles /eet/ een appel.
2. Afdrodite / slaapt.
3. Hektor/ legt /de oorlogsstrategie /uit / aan Paris.

Wat valt je op als je kijkt naar de werkwoorden in combinatie met de onderdelen van de zin?

Slide 5 - Tekstslide

Wat valt je op?
1. Achilles /kocht/ een appel.

1. Het werkwoord 'kopen' heeft in het Nederlands twee dingen nodig om een grammticale zin te vormen. Je kunt namelijk niet zeggen: Achilles kocht.  Nee, want Achilles kocht iets.

Dit noemen we in de taalwetenschap de valentie van 'kopen'. De valantie van dit werkwoord is dus twee. Iemand koopt iets. Waarom is dit nu handig? Je weet meteen dat er altijd twee aparte zinsdelen bij 'kocht' horen. In dit voorbeeld: Achilles (ow) en een appel (lv).

Slide 6 - Tekstslide

Wat valt je op?
2. Afdrodite / slaapt.

1. Het werkwoord 'slapen' heeft in het Nederlands één ding nodig in de zin om een goede grammticale zin te vormen. Iemand slaapt. Afrodite slaapt. De valentie van dit werkwoord is dus: een.
Waarom is dit handig om te weten? Een zin met een werkwoord als 'slapen' erin kan dus heel kort zijn en slechts twee zinsdelen bevatten. Afrodite (ow), slaapt (wwg  en tegelijkertijd pv).

Slide 7 - Tekstslide

Wat valt je op?
3. Hector/ legt /de militaire strategie /uit / aan Paris.

Allereerst zie je dat in deze zin sprake is van een scheidbaar samengesteld werkwoord. Het werkwoord 'uitleggen' is uit elkaar gehaald door de schrijver. Let op: tijdens de toets schrijf je dan op wwg = legt uit, pv = legt. Het woordje 'uit' hoort er dan volgens de officiële grammaticaregels niet bij.

Verder zie je dat het werkwoord 'uitleggen' een valentie van drie heeft! Iemand legt iets uit aan iemand.   Er horen dus drie aparte zinsdelen bij het werkwoord 'uitleggen'.
Kijk maar: Iemand = Hector = ow, de militaire strategie = iets = lv, Paris = iemand = mv.
Best handig!  Het werkwoord 'uitleggen' brengt dus drie aparte zinsdelen met zich mee.


Slide 8 - Tekstslide

Maak nu de volgende quizvragen...

Slide 9 - Tekstslide

Helena wandelde.
Wat is de valentie van wandelen?
A
2
B
3
C
1
D
0

Slide 10 - Quizvraag

Helena wandelde.
Valentie = 1 (oftewel: 'eenplaatsig')
Iemand wandelde.


Slide 11 - Tekstslide

Paris is dol op Helena.
Wat is de valentie van 'dol zijn op'?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 12 - Quizvraag

Paris is dol op Helena.
Valentie = 2 (oftewel 'tweeplaatsig')
Iemand is dol op iemand/iets.

Slide 13 - Tekstslide

Achilles ruilt zijn wapen met Agamemnon in voor Briseïs.
Wat is de valentie van 'ruilen'?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 14 - Quizvraag

Achilles ruilt zijn wapen met Agamemnon in voor Briseïs.

Valentie = 4 (vierplaatsig).
Iemand (1) ruilt iets (2) met iemand (3) voor iets (4) anders.

Slide 15 - Tekstslide

Nu terug naar de benoeming van de woordsoorten (taalkundig ontleden)! Lees het gedicht van Sappho. Een beroemde dichteres uit de oudheid. Maak de volgende opdracht.

Slide 16 - Tekstslide

Opdracht
Lees het gedicht van Sappho en schrijf de werkwoorden over uit het gedicht. Gebruik een pen en een papiertje (of een document in Word).
Als je klaar bent, dan kun je jouw antwoorden controleren door naar slide 21 te gaan.

Slide 17 - Tekstslide

Het gedicht – Fragment XXXI Bron:  P. Claes, (2006), Sappho: Liederen van Lesbos. Antwerpen, Meulenhoff/Manteau, p. 13.


Slide 18 - Tekstslide

Het gedicht – Fragment XXXI Bron:  P. Claes, (2006), Sappho: Liederen van Lesbos. Antwerpen, Meulenhoff/Manteau, p. 13.


Slide 19 - Tekstslide

Het gedicht - laatste strofe







Opmerking: wetenschappers weten helaas niet hoe het gedicht verder gaat. Veel werk van Sappho is niet bewaard gebleven. Dit komt door vele branden en ook heeft de Kerk haar werken vernietigd vanwege onkuisheid*.

&Onkuisheid, oftewel 'luxuria is in het christendom een van de zeven hoofdzonden.

Slide 20 - Tekstslide

Antwoorden woordsoorten benoemen (ww)

Werkwoorden uit het gedicht: lijkt, zit, luistert, bonst, kijkt, stokt,
is, gebroken, loopt (door,) zie, suizen, stroomt (af), bevangt, ben, lijkt, dood ga,  is, te dragen.
*Het woord beven kan ook een ww zijn, maar is in deze zin van het gedicht tot een znw gemaakt. 'Een beven' (er staat een lw) voor.  Dit is nu een andere woordsoort geworden in vergelijking met bijvoorbeeld een zin waarin je zegt: 'Ik beef'. Dan is 'beef' uiteraard een ww.


Slide 21 - Tekstslide

Einde les
Ik hoop dat jullie wat meer uitdaging hebben gehad in deze les! Laat mij weten via Teams of dit echt zo was!
Vooruitblik...
Persoonlijke en bezittelijke voornaamwoorden

Nog meer weten over Sappho? Kijk op de volgende slide.


Slide 22 - Tekstslide

Sappho
  1. - Leefde tussen 625 en 570 v. Chr.
- Eerste vrouwelijke dichteres bekend uit de oudheid.
- Bedacht strofe van ‘vier versregels’.
- Lyrische gedichten met een 'ik-persoon'.
- Controversieel. Lees verder op:
https://kunst-en-cultuur.infonu.nl/kunst/54508-sappho-de-dichteres-uit-lesbos.html 

Slide 23 - Tekstslide