Bloedsomloop en hart

Wat gaan we doen met afp?
Terugkoppeling vorige les bloedgroep + opdracht
3 van jullie aan 't woord 'Zoek op & Vertel'
Introductie hart en bloedsomloop
Uitleg bloedsomloop
Quiz bloedsomloop
Uitleg hart: bouw en werking
Video dissectie hart + kijkvragen
1 / 32
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Wat gaan we doen met afp?
Terugkoppeling vorige les bloedgroep + opdracht
3 van jullie aan 't woord 'Zoek op & Vertel'
Introductie hart en bloedsomloop
Uitleg bloedsomloop
Quiz bloedsomloop
Uitleg hart: bouw en werking
Video dissectie hart + kijkvragen

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
Ik ken de verschillende bloedgroepen & matchen bij bloedtransfusie.

Ik beschrijf het verschil tussen de grote en de kleine bloedsomloop.

Ik beschrijf precies de route van de grote en de kleine bloedsomloop.

Ik ken de ligging en bouw van het hart.


Slide 2 - Tekstslide

Terugkoppeling vorige les bloedgroepopdracht
Sanquin opdrachtenboek
gemaakt & ingeleverd op teams = nagekeken

gemaakt & nog niet ingeleverd?

niet gemaakt (afwezig les) = huiswerk
Je kan het! maak, leer, stel vragen

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Wie is de universele donor?
A
A
B
B
C
AB
D
O

Slide 5 - Quizvraag

Wie is de universele ontvanger?
A
A
B
B
C
AB
D
O

Slide 6 - Quizvraag

3 van jullie aan 't woord 
'Zoek op & Vertel'

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Link


A
Kleine bloedsomloop
B
Grote bloedsomloop

Slide 9 - Quizvraag

Bloedsomloop
5 liter bloed door 100.000 km bloedvaten!

Bloed vervoert voedingsstoffen en zuurstof --> cellen.

Na verbranding in cellen vervoert  bloed 
de koolstofdioxide en afvalstoffen van cellen weg --> hart en longen.
= functies van bloed.

De weg die het bloed in  lichaam aflegt =  bloedsomloop.
5 liter bloed door 100.000 km bloedvaten!

Slide 10 - Tekstslide

De mens heeft een dubbele bloedsomloop.
Per omloop stroomt het bloed 2 x door het hart.

Slide 11 - Tekstslide

Kleine bloedsomloop
1. Vanuit de rechterhelft van je hart wordt het
    zuurstofarme (koolstofdioxide-rijke) bloed 
    naar je longen gepompt.

2. Zuurstof wordt uit beide longen 
    opgenomen in het bloed.

3. Het zuurstofrijke bloed stroomt terug naar 
    het hart, naar de linkerhelft van je hart.

Slide 12 - Tekstslide

Grote bloedsomloop
1. Vanuit de linkerhelft van je hart wordt zuurstofrijk bloed naar cellen van je lichaam gepompt. 

2. Cellen gebruiken zuurstof voor verbranding + komen koolstofdioxide en afvalstoffen vrij. Deze afgegeven aan bloed.

3. Vanaf al die cellen, alle organen, stroomt het zuurstofarme (koolstofdioxiderijke) bloed terug naar hart, naar rechterkant van hart.
    

Slide 13 - Tekstslide

Door het hele lichaam lopen grote en kleine bloedvaten. 
De kleinste haarvaten zijn hier nog niet eens zichtbaar.

Slide 14 - Tekstslide


Hoe loopt de kleine bloedsomloop?
A
hart, longen, hart
B
hart, lichaam, hart
C
lichaam, hart
D
longen, hart

Slide 15 - Quizvraag

Volgorde kleine + grote bloedsomloop
Bovenste / onderste holle ader
Rechter boezem
Rechter kamer
Longslagader
Longen
Longader
Linker boezem
Linker kamer
Aorta en slagaders
Weefsels/organen
Aders

Slide 16 - Tekstslide

20. Wat is de stroomrichting van de kleine bloedsomloop?
1.
2
3.
4.
5.
Rechterkamer
Longslagader
Longen
Longader
Linkerboezem

Slide 17 - Sleepvraag

Slide 18 - Tekstslide

Vertel in je eigen woorden waar het hart ligt.

Slide 19 - Open vraag

het hart aan de buitenkant 

Slide 20 - Tekstslide

het hart aan de binnenkant

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Video

Hoe vaak gaat het bloed door het hart?
A
1x
B
2x
C
3x
D
4x

Slide 23 - Quizvraag

Hoeveel longaders laten zuurstofrijk bloed de linkerboezem in stromen?

Slide 24 - Open vraag

Zitten de boezems boven of onder in het hart?
A
boven
B
onder

Slide 25 - Quizvraag

Het hart pompt zuurstofrijk bloed in de:
A
Longslagader
B
Longader
C
Aorta
D
Holle ader

Slide 26 - Quizvraag

Dankzij hartkleppen stroomt bloed niet terug in de:
A
Boezems
B
Kamers

Slide 27 - Quizvraag

Wat moet je niet doen voor de goede werking van je hart?
A
heel veel bewegen
B
veel vet eten
C
weinig bewegen
D
weinig bewegen en vet eten

Slide 28 - Quizvraag

De linkerkamer heeft een dikke spierwand. Waarom?

Slide 29 - Open vraag

Wat heb je geleerd tijdens de les?

Slide 30 - Open vraag

Welke vragen heb je nu over hart en bloedsomloop?

Slide 31 - Open vraag

Huiswerk
Afspreken volgende week Zoek op & Vertel
Lees hoofdstuk 3.3. en 3.4

Slide 32 - Tekstslide