3M week 6 les 2

3M week 6 les 1
Please sit down, put your books on the table. Start reading in your reading books till everyone is logged in.


timer
10:00
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 80 min

Onderdelen in deze les

3M week 6 les 1
Please sit down, put your books on the table. Start reading in your reading books till everyone is logged in.


timer
10:00

Slide 1 - Tekstslide

Timetable
week 4 chapters 1-6 (test in week 5)
week 5 chapters 7-10
week 6 chapters 11-13
week 7 chapters 14-18
week 8 chapters 19 -22
week 9 chapers 23-26 (test week 10)
week 10 chapters 27-29
week 11 chapters 30-37
week 12 chapters 37-38
week 13 chapters 39- the end
week 14 test!!!!

Slide 2 - Tekstslide

The London Eye
testtime 11 upto 13

Slide 3 - Tekstslide

3M Handelingsdeel
Je gaat een spreekbeurt geven in het Engels. Het onderwerp moet iets te maken hebben met een land waar Engels als hoofdtaal wordt gesproken. Je kunt denken aan iets uit de cultuur van dat land, een toeristische attractie in dat land, een zeer belangrijke sport voor dat land, een belangrijke stad voor het land of een persoon dat veel voor dit land heeft betekend.

Slide 4 - Tekstslide

Unit 4 lesson 4
We are now going to do lesson 4. We will do excercises 31 to 34 together, then we will do some grammar and you will finish the lesson.

Slide 5 - Tekstslide

Grammatica
Who/which

In NL hebben we zinnen als: 'de jongen die........', 'het meisje dat......', 'de boeken die.....' > in het Engels gebruik je in deze gevallen who of which.

Who gebruik je bij mensen
  • The girl who won five awards.

Which gebruik je bij dingen en dieren
  • The songs which are in the top 10 are great!

Slide 6 - Tekstslide

Vul in: who/which


The man ............ was on the radio is very famous.
A
Who
B
Which

Slide 7 - Quizvraag

Vul in: who/which



I love movies ........... have lots of action.
A
Who
B
Which

Slide 8 - Quizvraag

Vul in: who/which


They are talking about a pop concert ........... they want to see.
A
Who
B
Which

Slide 9 - Quizvraag

Degrees of comparison.

Slide 10 - Tekstslide

degrees of comparison
small                                 happy
smaller  than                 happier than 
the smallest                  the happiest

interesting                                                  good - better - best 
more interesting than                            bad    -  worse - worst
the most intersting 


Slide 11 - Tekstslide

Other ways to compare
  • Even ... als = as ... as
  • Nietzo ... als = not as ... as

Slide 12 - Tekstslide

Here is Emily. She's six years old. Her brother is nine. She is ....he is
A
older
B
not as old as
C
olden
D
oldest

Slide 13 - Quizvraag

This magazine is the most expensive, so it's.......... that
one.
A
as cheap as
B
cheaping
C
cheap
D
not as cheap as

Slide 14 - Quizvraag

He is the strongest man in our village. So the others are......... him
A
strongest than
B
stronger than
C
not as strong as
D
the stronger

Slide 15 - Quizvraag

schrijf de juiste trap op:
She is much ______ (tall) than me

Slide 16 - Open vraag

schrijf de juiste trap op:
This class likes English the _____ (good)

Slide 17 - Open vraag

schrijf de juiste trap op:
My jokes are ______ (funny) than yours

Slide 18 - Open vraag

schrijf de juiste trap op:
Our English teacher is very_______ (nice)

Slide 19 - Open vraag

schrijf de juiste trap op:
Tom thinks history is the _____ (interesting)

Slide 20 - Open vraag

Finish lesson 4
36 t/m 39 then read

Slide 21 - Tekstslide

Possesives

Slide 22 - Tekstslide